European Union



Brussel, 7 maart 2008

Eurobarometer: Europeanen voor Europees regionaal beleid

Danuta Hübner, commissaris voor regionaal beleid, maakt vandaag de resultaten bekend van een Eurobarometer-enquête over het beeld dat de Europeanen zich van dit beleid vormen. Daaruit blijkt dat zij in overgrote meerderheid overtuigd zijn van het goeds dat dit beleid, waarmee meer dan een derde van de Europese begroting gemoeid is, in hun gemeente of regio tot stand brengt. Zij zijn voorstander van een nog ambitieuzer beleid, dat duidelijk de strijd aanbindt met nieuwe problemen als de klimaatverandering, de mondialisering en de demografische ontwikkelingen.

Volgens Danuta Hübner "bevestigt deze enquête dat de Europeanen vertrouwen stellen in de maatregelen van het cohesiebeleid. Zij vinden niet alleen dat wij de armste regio's van Europa moeten blijven steunen om ze te helpen hun achterstand in te lopen, maar ook dat alle Europese regio's gesteund moeten blijven worden. Zij zijn voorstander van een steeds ambitieuzer Europees optreden, dat in staat is in te spelen op de nieuwe uitdagingen van de 21e eeuw zoals de klimaatverandering, de demografische problemen en de gevolgen van de mondialisering. We moeten ons dus de nodige middelen verschaffen om aan deze verwachting te kunnen voldoen".

De Eurobarometer-enquête werd in januari jl. in de 27 lidstaten gehouden in het kader van de in september vorig jaar door Danuta Hübner gelanceerde openbare raadpleging over de toekomst van het regionaal beleid (IP/07/1406). Het doel is hier zo veel mogelijk burgers bij te betrekken.

Een relatief bekend en gewaardeerd beleid

De helft van de ondervraagden zegt bekend te zijn met de steun die zijn of haar gemeente of regio uit het Cohesiefonds ontvangt. Deze bekendheid is groter in de twaalf nieuwe lidstaten (60%) dan in de oude (47%). Het grootst is die bekendheid in Slovenië (66%), Litouwen (65%), Oostenrijk (64%) en Ierland (64%), en slechts gering in Bulgarije (35%), Cyprus (35%) en Nederland (30%). Duitsland (46%), Frankrijk (45%) en het Verenigd Koninkrijk (38%) liggen onder het communautaire gemiddelde.

Verder vindt een ruime meerderheid (70%) van de burgers die met deze maatregelen bekend zijn, dat die ook gunstig zijn. Slechts een op de vijf ondervraagden (22%) vond dat het regionaal beleid niet aan zijn of haar regio ten goede komt (dit waren overwegend Fransen, Nederlanders, Bulgaren en Slovenen). Litouwen en Ierland daarentegen zijn voorbeelden van landen waar het positieve effect van de Europese steun nagenoeg unaniem wordt erkend.

De Europeanen onderschrijven tevens het bestaansrecht van het regionaal beleid aangezien 85% het ermee eens is dat prioriteit wordt toegekend aan de armste regio's om ze te helpen hun achterstand in te lopen. Verder is 58% van mening dat het beleid alle Europese regio's en niet alleen de armste ten goede moet blijven komen.

De prioriteiten van de Europese burgers

Volgens de ondervraagden moet het meest geïnvesteerd worden in onderwijs, gezondheidszorg, sociale voorzieningen, milieubescherming en risicopreventie. Direct daarna volgen beroepsopleiding en steun voor kleine ondernemingen.

Een overgrote meerderheid van de Europeanen zou graag zien dat het regionaal beleid zich in de toekomst ook richt op problemen als de klimaatverandering, de mondialisering en de demografische veranderingen. 85% beschouwt de klimaatverandering als prioritair (eerste of tweede vraag), 54% de mondialisering en 52% de demografische ontwikkelingen.

Positief oordeel over het beheerssysteem van de fondsen

De Europese burgers onderschrijven ook het partnerschapsbeginsel, dat inhoudt dat maatschappelijke organisaties bij het beheer van de fondsen betrokken kunnen worden. Zo oordeelt 82% van de Europeanen positief over het feit dat ondernemersverenigingen, vakbonden en organisaties die actief zijn op het gebied van gelijke kansen of het milieu in de selectie van de projecten gekend worden. Met andere woorden: zij staan achter het concept van meerlagig bestuur, dat kenmerkend is voor het cohesiebeleid.

Kernidee voor 2007-2013: meer transparantie

Een en ander neemt niet weg dat de lidstaten volgens de Commissie de burgers beter moeten blijven informeren over de duizenden projecten die te hunnen behoeve met Europese middelen worden gefinancierd.

De communautaire regelgeving inzake de fondsen voor 2007-2013 verplicht de lidstaten voor het eerst alle lijsten van door de Unie medegefinancierde projecten, de ontvangen bedragen en de begunstigden te publiceren. Verder zijn de lidstaten momenteel bezig de Commissie communicatieplannen voor te leggen voor elk van de 450 programma's die tussen 2007 en 2013 door het Cohesiefonds zullen worden gefinancierd. Commissaris Hübner onderstreepte de kwaliteit van de tot dusverre ingediende plannen, waarin de groeiende inspanning van de lidstaten om beter te communiceren tot uiting komt.

Het volledige verslag van de enquête is te vinden op het volgende adres: http://ec.europa.eu/public_opinion/archives/flash_arch_en.htm