Ministerie van Verkeer en Waterstaat

BIJLAGE

Vragen van de vaste commissie voor verkeer en Waterstaat aan de Minister van Verkeer en Waterstaat over de toerit naar de tunnels in de A73 te Roermond en Swalmen


1. Klopt het artikel in Dagblad De Limburger?


1. Het artikel is in zoverre juist dat de toerit naar de Roertunnel niet voldoet aan het uitgangspunt van de tunnelregelgeving dat er in en vlak voor de tunnel zo min mogelijk verstoring in het verkeer mag zijn door een wijziging in het aantal rijstroken (art. 10 van het Besluit aanvullende regels veiligheid wegtunnels, Stb. 2006, 248). Het artikel wekt de indruk dat de bestuurders niet zouden zijn ingelicht over de toerit en de te nemen tijdelijke verkeersmaatregelen. Conform de afspraak om elkaar goed te informeren en in samenwerking tot oplossingen te komen, zijn de gemeente en de provincie op 18 januari ingelicht over de tijdelijke verkeersmaatregelen.


2. Kunt u op de oorzaak van dit probleem ingaan?


2. De planologische besluitvorming rond de A73 is in 2004 gereed gekomen. Op basis hiervan heeft de aanleg van de tunnel en toeleidende wegen een aanvang genomen. De gevolgen van het latere Besluit aanvullende regels veiligheid wegtunnels waren toen nog niet te overzien. Dit Besluit uit 2006 houdt in dat het aantal rijstroken vlak voor en binnen de tunnels gelijk dient te zijn. De EU-richtlijn hanteert hierbij als uitgangspunt dat er, voor een tunnel, op een afstand die binnen 10 seconden wordt afgelegd geen in- of uitvoegbeweging mogelijk moeten zijn.

Het voorgaande heeft eind 2006 aanleiding gegeven om een onderzoek in te stellen naar de maatregelen die nodig zijn om de veiligheid van de tunnel op het niveau van het eerder genoemde Besluit te brengen. In de samenloop van wijziging van de regelgeving en ontwerp van de tunnel is verondersteld dat een structurele oplossing met behulp van verkeersmaatregelen mogelijk zou zijn. Toen duidelijk werd dat dit niet mogelijk was, is actie ondernomen om tot een toekomstvaste oplossing te komen, namelijk het verleggen van de toerit. Voor deze toekomstvaste oplossing is, gelet op een overgangsbepaling uit het Besluit, tot uiterlijk 2014 de tijd. Op basis van bovenstaande heb ik Rijkswaterstaat opgedragen zo snel als mogelijk deze oplossing te realiseren. Tot deze oplossing is gerealiseerd, zal de huidige toerit worden gebruikt (inclusief de bijbehorende verkeersmaatregelen), vanaf het moment van complete openstelling van de tunnel. Dit betekent dat de huidige toerit nog zeker enige jaren zal worden gebruikt.

In 2007 is op basis van dit onderzoek door RWS een voorkeursoptie uitgewerkt voor de te treffen tijdelijke verkeersmaatregelen totdat de toerit verlegd zal zijn. Daarmee wordt voldaan aan de eisen uit het Besluit uit 2006 en wordt de verkeersafwikkeling zo min mogelijk beïnvloed. Deze voorkeursoplossing is eind 2007 uitgewerkt en wordt besproken met de Gemeente Roermond en de provincie Limburg.


3. Kunt u uitleggen hoe het mogelijk is dat - terwijl de fout al was ontdekt - de afrit toch is aangelegd?

3. Zie het antwoord op vraag 2.


4. Wie is verantwoordelijk voor deze fout?

4. Ik heb samen met de gemeente en de hulpdiensten de eindverantwoordelijkheid dat deze tunnels verkeersveilig zijn én dat de toerit op kortst mogelijk termijn zal voldoen aan alle uitgangspunten die inmiddels gelden. In lijn met deze verantwoordelijkheid zijn verschillende acties ondernomen, zoals beschreven in antwoord 2. Deze acties heb ik meer vaart gegeven met mijn opdracht aan RWS om de toerit zo snel mogelijk aan te passen.

Daarnaast is uit het voorgaande duidelijk geworden dat bij grote planwijzigingen en bij nieuwe regelgeving pro-actiever moet worden nagegaan of dit soort wijzigingen gevolgen hebben voor lopende planstudies en de aanlegprojecten. Ik heb RWS gevraagd dit in de projectaanpak en besturing te verankeren.


5. Is het waar dat bij volledige openstelling de afrit niet kan worden gebruikt wegens het niet voldoen aan de eisen van de (nieuwe) wet tunnelveiligheid?

5. Nee, dat is niet correct. Na de definitieve openstelling kan de verkeersveiligheid worden gewaarborgd met behulp van een aantal verkeersmaatregelen. Momenteel wordt met de gemeente en provincie over een oplossing gesproken die ervan uit gaat dat het verkeer vanaf de toerit naar de rechterrijstrook wordt geleid. Het doorgaand verkeer wordt voor de toerit op de linkerrijstrook samengevoegd. Op deze wijze vindt er geen samenvoeging van verkeersstromen plaats op minder dan 10 seconden voor de tunnelingang en wordt dus aan de eisen uit de regelgeving voldaan.
Wat de capaciteit betreft op de A73 is berekend dat, indien deze verkeersmaatregelen worden getroffen, er de komende 3 à 4 jaar geen sprake zal zijn van structurele verkeersafwikkelingsproblemen voor de noordelijke tunnelmond. Voor de periode daarna komt de toekomstvaste aansluiting beschikbaar waarvoor ik RWS de opdracht heb gegeven.


6. Als de afrit na volledige openstelling toch zou worden gebruikt, in hoeverre ontstaat dan een situatie die onveilig is, c.q. onveiliger is dan in vergelijkbare situaties bij andere tunnels?

6. Alle inspanningen zijn gericht op volledige openstelling inclusief openstelling van de toerit. De verkeersveiligheid wordt eerst door middel van verkeersmaatregelen gewaarborgd en vervolgens door fysieke aanpassing van de toerit.


7. Mocht de afrit inderdaad niet worden opengesteld, bij welke andere tunnels speelt dan een vergelijkbaar probleem?

7. De toerit wordt opengesteld. Voor toekomstige tunnels wordt de nieuwe wetgeving in het ontwerp meegenomen. Bij de bestaande tunnels wordt dit nagegaan.