Nederlands Vaccinatie Instituut
Advies NVI: hepatitis B-vaccinatieschema met de grootste gezondheidswinst
vrijdag, 21 maart 2008
In Nederland wordt op dit moment overwogen algemene vaccinatie tegen
hepatitis B in te voeren. Op basis van wetenschappelijke gegevens
heeft het NVI geconcludeerd dat handhaving van hepatitis B-vaccinatie
van de baby's uit risicogroepen in combinatie met universele
vaccinatie rond het elfde levensjaar de grootste gezondheidswinst
oplevert.
Momenteel worden baby's uit risicogroepen, dat wil zeggen pasgeborenen
van hepatitis B-positieve moeders, kinderen van wie één van de ouders
uit een land komt waar hepatitis B veel voorkomt zijn en kinderen met
het Down Syndroom, gevaccineerd tegen hepatitis B. De eerste groep
krijgt op 0, 2, 3, 4 en 11 maanden een prik, de andere groepen op 2,
3, 4 en 11 maanden. Het vaccinatieschema zou voor alle zuigelingen in
de risicogroepen op 0, 1 en 6 maanden kunnen plaatsvinden.
De kans op hepatitis B-besmetting voor de niet-risicogroepen is het
grootst op volwassen leeftijd (15 tot 44 jaar). Daar komt bij dat er
onvoldoende zekerheid is over de duur van bescherming na vaccinatie
met een hepatitis B-vaccin op zuigelingenleeftijd. Daarom adviseert
het NVI universele vaccinatie op de leeftijd van 11-12 jaar. Dit biedt
bescherming op het moment dat de kans op besmetting het grootst is.
Bovendien is de bescherming beter dan na vaccinatie van zuigelingen
die nog geen uitontwikkeld immuunsysteem hebben. Tevens wordt de
gezondheidswinst op populatieniveau (reductie in incidentie) ongeveer
10-11 jaar eerder geboekt dan bij universele vaccinatie van
zuigelingen en is vaccinatie met maar twee vaccin doses mogelijk.
Overigens is universele vaccinatie zowel op de leeftijd van 11-12 jaar
als op zuigelingen leeftijd kosteneffectief.