Openbaar Ministerie

Twee jaar gevangenisstraf geëist voor schending ambtsgeheim en verkrachting

31 maart 2008

De officier van justitie heeft vandaag twee jaar gevangenisstraf geëist inzake schending van het ambtsgeheim en verkrachting. De 40-jarige verdachte werkte ten tijde van de schending van het ambtsgeheim als brigadier bij het Utrechtse politiekorps. Op 5 september gaf hij informatie uit een lopend onderzoek, de moord die de dag ervoor in Terwijde was gepleegd, aan drie personen. Daarnaast wordt hij ervan verdacht zich eerder, op 20 maart 2007, schuldig te hebben gemaakt aan verkrachting.

De schending van het ambtsgeheim bestond eruit dat hij telefonisch aan drie verschillende personen vertelde dat de verdachte van de moord in Terwijde zijn wapen had weggegooid op de snelweg en dat hij met een collega aan het zoeken was naar dat wapen. De officier van justitie merkte hierover op dat het zonder enige terughoudendheid delen van informatie over lopende onderzoeken onherstelbare schade kan veroorzaken. De verdediging bracht hier tegenin dat de opdracht mee te zoeken naar het wapen hem niet als een geheim was toevertrouwd.

De verkrachting kwam aan het licht in een tapgesprek waarin de verdachte een vriend hierover vertelde. Hij zou de vrouw gedwongen hebben tot seksuele handelingen en gezegd hebben dat ze niets mocht vertellen omdat hij er anders voor zou zorgen dat ze weer in de gevangenis zou komen. Ook dreigde hij haar vader te bellen als ze niet zou meewerken. De officier van justitie zei in zijn requisitoir dat er weliswaar geen lichamelijk geweld was gebruikt maar dat de verdachte misbruik had gemaakt van de kwetsbaarheid van het slachtoffer en haar onder zodanige psychische druk had gebracht dat zij mentaal was gebroken.

De verdediging voerde aan dat er helemaal geen sprake was van verkrachting. De politie zat met een verhaal en zocht hier een verdachte bij. Weliswaar is de verdachte een nacht bij de vrouw geweest en heeft er wel iets plaatsgevonden maar van verkrachting is geen sprake. Ook zette de advocaat ernstige vraagtekens bij de kwaliteit van het verhoor. Voor beide feiten vroeg hij vrijspraak.

De rechtbank doet over twee weken op 14 april uitspraak.