Meebrengen van zwerf- en asieldieren uit andere landen: niet doen

28/04/2008 13:16

Landelijk Informatiecentrum Gezelschapsdieren

Veel vakantiegangers worden op hun vakantiebestemming geconfronteerd met zwerfdieren. Een bekend voorbeeld is het grote aantal honden dat in Zuid Europa na het ren- en jachtseizoen op straat belandt en dan een zwervend bestaan leidt. Soms wordt besloten een zwerf- of asieldier mee te nemen naar Nederland of België om het dier bij ons een fijner dierenleven als huisgenoot te geven. Er zijn ook veel organisaties die begaan zijn met het lot van zwerfdieren of dieren in buitenlandse opvangcentra. Zij halen dieren naar Nederland of België en plaatsen die door middel van adoptieprogramma's bij adoptiegezinnen.

Het is begrijpelijk dat het leed van zwerf- en asieldieren veel mensen raakt. Desondanks raden diverse partijen uit de gezelschapsdierenbranche het meebrengen van zwerf- en asieldieren uit vakantielanden naar Nederland of België ten zeerste af.

De eerste reden hiervoor is dat dieren die afkomstig zijn uit het buitenland vaak infecties bij zich dragen die gevaarlijk zijn voor mens én huisdier. Voorbeelden van dergelijke ziekten bij honden zijn babesiose en ehrlichiose. Deze ziekten worden overgebracht door teken die tegenwoordig ook in Nederland en België voorkomen, waardoor verspreiding van de ziekte ook hier kan plaatsvinden. Om import van dergelijke ziekten, en verdere verspreiding te voorkomen, is het belangrijk dat de dieren vrij zijn van deze ziekten voordat ze mee komen. In de meeste gevallen wordt dit niet gecontroleerd. Wordt bij thuiskomst duidelijk dat het dier drager is van de infectie, dan kan het heel lastig zijn om het weer beter te maken.

Een tweede reden is dat sommige ziekten van dieren op mensen worden overgedragen. Deze ziekten worden ook wel zoönosen genoemd. Een bekend voorbeeld is hondsdolheid, ook voor mensen een potentieel dodelijke ziekte. In 2007 werd in België hondsdolheid vastgesteld bij een jonge hond die ingevoerd zou zijn vanuit Marokko en niet gevaccineerd en gechipt was. In 2008 werd in Frankrijk hondsdolheid vastgesteld bij een hond die eveneens afkomstig was uit Marokko. Dat hondsdolheid een actuele bedreigende ziekte is blijkt wel uit het feit dat op 25 april 2008 in het Verenigd Koninkrijk een pup is overleden aan deze ziekte. De pup maakte onderdeel uit van een nest pups dat door een stichting uit Sri-Lanka was geïmporteerd. Men heeft de overige pups inmiddels laten inslapen en de verzorgers staan onder medische behandeling. Een ander voorbeeld is echinococcose. Zoönosen zijn niet altijd direct herkenbaar. En dat kan een onaangename verrassing voor zijn nieuwe houder betekenen.

De derde reden waarom het meebrengen van (zwerf- en asiel-)dieren uit vakantielanden met klem wordt afgeraden is dat veel van deze dieren slecht gesocialiseerd zijn. Eenmaal bij ons blijken ze dan bijvoorbeeld onzindelijk te zijn, slecht te luisteren of angstig gedrag te vertonen. Deze dieren worden daarom dikwijls al korte tijd na terugkomst in Nederland of België naar een asiel gebracht. Het zwerf- of asieldier dat met goede bedoelingen werd meegenomen vanaf de vakantiebestemming naar huis, werd thuisgekomen dus niet die gezellige huisgenoot die men voor ogen had.

De vierde reden is dat het weghalen van honden uit een slechte situatie, de situatie zelf niet oplost. Zolang de honden ter plekke zich blijven voortplanten, en de plaatselijke bevolking de honden niet verzorgt, zullen er altijd verwaarloosde zwerfhonden worden aangetroffen op deze locaties.

Ten slotte zijn de diverse partijen uit de gezelschapsdierenbranche van mening dat het 'redden van zielige honden' geen goede reden is om een hond te nemen. Deze impulsaanschaf valt niet onder het door hen voorgestane 'verantwoord hondenbezit'. Verantwoord hondenbezit wil onder andere zeggen dat goed over de aanschaf van de hond wordt nagedacht, dat de aspirant-hondenbezitter zich bewust is van zijn/haar verantwoordelijkheden en dat op basis van deugdelijke informatie een hond wordt uitgezocht die bij de gezinssituatie past.

Het advies is dus: Neem geen zwerf- en asieldieren uit het buitenland mee naar huis! Als men toch iets wil doen voor zwerf- of asieldieren uit het buitenland, dan kan men bijvoorbeeld geld of voeding schenken aan een dierenbeschermingsorganisatie ter plaatse. Deze organisaties maken gebruik van castratieprogramma's, waardoor de problematiek ter plaatse wordt aangepakt.

Dit gezamenlijke advies met betrekking tot het meebrengen van nieuwe huisdieren uit vakantielanden wordt gegeven door het Landelijk InformatieCentrum Gezelschapsdieren (LICG), Dibevo, Dierenbescherming, Faculteit Diergeneeskunde (Universiteit Utrecht), Hondenbescherming, Koninklijke Nederlandse Maatschappij voor Diergeneeskunde, Platform Verantwoord Huisdierenbezit, Raad van Beheer op Kynologisch Gebied in Nederland en SAVAB-Flanders (Small Animal Veterinary Association Belgium).





http://www.licg.nl