Ministerie van Buitenlandse Zaken

Beantwoording vragen van het lid Van Bommel over zedelijkheidswetgeving in Afghanistan

19-05-2008 | Kamerstuk | Nederlands Ministerie van Buitenlandse Zaken

Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Van Bommel over zedelijkheidswetgeving in Afghanistan. Deze vragen werden ingezonden op 29 april 2008 met kenmerk 2070819410.

De minister van Buitenlandse Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen

Antwoorden van de heer Verhagen, minister van Buitenlandse Zaken, op vragen van het lid Van Bommel (SP) over zedelijkheidswetgeving in Afghanistan.

Vraag 1
Is het waar dat in het Afghaanse parlement een wetsontwerp is ingediend dat de zedelijkheidswetgeving sterk aanscherpt, zodat het onder andere vrouwen verboden wordt in het openbaar make up te dragen, te dansen bij optredens en jongens wordt verboden armbanden te dragen en dat het verder verboden wordt te biljarten en videospelletjes te spelen? 1) 2)

Vraag 2
Deelt u de mening dat, indien deze wet wordt aangenomen, dit in strijd is met elementaire vrijheden en burgerrechten? Zo neen, waarom niet? Zo ja, bent u bereid bij de Afghaanse regering te bepleiten dergelijke wetgeving niet in te dienen of uit te voeren? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord
Een klein aantal parlementariƫrs heeft een wetsvoorstel opgesteld dat voorziet in een aantal restrictieve bepalingen, zoals kledingvoorschriften en een verbod op het houden van gemengde feesten voor vrouwen en mannen. Dit wetsvoorstel wordt besproken in de `Counter Narcotics and Anti-Social Behaviour Commission' onder leiding van het parlementslid Taj Mohammad. De verwachting is evenwel dat het wetsvoorstel onvoldoende steun krijgt in het parlement. Nederland blijft deze kwestie in EU-verband nauwgezet volgen en zal waar nodig de Afghaanse autoriteiten wijzen op de Afghaanse grondwet en internationale verdragsverplichtingen.

Vraag 3
Bent u bekend met de schorsing sinds mei 2007 van het vrouwelijke parlementslid Malalai Joya voor de huidige zittingsduur van het parlement? Deelt u de mening dat de schorsing feitelijk onaanvaardbaar is, zeker gezien haar strijd voor mensenrechten in het algemeen en vrouwenrechten in het bijzonder? Bent u bereid deze opvatting aan de voorzitter van het Afghaanse parlement voor te leggen? Zo neen, waarom niet?

Antwoord
Het parlementslid Joya is op 21 mei 2007 door het Afghaanse Lagerhuis geschorst voor de huidige zittingsduur van het parlement, vanwege de beledigende opmerkingen die zij in een televisie-interview maakte over het parlement. De reglementen van het parlement voorzien in de mogelijkheid een parlementslid te schorsen. Over de maximale duur van de schorsing bestaat evenwel onduidelijkheid. In EU en VN-verband is bij parlementsvoorzitter Qanooni aangedrongen op een behandeling van deze kwestie conform de Afghaanse grondwet en de procedurevoorschriften van het parlement. Parlementslid Joya heeft inmiddels een petitie ingediend bij het hooggerechtshof waarin wordt verzocht de schorsing te toetsen aan de Afghaanse grondwet. Nederland zal deze kwestie in EU en VN-verband nauwlettend blijven volgen.


1) Afghan parliament committee drafts Taliban-style moral law AFP, April 16, 2008

2) "Help moedigste vrouw in Afghanistan"

Meer informatie


* Link 1) Afghan aprliament committee, April 16,2008 Externe link
* Link 2) 'Help moedigste vrouw in Afghanistan' Externe link


* Ministerie van Buitenlandse Zaken

* Bezuidenhoutseweg 67

* Postbus 20061

* 2500 EB Den Haag

* Tel.: 070-3 486 486

* Fax: 070-3 484 848

* Internet: www.minbuza.nl