Berenschot en NCD: Systematisch vluchtgedrag leidinggevenden

19/05/2008 08:30

berenschot

Utrecht, 19 mei 2008 - Leidinggevende managers vertonen systematisch vluchtgedrag. Zij ontlopen lastige verantwoordelijkheden. Er is sprake van managerial no go area's. De doelstellingen van de organisatie worden daarbij ondergeschikt gemaakt aan die van de manager. Dat is een van de uitkomsten van een groot onderzoek van adviesbureau Berenschot en het Nederlands Centrum van Directeuren en Commissarisen (NCD) onder ruim 700 NCD-leden. Het onderzoek wordt vandaag in het boek 'Managers zijn struisvogels' gepresenteerd.

De term managerial no go area (MNGA) is afkomstig van Berenschot-directievoorzitter Theo Camps (tevens hoogleraar Organisatie en Bestuurskunde aan de Universiteit van Tilburg). Hij produceerde het onderzoek en boek samen met Janka Stoker (Berenschot, bijzonder hoogleraar Leiderschap en Organisatieverandering aan de Rijksuniversiteit Groningen) en marktonderzoeker Bert Jurgens van Bureau Geerts & Jurgens. Ruim 700 NCD-leden deden mee aan de via internet gehouden enquete, die uniek onderzoeksmateriaal opleverde. Uit het onderzoek komt naar voren dat iedere manager ervaring heeft met bijvoorbeeld het niet diep genoeg in de eigen organisatie durven kijken, het negeren van periodieke rapportages en onvoldoende interesse in klantrelaties. Bij één op de vijf managers leidt dit tot systematisch vermijdingsgedrag.

Van managers met een hoog vluchtgedrag delegeert 20 tot 25% regelmatig zaken waar hij zelf tegenop ziet. Managers die leidinggeven aan meer dan 200 medewerkers vertonen gemiddeld minder vluchtgedrag dan collega's die kleinere organisaties aansturen. Opvallend is verder dat managers die één tot tien jaar ervaring als leidinggevende hebben in 25% van de gevallen een hoog vluchtgedrag vertonen, terwijl managers met méér dan tien jaar ervaring 12% scoren.

Volgens Theo Camps is bij systematisch vluchtgedrag ook de rol van toezichthouders in het geding: "Nog te vaak wordt de manager de kans geboden om door te gaan met een bestuurswijze die niet goed is voor de organisatie. In het ergste geval leidt dit ertoe dat aanvankelijk door hun toezichthouders bejubelde managers een organisatie naar de afgrond leiden."

Om vluchtgedrag te voorkomen is het nodig dat organisaties leidinggevenden mede selecteren op hun vermogen om de dialoog met medewerkers en stakeholders aan te gaan. Verder is het te sterk sturen op resultaat - al dan niet gekoppeld aan individuele beloningen - doorgeschoten en moet een sterker accent worden gelegd op leiderschap waarbinnen normen en waarden een belangrijke plaats innemen.