Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Inhoud pagina: Antwoorden op kamervragen over de ISLA-raffinaderij op Curaçao

5 juni 2008

Antwoorden op kamervragen van de leden Halsema en Van Gent (beiden GroenLinks), Van Bochove (CDA), Van Raak (SP), Rutte (VVD) en Leerdam (PvdA) aan de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de ISLA-raffinaderij op Curaçao. (Ingezonden 29 april 2008)


1. Vraag Bent u ervan op de hoogte dat op 9 en 14 april 2008 opnieuw een "totale shutdown" van de ISLA-raffinaderij heeft plaatsgevonden waarbij dagenlang grote hoeveelheden roet en zwavel zijn uitgestoten, wat tot twee keer toe leidde tot grote overlast en gedwongen evacuatie van scholen? 1)


1. Antwoord Ja


2. Vraag Hoe beoordeelt u de veelvuldige en ernstige overschrijding door de ISLA-raffinaderij van de zwaveldioxidenorm uit de vergunning van de raffinaderij (bijvoorbeeld in 2006 op 190 dagen), die is aangetoond door metingen door de ISLA zelf (ingeleverd bij de Milieudienst), en wederom is aangetoond door recente metingen en dus losstaat van het vonnis van 30 oktober 2007 van het GHvJ (dat hier ook op ingaat)?


2. Antwoord De milieuproblematiek van de raffinaderij op Curaçao heeft mijn volste aandacht en ik heb hier meermalen met het bestuur op Curaçao over gesproken. Zoals u weet en zoals ik al vaker heb aangegeven valt het toezicht op de raffinaderij en handhaving van de daar geldende milieunormen onder de politieke verantwoordelijkheid van het Bestuurscollege van Curaçao. Het Bestuurscollege heeft aangekondigd stevig in te zullen zetten op het toezicht en handhaving van de vigerende milieunormen. Ook zal het een lange termijn visie opstellen voor de raffinaderij waarin de verschillende opties voor de toekomst worden onderzocht. Deze maatregelen zijn mede op mijn aandringen ook opgenomen in het Sociaal Economisch Initiatief (SEI) van Curaçao dat op 16 mei door de Rijksministerraad is geaccordeerd. Ik verwijs u naar de passages hierover op pagina's 32 tot en met 35. Daarin zijn de volgende maatregelen met betrekking tot de raffinaderij opgenomen:

"Het Eilandgebied Curaçao zal in 2008 een visie opstellen ten aanzien van de raffinaderij, als onderdeel van een lange-termijn economische visie, waarin is opgenomen:
- Wenselijkheid om op lange termijn een raffinaderij te hebben op Curaçao

- Indien raffinaderij zou blijven: onder welke voorwaarden, met welke eigendomsstructuur (bijv. moet de overheid eigenaar blijven van de installaties), voor hoe lang is een raffinaderij nog interessant gezien wereldwijde ontwikkelingen in de energie, welke investeringen zijn nodig voor terugdringen van milieubelasting en concurrerend houden van de raffinaderij (urgent: productie van laagzwavelige olieproducten en conversie van zware brandstof in hoogwaardige olieproducten)?
- Indien raffinaderij zou verdwijnen: hoe en hoe snel wordt de raffinaderij uitgefaseerd, wat zijn alternatieve mogelijkheden voor het Schottegatgebied, hoe wordt omgegaan met saneren van het terrein en het Schottegat, wat zijn de gevolgen voor energievoorziening op Curaçao, hoe kan de work force herschoold en herallokeerd worden?
- Doorrekenen van de verschillende scenario's.

Voorts zal op de korte termijn de vervuiling door de raffinaderij worden aangepakt. Het gaat om zowel lucht-, water- als bodemverontreiniging, waarbij de luchtverontreiniging het meest direct de gezondheid beïnvloedt van de bevolking die "beneden de wind" van de raffinaderij woont. Momenteel spelen reeds verschillende rechtszaken waarin studies worden aangehaald die zeer ernstige gevolgen voor de volksgezondheid claimen.

De Curaçaose overheid zal de Hindervergunning van de raffinaderij, de Hindervergunning en overige bestaande milieuwetten, regels en normen en waaraan de raffinaderij gebonden is, vanaf het vierde kwartaal 2008 handhaven in die zin dat de raffinaderij ertoe bewogen dan wel gedwongen zal worden zich aan de normen van de Hindervergunning te houden. In dit context wordt rekening gehouden met de uitspraak van de rechter in de zaak Stichting Humanitaire Zorg c.s. versus Isla c.s., verwacht in mei 2008. In deze zaak heeft de rechter immers via een tussenvonnis een onderzoek gelast naar de mogelijkheden (met name hoe en hoe snel) voor de raffinaderij om haar uitstoot van zwaveldioxide en fijn stof te verminderen.

Om handhaving mogelijk te maken zal vanaf het derde kwartaal 2008 de benodigde meetapparatuur operationeel zijn en zal er door de Milieudienst continu gemeten worden v.w.b. de uitstoot van de raffinaderij. De Milieudienst zal waar nodig versterkt worden. Ook het water en de bodem zullen vanaf het derde kwartaal regelmatig (minstens ieder kwartaal) getest worden op verontreiniging, gecoördineerd door de Milieudienst. Alle meetresultaten zullen openbaar worden gemaakt via een website.

Het is belangrijk te constateren dat het huurcontract voorschrijft dat, indien de regeringen (Land en/of Eiland) nieuwe wetgeving introduceren met verscherpte en meer stringente milieuvoorschriften en daardoor nieuwe investeringen noodzakelijk maken, deze investeringen voor 50% door het Eilandgebied gedragen dienen te worden. Eventuele wetvoorstellen in die sfeer dienen dus zorgvuldig onderzocht te worden op hun financiële consequenties. Investeringen en overige kosten die nodig zijn om aan bestaande milieuwetgeving te voldoen zijn echter volledig voor rekening van PdVSA."

Ik zal toezien op de uitvoering van de maatregelen in het SEI, waarvoor Nederland zoals u weet ook geld ter beschikking stelt. Indien ik de uitvoering hiervan onvoldoende acht, zal ik de Rijksministerraad hiervan op de hoogte stellen.


3. Vraag Bent u ervan op de hoogte dat de Antilliaanse overheid tot op heden de burgers niet heeft geïnformeerd of gewaarschuwd tegen de gevaren als gevolg van de stelselmatige overschrijding van de zwaveldioxidenorm, terwijl zij op de hoogte is van die gevaren die veroorzaakt worden door het handelen van de ISLA-raffinaderij in strijd met de geldende Hindervergunning, en dat aldus de artikelen 2 en 8 EVRM geschonden worden?

3. Antwoord
Ik ben van mening dat het een taak is van de overheid om haar burgers goed te informeren. De afweging om burgers al dan niet te informeren en de wijze waarop is een verantwoordelijkheid van de betreffende overheid. Omdat het door u genoemde mede betrekking heeft op een lopende rechtszaak zal ik hierover verder geen uitspraak doen.


4. Vraag Bent u ervan op de hoogte dat de Antilliaanse overheid tot op heden niet heeft opgetreden tegen de stelselmatige overschrijding van de zwaveldioxidenorm terwijl de geldende Hindervergunning haar daartoe mogelijkheden biedt?

4. Antwoord
Omdat dit betrekking heeft op een lopende rechtszaak zal ik mij hier niet over uitlaten. Ik deel echter uw zorg over de handhaving van de milieunormen en dit heeft dan ook mijn volledige aandacht. Ik zal hier ook het Bestuurscollege van Curaçao en de Antilliaanse overheid over blijven aanspreken. Voor wat betreft de tekst hierover in het SEI constateer ik dat Curaçao vanaf het vierde kwartaal van dit jaar de vigerende milieuwetgeving zal handhaven. Dit lijkt mij een bijzonder heldere toezegging.


5. Vraag Hoe beoordeelt u het dat gedeputeerde Davelaar van Gezondheid en Milieu in een gesprek op 11 april jl. met de SMOC-voorzitter heeft meegedeeld niet op de hoogte te zijn van de normoverschrijdingen in 2006?

5. Antwoord
Ik verwijs u naar de maatregelen in het SEI, waarin is opgenomen dat de milieudienst op korte termijn zal worden versterkt en dat de uitstoot van de raffinaderij gemonitord zal worden. In het SEI is ANG 500.000 gereserveerd voor aanschaf van apparatuur en versterking van de milieudienst. In dit kader heb ik Curaçao ook assistentie aangeboden vanuit Nederland.


6. Vraag Deelt u de visie dat er ten aanzien van de ISLA sprake is van onbehoorlijk bestuur, aangezien u op eerdere Kamervragen antwoordt dat u "een effectief toezicht op de naleving van wettelijke voorschriften verbonden aan vergunningen ter voorkoming van ernstige milieuverontreiniging een onderdeel van behoorlijk bestuur " 2) en het onweerlegbaar ontbreekt aan dit effectieve toezicht, gezien onder andere het niet-optreden van de Antilliaanse overheid tegen de stelselmatige overschrijding van de zwaveldioxidenorm? Zo neen, waarom niet?

6. Antwoord
Zoals ik ook in mijn antwoord op vraag 2 heb gesteld, zijn er in het SEI maatregelen opgenomen met betrekking tot het toezicht op en handhaving van de milieunormen. Ik ga er dus van uit dat er gehandhaafd zal gaan worden en daar zal ik het Bestuurscollege en de Antilliaanse overheid ook op aanspreken.


7. Vraag Bent u ervan op de hoogte dat onherroepelijke uitspraken in de lopende rechtzaken nog jaren op zich kunnen laten wachten, bijvoorbeeld omdat de ISLA al heeft aangegeven in de civielrechtelijke zaak - na afloop van het hoger beroep - ook nog in cassatie te zullen gaan?

7. Antwoord
Zoals hierboven aangegeven zal ik in ieder geval toezien op uitvoering van de maatregelen zoals opgenomen in het SEI van Curaçao. Curaçao stelt in het SEI dat het rekening houdt met het vonnis van de rechter in mei 2008 in de zaak van Stichting Humanitaire Zorg c.s. tegen Isla c.s. Overigens is de verwachting dat de rechter niet in mei, maar in juni 2008 uitspraak zal doen in beide lopende rechtszaken.


8. Vraag Acht u het verantwoord en opportuun om al die tijd te wachten alvorens u uit te spreken over de erbarmelijke toestand van milieuhandhaving ten aanzien van de raffinaderij? Zo ja, waarom?

8. Antwoord
Nee. Dit is ook de reden dat ik nadrukkelijker met de overheden van de Nederlandse Antillen en Curaçao in gesprek ben over de raffinaderij en heb aangedrongen op het opnemen van een passage over de raffinaderij in het SEI. Ik ben er zeer over te spreken dat Curaçao heeft aangegeven op korte termijn de milieuproblematiek met betrekking tot de raffinaderij te willen aanpakken.


9. Vraag Waarom acht u het zo belangrijk dat het eiland nieuwe contractonderhandelingen voert met de PdVSA waarbij "(internationaal) aanvaardbare milieustandaarden prioriteit hebben" 3), terwijl er nu al (sinds 1997) milieunormen gelden voor de raffinaderij, die stelselmatig worden geschonden zonder dat daartegen wordt opgetreden? Wat is - bij aantoonbaar gebrek aan handhaving - de toegevoegde waarde van een nieuw contract?

Antwoord op vraag 9 en 15 Wat ik van belang vind is dat Curaçao op termijn kan voldoen aan hogere milieunormen dan de huidige. Op welke manier Curaçao dit wil realiseren is een eigen keuze. Ik heb Curaçao aangeboden om hiervoor extra expertise vanuit Nederland ter beschikking te stellen. Het handhaven van de milieunormen is, zoals ik al in eerdere antwoorden heb aangegeven, door Curaçao opgenomen in het SEI. Ook toekomstige, strengere milieunormen zullen door Curaçao gehandhaafd moeten worden.


10. Vraag Deelt u de visie dat er slechts sprake is van een vertragingstactiek, aangezien de ISLA zelf heeft aangegeven 4) ook na "upgrading" niet aan internationaal aanvaardbare milieustandaarden te kunnen voldoen en contractonderhandelingen over het voldoen aan internationale standaarden dus zinloos zijn? Zo neen, waarom niet?

10. Antwoord Ik heb geen aanwijzingen die deze visie ondersteunen. Ik heb van Curaçao begrepen dat investeringsvoorstellen van PdVSA voldoen aan de normen als gesteld in de thans voorliggende conceptmilieuwetgeving.


11. Vraag In hoeverre staat het huidige contract het handhaven van de huidige milieunormen in de weg?

11. Antwoord Het huidige contract staat het handhaven van de huidige milieunormen op geen enkele manier in de weg.


12. Vraag Waarop doelt u met uw opmerking dat "het eiland binnen de huidige contractvoorwaarden met het bedrijf teveel beperkt in zijn probleemoplossend vermogen"? 5)

Antwoord op vraag 12 en 13 In het huidige contract zijn verouderde normen van kracht. Namelijk de normen opgenomen in de hinderwetvergunning. Deze zijn lager dan de milieunormen in de VS of de EU. Ik heb tijdens mijn gesprek met de Curaçaose bestuurders begrepen dat Curaçao graag hogere normen nastreeft dan de verouderde die nu gelden. Het huurcontract bepaalt dat, indien de regeringen (Land en/of Eiland) nieuwe wetgeving introduceren met verscherpte en meer stringente milieuvoorschriften en daardoor nieuwe investeringen noodzakelijk maken, deze investeringen voor 50% door het Eilandgebied gedragen dienen te worden.


13. Vraag Deelt u de visie dat alleen bij strengere dan de huidige milieunormen, artikel 6.2 van het contract in werking treedt dat bepaalt dat de overheid 50% van de kosten moet bijdragen om te voldoen aan nieuwe milieuwetgeving? Zo neen, waarom niet?

13. Antwoord Zie mijn antwoord op vraag 12.


14. Vraag Wat verwacht u van de nieuwe milieuwetgeving die het eilandgebied naar verwachting later dit jaar afrondt 6), aangezien de bestaande normen voor de raffinaderij daarin onveranderd zijn overgenomen voor de periode tot 2020?

14. Antwoord Het gaat er in eerste instantie om dat Curaçao de bestaande milieuwetgeving handhaaft. Voorts hecht ik er belang aan dat Curaçao de milieunormering op middenlange termijn verhoogt. Ik zal bij het Bestuurscollege van Curaçao informeren wat de beoogde tijdsplanning van het instellen van hogere milieunormen is en hoe hoog deze normen zullen zijn.


15. Vraag Welke concrete verbeteringen verwacht u van het binnenkort te tekenen Memorandum of Understanding door Curaçao en de PdVSA? Waarop baseert u dat?

15. Antwoord Zie mijn antwoord op vraag 9.


16. Vraag Hoe beoordeelt u het feit dat er geen werkend rampen- of evacuatieplan bestaat voor de omgeving van de raffinaderij, zoals blijkt uit het feit dat bij de recente "shutdowns" de scholen zelf de evacuatie moesten regelen?

16. Antwoord Naar mijn oordeel behoort er een goed werkend rampen- en evacuatieplan te zijn voor de omgeving van de raffinaderij. Ik zal daar met het Bestuurscollege en de Antilliaanse overheid een gesprek over hebben.


17. Vraag Welk aandeel van het ISLA-personeel is Antilliaans en om hoeveel personen gaat het dan? Hoeveel draagt de ISLA-raffinaderij indirect bij aan de werkgelegenheid voor Antillianen?

17. Antwoord Ik heb van Curaçao vernomen dat er van de bijna 1000 werknemers van de raffinaderij, er slechts 7 á 10 de Venezolaanse nationaliteit hebben. Daarnaast werken er enkele honderden onderaannemers. Ik zal het Bestuurscollege van Curaçao vragen mij exacte cijfers te verstrekken over de directe en indirecte werkgelegenheid die de raffinaderij verschaft aan Antillianen.


18. Vraag Wat is de bijdrage van de ISLA raffinaderij aan de Antilliaanse economie en wat zouden de gevolgen zijn van eventuele sluiting van de raffinaderij, waar de President van Venezuela aan refereerde op 25 maart 2008 tijdens een toespraak op Venezolano de Television?

18. Antwoord Voor het eerste deel van uw vraag kan ik uit het SEI van Curaçao het volgende citeren: "De raffinaderij is nog steeds een belangrijke factor in de economie van Curaçao, hoewel minder dan in het verleden. De contributie van de raffinaderij is onder meer :
- Circa 1000 directe werknemers en een vergelijkbaar aantal indirecte werknemers, daarmee is de raffinaderij nog steeds een van de grootste werkgevers

- Gemiddeld 400 werknemers van aannemersbedrijven uitlopend tot circa 1000 man ten tijde van groot onderhoud aan de installaties.
- Spinoff effecten voor technische bureaus, onderhoudsbedrijven etc.
- Directe inkomsten van US$ 20 miljoen per jaar via het lease contract


- Geschatte totale bijdrage aan economie: ANG 350 miljoen, ongeveer 8% van het Curaçaose BBP." Voor het antwoord op het tweede deel kan ik u informeren dat in het SEI is aangegeven dat er een studie zal worden uitgevoerd die onder andere de gevolgen van sluiting van de raffinaderij in kaart brengt.


19. Vraag Wanneer ontvangt de Kamer de door u (in antwoord 10 en 11) toegezegde reactie op de brief van SMOC?

19. Antwoord Het antwoord op de brieven van SMOC doe ik u hierbij toekomen.


1) Wereldomroep 10 april 2008, http://antilliaans.caribiana.nl/curacao_bonaire/car20080410_isla-shutd own-SMOC (extern) ; http://www.youtube.com/watch?v=XXZnhBM5TXs&feature=related (extern)
2) Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2007-2008, nr. 1752
3) Zie verslag van uw recente Antillenbezoek, 31200 IV, nr. 37
4) In de behandeling van het kort geding van de Stichting Humanitaire Zorg c.s. versus de ISLA (met vonnis op 2 maart 2007).
5) Zie verslag van uw recente Antillenbezoek, 31200 IV, nr. 37
6) Zie verslag van uw recente Antillenbezoek, 31200 IV, nr. 37 Naar boven

---

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties