Ingezonden persbericht


PERSBERICHT

Den Haag, 10 juni 2008

Eén op de vijf gamende vijftigplussers bang voor gameverslaving

Ouderen zijn intensiever bezig met games dan vaak wordt gedacht, blijkt uit onderzoek van EPN. Twintig procent meent zelfs het risico te lopen eraan verslaafd te raken. Daarnaast stelt ruim de helft van de ondervraagden computervaardigheden te leren door het spelen van digitale spellen.

In de EPN-studie vulden ruim 400 bezoekers van Seniorweb een online enquête in en werden diepte-interviews gehouden met vijftigplussers en vertegenwoordigers van de game-industrie. Het onderzoeksrapport verschaft inzicht in de beleving van games door senioren en de wijze waarop de game-industrie hier op inspeelt.

Ruim de helft van de vijftigplussers in de steekproef zegt onvoldoende kennis te hebben om zelf games te kopen. Men speelt vooral gratis spellen. 43 procent geeft aan gratis games te downloaden van een website. Slechts drie procent maakt wel eens de gang naar een gespecialiseerde gamewinkel.

Ondanks dat senioren intensief bezig zijn met games, ziet 85 procent van de vijftigplussers in het onderzoek die regelmatig (minimaal één tot twee maal per week) een spel op de computer spelen zichzelf niet als gamer. Zelfs van de ouderen die dagelijks gamen, noemt 76 procent zichzelf geen gamer.

De geringe vertrouwdheid van ouderen met de gamecultuur komt doordat de game-industrie hen nog niet goed in het vizier heeft. Ouderen zijn een minder zichtbare groep gamers en hun diverse gamegedrag past niet in de bestaande hokjesindeling van de industrie. Bovendien heeft de gamende vijftigplusser zo zijn eigen ideeën over gaming : 63 procent vindt games duur, 89 procent speelt liever geen gewelddadige spellen en zij vinden games meer iets voor jongeren. Binnen de game-industrie en de gamecultuur neemt de bekendheid met de gamende vijftigplusser weliswaar toe, maar er moet nog een grote slag gemaakt worden , stelt Yvonne Woldberg, die onderzoek deed bij EPN, het platform voor de informatiesamenleving.

Het belang van games neemt toe, niet alleen als vrijetijdsbesteding maar bijvoorbeeld ook in de zorg, het onderwijs en het bedrijfsleven op het vlak van training en opleidingen. Gegeven de vergrijzing en de waarde die games ook voor ouderen kunnen hebben, is het zaak bestaande beeldvorming bij hen over computerspellen - die zouden ontoegankelijk, niet sociaal en gewelddadig zijn -, te veranderen. Termen als game , gamer en de game-industrie moeten breder worden gedefinieerd, stelt onderzoeker Woldberg, die ook van mening is dat nader onderzoek naar gamebeleving van andere groepen dan de stereotype jonge gamer gewenst is.

EPN | Platform voor de Informatiesamenleving brengt de maatschappelijke betekenis van informatie- en communicatietechnologie over het voetlicht door debat, publicaties en onderzoek. Bij het agenderen van onderwerpen richt het platform zich vooral op de langere termijn. In deze onafhankelijke stichting zijn het bedrijfsleven, de overheid, de wetenschap, maatschappelijke organisaties en de politiek vertegenwoordigd. Voorzitter is dr. A.H.G. Rinnooy Kan, vicevoorzitter is mr. B.E.M. Wientjes. Website www.epn.net.

Nadere informatie: Yvonne Woldberg, onderzoeker EPN, tel.: 070 42 77 622.

Het volledige rapport is te downloaden op www.epn.net.