SERV
Jozef II-straat 12-16
1000 BRUSSEL
Tel. (00 32) 2 209 01 11
Fax. (00 32) 2 217 70 08
Persbericht 12 juni 2008
Waterfactuur op twee jaar tijd meer dan 30% gestegen
Tussen 2006 en 2008 is de waterprijs zowel voor gezinnen als voor bedrijven met meer dan 30% gestegen. De prijzen verschillen sterk naargelang de gemeente. Daarbij is het verband tussen de kosten en de aangerekende waterprijs niet altijd duidelijk. De SERV vraagt aan de Vlaamse overheid een visie op de kostenterugwinning van waterdiensten en een regulator voor de watersector. In afwachting daarvan mogen de tarieven niet verder verhogen.
Waterprijs meer dan 30% gestegen
Tussen 2006 en 2008 is de prijs op de waterfactuur voor gezinnen gemiddeld gestegen met 31% (in sommige gemeenten zelfs met 69%). Een Vlaams gezin betaalt vandaag gemiddeld 3,23 euro per m3 of 292 euro per jaar. De prijs van het drinkwater blijft ongeveer gelijk. Het is vooral de bijdrage voor afvoer en zuivering van het afvalwater die de rekening aandikt. De verschillen tussen de gemeenten en provincies vallen op. De laagste prijs betaalt men in Tessenderlo, Wellen en Voeren (192 euro), de hoogste in Zaventem (340 euro). Globaal genomen liggen de waterprijzen in de provincies Antwerpen en (Oostelijk) Vlaams-Brabant lager dan in de andere provincies. In Limburg zijn de rioleringsbijdragen hoger, in Oost-Vlaanderen dan weer de drinkwatertarieven. West-Vlaanderen kent hoge drinkwatertarieven en bovendien passen er veel gemeenten de maximum rioleringsbijdrage toe.
De SERV ziet eenzelfde tendens bij de bedrijven. Voor een verbruik van 1000 m3 is de prijs met 34% gestegen, voor verbruikers van 10 000 m3 met 38% (bij lozing van afvalwater vergelijkbaar met huishoudelijk afvalwater). Naargelang de gemeente en de drinkwatermaatschappij vallen de bedrijven onder andere tariefstructuren waardoor ook voor bedrijven de prijsverschillen erg groot zijn.
Ondoorzichtige tarieven
De stijgende prijzen zijn een gevolg van Europese verplichtingen voor afvalwaterzuivering en de doorrekening van de kosten ervan. Maar het verband tussen bijvoorbeeld de rioleringsbijdrage die de gemeenten aanrekenen en de kosten die een gemeente maakt, is niet duidelijk. Welke kosten worden doorgerekend evenmin. Ook de redenen voor de zeer uiteenlopende tariefstructuren en modaliteiten zijn niet transparant. Door de complexe regelgeving en de soms ondoorzichtige facturen zijn de aangerekende bedragen, kortingen en terugbetalingen nauwelijks te controleren.
Regulering nodig
De SERV vraagt de Vlaamse overheid om dringend werk te maken van een visie op de financiering van het waterbeleid en de kostenterugwinning van waterdiensten. Bovendien moet er een performante regulator komen voor de watersector. "In afwachting daarvan", aldus SERV-voorzitter Karel van Eetvelt, "vragen de sociale partners om de tarieven voorlopig niet verder te verhogen. De huidige situatie is ondoorzichtig en creëert risico's op fouten en misbruiken. We vragen dat er meer toezicht komt op de prijszetting en dat eventuele toekomstige tariefverhogingen verlopen via een planmatige en transparante fasering met bijzondere aandacht voor de sociale en economische effecten ervan".