Partij van de Arbeid

Speech van Wouter Bos

PvdA Congres, 14 juni 2008, Breda

Vrienden, partijgenoten, beste mensen

Wat ben ik blij dat ik vandaag eindelijk de tijd heb om u anderhalf uur lang te onderhouden

over PvdAers die elkaar publiekelijk de maat nemen,

over zelfkastijding en zelfbeklag,

over richtingenstrijd,

over SP, Groen Links of D66.

Nee dus.

Mijn verhaal vandaag is bedoeld voor al die mensen die zich nog altijd het vuur uit de sloffen lopen voor onze partij, voor een betere buurt, voor een beter Nederland, ja, voor een betere wereld en die zich ergeren aan hoe de PvdA vooral met zichzelf bezig lijkt.

Deze mensen hebben gelijk.

Ik doe er dus ook niet aan mee.

En dat is het laatste wat ik er vandaag over zeg.

O ja, en anderhalf uur duurt het ook niet.

Vrienden, er is maar één ding waar mensen ons over willen horen:

ons eigen verhaal over het leven van heel gewone mensen,

wat daar aan de hand is,

waar ze bezorgd over zijn,

waar ze geïnspireerd door raken,

in wat voor land ze willen leven.

Een verhaal dat bindt en boeit.

En op dat verhaal moeten we elkaar vandaag opnieuw vinden.

Mij herinnert het aan 2002, toen ik mij kandidaat stelde voor het politiek leiderschap van de Partij van de Arbeid.

Ik deed dat omdat ik mensen zag afhaken die bij ons horen.

Heel gewone mensen vaak die door alle ontwikkelingen in hun omgeving het idee hadden langzaam maar zeker de controle kwijt te raken over alles wat voor hun vertrouwd was, wat ze houvast gaf, waarmee ze het idee hadden greep te hebben op hun eigen buurt, werk, leven.

En net als toen is de grootste fout die we nu zouden kunnen maken, hun zorgen of onmacht weg te zetten als klagen of zeuren, laat staan racisme of xenofobie.

Het zijn niet de zorgen en onzekerheden van deze mensen waar we ons tegen moeten verzetten.

Maar wel hun gevoel dat er niets aan te doen is, dat de toekomst meer bedreigingen dan kansen biedt, dat zij steeds weer aan het kortste eind trekken.

Mijn Partij van de Arbeid is voor alles een optimistische partij.

Een partij die haar geschiedenis kent.

Een geschiedenis die ons leert dat de toekomst ons niet hoeft te overkomen, dat we kunnen sturen en vormgeven, dat er eindeloos veel kansen voor het grijpen liggen en vooral, vooral, dat stilstand laat staan achteruitgang juist voor de allerkwetsbaarsten het slechtste uitpakt.

Wij geloven in verandering omdat we verandering nodig hebben om onze idealen waar te maken.

Kortom, de Partij van de Arbeid is progressief of is niet.

Maar ondertussen blijkt het een heel moeilijke klus om heel veel mensen, die bij ons hoorden of nog steeds bij ons horen, dat geloof in de toekomst, in elkaar en in ons eigen kunnen terug te geven.

De afgelopen jaren is het beeld alleen maar sterker geworden van een land in verwarring en een volk dat zich voor het eerst in de geschiedenis afvraagt of hun kinderen het beter zullen hebben dan zij zelf.

Waar komt dat nou door?

Volgens mij niet eens omdat er zo veel en zo snel verandert in het leven van mensen.

Het is ook de aard van de veranderingen.

De veiligheid van nationale grenzen verdwijnt.

Het ordenend vermogen van nationale overheden en nationale politieke partijen wordt minder.

De bevolkingssamenstelling verandert.

Verschillen tussen hoe mensen hun leven leven worden groter.

Er zijn steeds meer culturen, meer religies, meer meningen, meer waarden.

Solidariteit komt steeds minder makkelijk vanzelf tot stand.

Het leidt tot een nieuwe ongelijkheid, nu eens niet primair op inkomen maar een ongelijkheid tussen mensen die hier hun kansen kunnen grijpen, en mensen die dat niet lukt.

Bijvoorbeeld als we kijken naar globalisering.

Geen twijfel dat globalisering enorme kansen met zich mee brengt voor consumenten en ondernemers.

Globalisering biedt een perspectief van welvaart waar armoe is en democratie waar onderdrukking heerst.

Maar globalisering vraagt ook slachtoffers en niet alleen op korte termijn.

Denk aan de arbeiders in traditionele industrie die hun baan zien verdwijnen terwijl hun bazen excessieve bonussen verdienen.

En dus is het goed dat we, meer dan u in het verkiezingsprogramma van ons vroeg en meer dan in enig ander Europees land, daar iets aan proberen te doen.

Denk aan de vakbonder die niet meer weet met wie hij nu eigenlijk over de toekomst van het bedrijf moet overleggen omdat ondernemers en aandeelhouders steeds ongrijpbaarder hun invloed aanwenden.

En dus is het goed dat we agressief aandeelhoudersactivisme aan banden leggen.

Maar denk bij globalisering ook aan homo's en vrouwen die dachten hun vrijheden in Nederland lang en breed verworven te hebben maar met de komst van nieuwe gemeenschappen soms het gevoel hebben weer helemaal opnieuw te moeten beginnen.

Of denk aan de gewone deugdzame burger die op TV terroristen ziet die zeggen uit naam van de Islam te handelen en zich plots afvraagt wat dat zegt over zijn buurman die ook moslim is.

Een Nieuwe Ongelijkheid tussen de mensen voor wie de Nieuwe Wereld vooral Nieuwe Kansen biedt en de mensen die dreigen achter te blijven of af te haken.

En dat fenomeen, beste mensen, die ontwikkeling, die ongelijkheid raakt ons meer dan wie dan ook.

Het is de effectiviteit van ons soort beleid dat onder druk komt.

Het is het type samenleving dat wij nastreven dat uit beeld raakt.

Het is onze internationale oriëntatie die steeds minder populair wordt. Het is ons discours over werk en inkomen dat in toenemende mate tekort schiet als we het niet ook over religie, moraal, identiteit en cultuur durven te hebben.

En ja, het zijn onze mensen die zich bedreigd voelen, die onzeker worden, vertrouwen verliezen in elkaar, in ons, in de toekomst.

Vrienden, als er één reden is waarom ik deze partij wil leiden, is het -net als in 2002- omdat ik dit niet wil laten gebeuren.

Als er één reden is waarom ik terug wil vechten tegen alle somberheid en pessimisme in, is het omdat juist wij nu uitgedaagd worden op onze overtuigingskracht, onze beginselen en ons vermogen om mensen weer greep te geven op hun leven.

Wij hebben altijd beweerd en gedemonstreerd dat het mogelijk is mensen kansen te laten pakken, zich te ontwikkelen en emanciperen zodat ze de toekomst met vertrouwen tegemoet kunnen zien.

Nu daaraan getwijfeld wordt, moeten wij het laten zien.

En dat kunnen we.

Maar het vraagt allereerst eerlijkheid.

Eerlijkheid, gewoon eerlijkheid.

Dat we mensen durven vertellen hoe Nederland verandert.

En dat Nederland dus ook moet veranderen.

Wie dat niet durft te zeggen, houdt mensen voor de gek.

Een emancipatiepartij die mensen sterk wil maken moet beginnen met ze een eerlijk verhaal over hun wereld mee te geven.

En dus ben ik bijvoorbeeld blij dat onze partij in de Resolutie over Arbeid die vandaag is aangenomen niet de globalisering ontkent,

niet terugverlangt naar het Nederland van de jaren '50,

niet het belang ontkent dat het bedrijfsleven heeft om zich flexibel en dynamisch te organiseren.

Dat laten we met een gerust hart over aan de SP.

Wij omarmen de dynamiek, wij omarmen de toekomst, maar we willen iedereen mee nemen en niemand achterlaten.

Dat is het hart van ons verhaal.

Een eerlijk verhaal is soms een heel moeilijk verhaal.

Dat merk ik elke dag aan de pomp.

Natuurlijk, we kunnen nu de brandstofprijzen stijgen de accijnzen verlagen.

Maar de olieprijs blijft net zo hoog.

De toenemende vraag vanuit India en China blijft net zo hoog.

De schaarste neemt niet af.

Ik vind het eerlijker om mensen dát verhaal te vertellen, om met Den Uyl te zeggen dat die tijd van lage olieprijzen nooit meer terug komt.

Ja, dat is eerlijk, en het biedt ook een kans om juist nu versneld over te stappen op duurzame technieken, een duurzame energie, een duurzame economie.

En dan ben ik niet naïef over hoe gezinnen in de knel kunnen komen nu de brandstofprijzen stijgen.

Ik heb die koopkrachtplaatjes ook gezien.

Nee, aan die stijgende olieprijs kunnen we niets doen.

Maar aan de vraag of de allerkwetsbaarsten daar het slachtoffer van worden wel.

En ik zeg u, met de PvdA in het kabinet zullen we dat dus niet laten gebeuren.

Maar vrienden, de enige reden waarom we moeten durven blijven komen met dat eerlijke verhaal, is omdat we altijd ook dat andere verhaal vertellen.

Het verhaal van de solidariteit.

Het mooiste verhaal.

Ons verhaal.

Van niemand anders.

Hoor je dat, Michiel Emmelkamp?

Ons verhaal, van niemand anders.

Wij kunnen vooruitgangsoptimisten zijn,

wij kunnen het eerlijke verhaal vertellen over een veranderende wereld die niet alleen maar kansen maar ook bedreigingen met zich mee brengt,

wij kunnen dat verhaal brengen omdat we iedereen mee nemen, omdat we niemand aan de kant laten staan.

Dat doen we omdat we weten dat de samenleving daar niet alleen socialer maar ook sterker van wordt.

Alles wat we zeggen, alles wat we doen om mensen vol vertrouwen mee te nemen in een wereld vol van kansen én bedreigingen, zekerheden en zorgen, het staat of valt met ons vermogen waar te maken dat je er nooit alleen voor staat, dat jouw probleem mijn probleem is, dat het ons aller belang is dat het ons allemaal goed gaat.

En natuurlijk, ook die solidariteit moet onderhouden worden.

Neem de WAJONG.

Het is niet solidair om kwetsbare jongeren vanaf hun 18e voor de rest van hun leven af te schrijven en op te bergen.

Het is niet solidair om de kleine kans die er soms is om WAJONGERS toch mee te laten doen op de arbeidsmarkt, weg te laten lopen en af te kopen met een uitkering.

En het is zeker niet solidair om de uitkering te verlagen voor WAJONGERS die geen kans maken.

En dus is het goed dat wij de WAJONG solidair houden door haar te veranderen, de uitkering te behouden, de aandacht te verleggen naar wat jongeren wel kunnen en van hen ook te verlangen daar aan mee te werken.

Zodat we solidair kunnen blijven met de mensen die daar uiteindelijk echt van afhankelijk zijn.

Maar, beste mensen, onze grootste uitdaging op het gebied van solidariteit ligt niet in de sociale zekerheid.

Het vraagstuk waar alles samen komt - kunnen we optimistisch zijn, durven we mensen te vertellen hoe Nederland onomkeerbaar verandert, kunnen we de solidariteit organiseren- het vraagstuk waar al die vragen samenkomen is het integratie-vraagstuk.

Onze geloofwaardigheid hangt wat mij betreft meer dan op welk onderwerp dan ook, af van hoe wij het er hier vanaf brengen.

Het is de sleutel terug naar de harten van de mensen.

Ik zal er dus ook zelf leiding aan blijven geven.

Want het gaat over de vraag of wij kunnen verbinden en verheffen,

of verworven vrijheden bij ons in goede handen zijn,

of we een nieuwe samenleving kunnen bouwen dwars over die steeds grotere verscheidenheid in etniciteiten, culturen en religies heen.

En ik denk dat we dat kunnen waarmaken.

Het is de grote Nieuwe Sociale Kwestie van de komende decennia.

En wij zullen de leiding moeten nemen.

Omdat we de wijken kennen waar de nieuwe samenleving wordt uitgedokterd, met vallen en opstaan.

Omdat we wortels hebben in alle grote emancipatiebewegingen van de afgelopen eeuw.

En omdat wij, en niemand anders, kapitaal in handen hebben met Aboutaleb, Albayrak, Marcouch, Karakus en al die anderen!

Er is ook een schaduwzijde aan deze ambitie.

Ik hoop enorm dat veel allochtonen in onze partij hun talenten tot ontwikkeling brengen.

We vervullen daarmee ook de klassieke emancipatiefunctie die altijd bij ons heeft gehoord.

Maar de schaduwzijde is wel dat de debatten bij ons altijd heftiger zullen zijn, de tegenstellingen groter, het ook vaker mis zal gaan.

Of het nu gaat om de Armeense genocide, dubbele nationaliteiten, boerka's, imams, de vrijheid van meningsuiting, religiekritiek of discriminatie.

Omdat dingen gezegd worden die niet kunnen, dingen voorgesteld worden die niet mogen.

Mensen zullen er van schrikken, misschien zullen ze ons verlaten.

En ik zeg: dat moet dan maar.

Dit vraagstuk hoort bij ons.

Dit is een investering in onze geloofwaardigheid maar meer dan dat, en vele malen belangrijker, een investering in solidariteit, in de kwaliteit van onze samenleving.

Nederland liep in 2002 voorop toen de onvrede over de multiculturele samenleving naar buiten barstte.

Nu gaan we voorop lopen om te laten zien hoe het wel moet.

Daarbij draait het wat mij betreft om de heruitvinding van onze traditie van tolerantie.

Nooit meer de tolerantie van schouderophalen en wegduiken, laten gebeuren en niet willen zien, niet benoemen en langzaam maar verergeren.

Nee, de actieve tolerantie die ik voor sta betekent dat we discriminatie en achterstand bestrijden, ruimte geven aan religies en verschillen, verdraagzaamheid betrachten maar tegelijkertijd compromisloos onze verworven vrijheden verdedigen.

Dan heb je het over de rechtsstaat - de gelijkheid van man en vrouw, homo en hetero, de scheiding van kerk en staat, de vrijheid van meningsuiting - maar ook over veel meer dan dat.

Wij zijn alleen maar geloofwaardig in het verdedigen van een volwaardige plaats voor de islam in de Nederlandse samenleving als we geloofwaardig zijn in het verdedigen van verworven vrijheden.

Dat betekent allereerst dat we een eerlijk verhaal vertellen over een veranderend Nederland, waar de islam bij zal blijven horen, waarvan het multi-etnische karakter alleen maar toe zal nemen en waarvoor geen weg terug bestaat naar het Nederland van Ooit. Wij bepleiten en verdedigen in dat Nederland een volwaardige positie voor de islam en dat betekent bijvoorbeeld acceptatie van moskeeënbouw, steun voor Nederlandse imamopleidingen en de aanwezigheid van islamitische geestelijke verzorgers net als katholieke en humanistische, bij de krijgsmacht, in gevangenissen, in zorginstellingen.

Maar op de andere helft van de boodschap moeten we net zo hard zijn. We accepteren niet dat gekwetste gevoelens een rechtvaardiging zijn voor het gebruik van geweld.

We willen dat Amsterdam de veilige homo-hoofdstad blijft.

We willen geen politie-agenten die op basis van kennis van de Koran hun werk moeten doen.

We tolereren geen PvdA-politici met een discriminerende of denigrerende houding naar allochtonen, homo's of vrouwen.

Wij accepteren geen haatzaaien vanuit salafistische moskeeën.

We bewegen niet mee met die mannen die hun vrouw zorg ontzeggen omdat er alleen een mannelijke arts beschikbaar is.

We zijn trots op Marcouch als hij met imam Fawaz in het openbaar debatteert en laat zien dat je tegelijk een goed moslim en een goed burger van Nederland kan zijn.

In de woorden van Marcouch zelf: "liever een baan dan een baard!"

Het zal allemaal niet eenvoudig zijn, dat weet ik ook wel.

Vooral ook omdat bij het gros van wat we willen bevorderen en bestrijden, we het niet zullen moeten hebben van wet en regel.

Toch de traditionele 'toolkit' van sociaal democraten.

Maar hier werkt 'ie niet.

Hier zal onderwijs, werk, dialoog, opvoeding, emancipatie en debat het werk moeten doen.

Als we het met wet en regel niet redden, moeten mensen in ieder geval weten waar we voor staan.

Het debat moet open scherp kunnen worden gevoerd.

Daarom vind ik ook dat de partij altijd en overal ondubbelzinnig op moet komen voor de vrijheid van meningsuiting.

Er zullen spotprenten gemaakt worden die kwetsen,

er zullen films verschijnen die ertoe leiden dat een vlag wordt verbrand,

er zullen uitspraken volgen die leiden tot nieuwe persoonsbeveiliging. Maar als dat de prijs is die nodig is om de verworven grote vrijheid van meningsuiting te behouden, het zij zo.

Wat geen begaanbare weg is, is dat we sluipendeweg zelfcensuur toestaan onder dreiging van geweld en intimidatie.

In een land waar we godsdienstvrijheid koesteren en verdedigen bestaat ook de vrijheid godsdienst te verwerpen, te bekritiseren en zelfs te bespotten.

Ook daarin zijn we tolerant.

En de debatten die daaruit voortvloeien maken ons uiteindelijk sterker. Niet angst of intimidatie moet ons denken en doen bepalen maar de vrijheid binnen de wet en de individuele moraal.

We kunnen de boel alleen maar bij elkaar houden als we kraakhelder zijn over wat we wel en wat we niet accepteren van elkaar.

Wees niet bang als het een keer polariseert en kwetst.

Dat hoort bij weerbare mensen in een volwassen democratie.

We moeten elkaar ook vertrouwen in waarom we het debat voeren, dan kun je het van elkaar hebben als het af en toe pijn doet.

En wees gerust, als ik het over debat heb, dan gaat het niet alleen over het debat met onszelf, met partijleden die een misser begaan of met allochtonen.

Net zo hard met autochtonen hoe zij achterstellen en buitensluiten.

Of met Wilders, Verdonk of Rutte.

Bij hun is vrijheid noch trots in goede handen.

Zij drijven mensen uiteen zonder ook maar één oplossing te bieden. Zij zorgen er voor dat ook succesvolle geëmancipeerde allochtonen zich steeds minder thuis voelen in Nederland juist nu we ze zo hard nodig hebben.

Het Nederland waar zij voor staan is een Nederland waar ik niets mee heb.

Weet u wanneer ik trots was op Nederland?

Toen ik me realiseerde dat een paar jaar geleden namens mijn regering Rita Verdonk zou hebben gereageerd op Fitna en het nu Ahmed Aboutaleb was.

Toen was ik niet alleen trots op Ahmed maar heel erg trots op Nederland!

Weet u wanneer ik trots was op Nederland?

Toen ik laatst op de Nieuwe Ledendag Mahmoud Astahafi tegen kwam die me vertelde dat hij één van die 26.000 was, dat hij blij is dat hij in ons mooie land -nu ook zijn land- aan zijn toekomst mocht bouwen en dat hij dat met en in de Partij van de Arbeid wil gaan doen.

Toen was ik trots op Nederland!

Beste mensen, dit is mijn verhaal over mijn Partij van de Arbeid, mijn sociaal democratie, mijn inspiratie om door te gaan.

Progressief, eerlijk en solidair.

Ik doe dat vanuit beginselen, idealen en een traditie waar ik trots op ben.

Ik doe dat gesteund door Mariëtte en Han en fracties waar ik trots op ben.

Ik doe dat gesteund door u allemaal, door de partij.

Ik weet dat dat niet altijd makkelijk is.

De keerzijde van ons idealisme is dat het nooit genoeg is.

Dat kleine stapjes nooit groot genoeg zijn.

Zolang we nog geen 76 zetels hebben - ik beloof u: bij de volgende verkiezingen gaat het lukken- maar zolang we nog geen 76 zetels hebben zal het moeten gebeuren door compromissen te sluiten.

En dat is af en toe moeizaam en vervelend.

Ik weet en voel dat als geen ander.

Maar ook dan hebben we u nodig.

Toen Jet een paar weken geleden in problemen kwam met de embryoselectie kwam er binnen no time een PvdA-er op televisie. Niet om de Christen Unie te bekritiseren over hun standpunt.

Niet om het CDA te bekritiseren over hun niet-standpunt.

Niet om de eigen staatssecretaris te ondersteunen in haar strijd.

Maar vooral om een verhaal af te draaien over hoe zij onbetrouwbaar en aan het draaien was.

Vrienden, zo moet het dus niet.

Niet alleen omdat Jet Bussemaker een kanjer is en zij u ook op dit onderwerp niet zal teleurstellen.

Beste mensen, zo redden we het dus niet.

Wij hebben u ook nodig.

Politiek is strijd en die strijd voeren we met zijn allen.

Wij hebben een prachtig verhaal vanuit een unieke geschiedenis met het oog op een inspirerende toekomst.

Elke dag weer proberen we daar stukjes en beetjes van waar te maken, in gemeentes, in provincies en landelijk.

We doen dat niet om populair te worden maar omdat we geloven dat dit land nog steeds zoveel beter kan.

Dat was ook de titel van mijn boek: Dit Land Kan Zoveel Beter.

Ik beschreef hoe Marco van Basten het Nederlands elftal weer teamspirit mee gaf.

Ik haalde het aan als voorbeeld om te laten zien hoe teamspirit, samenhang, iets voor elkaar over hebben, solidariteit dus, prestaties verhoogt, ons allemaal sterker maakt.

Hoog gaf ik op van het verschil tussen Dick Advocaat en Patrick Kluivert enerzijds en Marco van Basten, Dirk Kuyt en Khalid Bouhlarouz anderzijds.

Vervolgens vloog Nederland er bij het WK genadeloos uit tegen de Portugezen.

Weg voorbeeld.

Ik had me met losers geïdentificeerd.

Maar vrienden, na gisteren weten we het weer.

De aanhouder wint.

Met teamspirit boek je resultaten.

Kansen kunnen keren.

Dat geldt voor Marco, Dirk en Khalid.

Dat geldt voor ons.

Moedig voorwaarts dus.

Dank u wel.