20 juni 2008
Vanochtend heeft de SER een advies vastgesteld over de Strategische
agenda hoger onderwijs, onderzoek en wetenschapsbeleid. Een ambitieuze
studiecultuur en een excellent onderzoeksklimaat zijn noodzakelijk
voor een verdere versterking van de kenniseconomie en voor de
arbeidsparticipatie op de middellange termijn. De middelen en de
instrumenten die het kabinet hiervoor wil inzetten, zijn echter
ontoereikend, volgens het advies.
Michael van Straalen van MKB-Nederland schaarde zich namens de drie
ondernemerscentrales achter het advies. Hij onderstreepte de noodzaak
het evenwicht te bewaren tussen de inspanningen op het terrein van
excellentie en de participatieagenda. Zoveel mogelijk mensen betrekken
bij de arbeidsmarkt is even belangrijk als het stimuleren van
excellentie.
Verder vroeg hij aandacht voor het bachelor-masterstelsel. Hij
benadrukte dat een wo-bachelor in de ogen van de werkgevers geen
kwalificatie is die toegang geeft tot de arbeidsmarkt. Een wo-master
is dus noodzakelijk. Een hbo-bachelor is daarentegen een prima
eindkwalificatie.
Ook pleitte hij namens de bedrijven voor meer stimulansen voor
internationalisering. Het hoger onderwijs moet beter toegankelijk
worden voor buitenlandse studenten. Studenten en docenten moeten
fysiek mobieler worden en het onderwijs moet virtueel mobieler worden
in het kader van internationale samenwerking.
AbvaKabo-voorzitter Edith Snoey, sprekend namens de drie vakcentrales,
vond het jammer dat het kabinet de SER hierover niet om advies had
gevraagd. Gelukkig heeft de SER dit nu uit eigen beweging gedaan. Zij
deelde de zorg over de absoluut ontoereikende middelen en instrumenten
die het kabinet wil inzetten. Daarnaast kampen we ook nog met een
tekort aan leerkrachten. Het onderwijs moet weer een aantrekkelijke
werkplek worden, vond ze.
Zij was blij dat het advies terughoudend is ten aanzien van
differentiatie in collegegeld en selectie aan de poort. Ook
onderstreepte zij het belang van verhoging van het rendement in het
HBO. Er is ook hier te veel uitval en de doorstroming van bachelor
naar master kan beter. Ze pleitte met name voor een betere aansluiting
tussen HBO-bachelor en WO-master. Haar voorstel voor financiering van
een schakeltraject hiertussen was helaas gesneuveld in de
voorbereidingscommissie.
Ook het kroonlid Theo Bovens beklemtoonde dat de financiële
middelengroei voor het hoger onderwijs en onderzoek domweg veel te
laag is. "Het komt niet eens in de buurt van de door de SER
voorgestelde kennis- en investeringsagenda." Er zit volgens hem een
diepe kloof tussen middelen en doelen en tussen idee en uitvoering als
het om de Lissabon-agenda gaat. Hij bepleitte de instelling van een
commissie die razendsnel gaat adviseren over de invoering van een
leven lang leren.
De voorzitter van de voorbereidingscommissie, Marco Wilke, deed ten
slotte een oproep aan het kabinet om voortaan de SER actiever en
tijdig te betrekken bij de advisering over onderwijsvraagstukken,
omdat deze immers zeer belangrijk zijn voor het sociaal-economisch
beleid.
---
Sociaal-Economische Raad