Leefbaar Rotterdam



donderdag, augustus 07, 2008

Stijging diefstal vanuit auto's

Rotterdam, 6 augustus 2008,

Betreft: schriftelijke vragen ter schriftelijke beantwoording - Stijging diefstal uit autos

Beantwoording van de schriftelijke vragen van het raadslid H. van Schaik (Leefbaar Rotterdam)
Aan de Gemeenteraad.

Op 6 augustus 2008 stelde het raadslid H. van Schaik (Leefbaar Rotterdam) ons schriftelijke vragen over stijging diefstal uit autos.

Inleidend wordt gesteld:

Uit cijfers van de politie blijken er in het eerste half jaar maar liefst 7200 auto-inbraken in de regio Rotterdam-Rijnmond te zijn gepleegd; 1500 inbraken meer dan vorig jaar. Aangezien veel mensen geen aangifte meer doen van inbraak of poging daartoe, moeten we helaas concluderen dat het werkelijke aantal inbraken nog veel hoger ligt. Eerder al bereikten ons vergelijkbare cijfers omtrent de stijging van het aantal gestolen fietsen.

Hieronder volgen de vragen en onze beantwoording:

Vraag 1: Hoe beziet het college deze enorme stijging in diefstallen en de hiermee gepaard gaande vernieling van autos in Rotterdam? Antwoord:
Er is inderdaad sprake van een stijging. In de eerste acht maanden van 2008 zijn er volgens onze bronnen bij politie Rotterdam-Rijnmond in Rotterdam 6641 inbraken uit autos geregistreerd. Daar tegenover staan 5123 geregistreerde autokraken in de eerste acht maanden van 2007. Dat is een gemiddelde stijging met 30%.

Vraag 2:
Zijn er wijken of deelgemeenten die er in positieve of negatieve zin uitspringen? Zo ja, welke zijn dit en heeft u hiervoor een verklaring ?

Antwoord:
Gebiedsgewijs treft u hieronder een antwoord op uw vraag:

De stijging komt vooral voor rekening van de deelgemeenten Delfshaven (toename van 74% t.o.v. 2007), Overschie (toename van 81%), Hillegersberg-Schiebroek (toename van 83%) en Kralingen-Crooswijk en Noord (toename 45%).
In Hoogvliet is het aantal autokraken gehalveerd (afname van 52%). In Pernis is een afname van 35%.
Door de politie worden deze ontwikkelingen continu geanalyseerd. De oorzaken van de forse toename enerzijds in bovenstaande gebieden en de grote afname anderzijds vergen echter een uitgebreide nadere analyse, waar de burgemeester u over twee weken over zal informeren.

Vraag 3:
Hoeveel daders zijn er dit jaar aangehouden en hoeveel zijn er hiervan reeds eerder met justitie in aanraking gekomen?
- hoe worden recidivisten na strafoplegging gevolgd?
- wordt de politie automatisch verwittigd als een recidivist vrijkomt?

Antwoord:
Het aantal aangehouden personen terzake diefstal uit of vanaf autos, bedraagt 220 tot en met september 2008; ten opzichte van 159 over diezelfde periode in 2007 (tot en met september). Daarvan bleek vrijwel iedereen al met de politie in aanraking te zijn geweest. De meeste autokrakers hebben een groot aantal (soortgelijke) delicten op hun naam staan.

De politie hanteert een informatiegestuurde aanpak op deze problematiek. Het profiel van bekende autokrakers, zoals hun foto, werkwijze en pleeglocaties, wordt dagelijks geactualiseerd en verspreid onder alle politiediensten. Wanneer het vermoeden bestaat dat een bepaalde autokraker recidiveert, dan zal daar gericht op gerechercheerd worden.

De politie is vanzelfsprekend zeer alert op de vrijlating van de hen bekende recidivisten maar wordt nog niet automatisch verwittigd als een recidivist vrijkomt. Op dit moment worden afspraken gemaakt over een koppeling van het registratiesysteem van de Dienst Justitiële Inrichtingen bij de afdeling Regionale Informatie Organisatie van de politie. U wordt daarover nader geïnformeerd.

Vraagstelling vervolgt:
Wij ontvangen signalen dat daders vaak afkomstig zijn uit bijvoorbeeld Bulgarije, Roemenië of andere voormalig Oostbloklanden.

Vraag 4:
Kunt u aangeven hoeveel daders in 2007 en 2008 afkomstig waren uit het voormalige Oostblok?

Antwoord:
Onder de in 2008 aangehouden personen bevonden zich welgeteld twee personen uit het voormalige Oostblok. In 2007 waren dat er vijf.

Vraag 5:
Indien inderdaad veel daders uit het Oostblok komen, kunt u dan in bestuurlijk overleg met Den Haag pleiten voor concrete maatregelen?
- zo nee welke maatregelen gaat u dan wel nemen?

Antwoord:

Op basis van de cijfers zien wij geen aanleiding om in Den Haag specifiek voor autodiefstal door personen afkomstig uit het Oostblok aandacht te vragen.

Vraagstelling vervolgt:
De stijging zette in het najaar van 2007 reeds in en piekte in januari. Inmiddels, zes maanden verder, blijkt in juni nog steeds sprake van ruim 25% meer auto-inbraken.

Vraag 6:
Wat heeft het college in de tussentijd gedaan en hoe beoordeelt het college de effectiviteit van deze acties ?

Antwoord:
De politie reageert alert op deze zorgelijke ontwikkeling. Zoals eerder beschreven is de stijging in sommige gebieden dermate hoog dat dit een nadere analyse vergt. In de tussentijd wordt informatiegestuurd opgetreden en wordt daarbij gebruik gemaakt van diverse methoden, zoals lokautos, postacties, preventie-acties bij automobilisten, adoptie (in het kader van persoonsgerichte aanpak politie) van veelplegers, controles bij opkopers van navigatie en audio-apparatuur. Er wordt tevens op de pleeglocaties intensiever gesurveilleerd.
Personeel van de politie wordt bij aanvang van hun diensten via de briefing geinstrueerd waar zij extra aandacht voor moeten hebben. Hierbij wordt ingezoomd op locaties, kwetsbare tijdstippen en profielen van notoire daders. De binnenkort te verschijnen nadere analyse zal aanleiding zijn om nog gerichter deze problematiek aan te pakken.

Vraag 7:
Is het mogelijk om op korte termijn medewerkers van Stadstoezicht te laten patrouilleren op auto-inbraak hotspots, in plaats van parkeerboetes te laten uitdelen?

Antwoord:
Waar nodig wordt ook door medewerkers van Stadstoezicht tijdens hun reguliere werkzaamheden extra aandacht besteed aan auto-inbraken.

Medewerkers van Stadstoezicht melden ingeslagen autoruiten aan de politie, zodat de politie de eigenaar kan informeren en zicht kan krijgen op het ontwikkelen van pleegplaatsen.