Centrum Informatie en Documentatie Israel > Persberichten 2008
CIDI Persbericht - Den Haag, 12 augustus 2008
---
Van der Hoeven ondergraaft geloofwaardigheid Nederlands Iranbeleid
Het CIDI heeft gisteren per brief haar bezorgdheid geuit bij minister
van Economische Zaken Van der Hoeven over haar voornemen de
handelsbetrekkingen met Iran te intensiveren. Op haar weblog schrijft
zij hierover dat het haar "interessant" leek om met haar collega's uit
Angola en Iran "van gedachten te wisselen". Duidelijk wordt dat deze
gedachten ondermeer gaan over het met tankschepen leveren van
vloeibaar aardgas uit Iran.
CIDI begrijpt dat voornemen niet. Het Iraanse mullahregime maakt zich
schuldig aan ernstige mensenrechtenschendingen, steunt terrorisme
(onder andere via Hezbollah), ondermijnt de stabiliteit van de regio,
bedreigt de staat Israel met vernietiging en het negeert de eisen van
de internationale gemeenschap om het illegale programma voor nucleaire
wapens af te breken.
Van der Hoevens voornemen staat haaks op het Nederlandse
kabinetsbeleid. Eerder liet minister van Buitenlandse Zaken Verhagen
over het Iran beleid van Nederland aan de Kamer weten het niet passend
te achten de handelscontacten met Iran proactief te bevorderen. Op 14
mei 2007 hield de Tweede Kamer een spoeddebat over een voorgenomen
missie van het Nederlands Centrum voor Handelsbevordering naar Iran.
Elke overheidsbemoeienis met die missie werd vervolgens gestaakt. En
op de site van Van der Hoevens eigen ministerie staat te lezen: "Voor
overige goederen en diensten is in principe de handel (met Iran) vrij.
De Nederlandse regering onderneemt daartoe geen actieve promotionele
activiteiten".
Ook in Europees en internationaal perspectief is het voornemen van
minister Van der Hoeven niet te begrijpen. Afgelopen vrijdag nog (8
augustus 2008) , besloot de EU niet alleen tot zwaardere sancties
tegen Iran maar ook tot terughoudendheid bij het aangaan van nieuwe
verplichtingen met het land op handelsgebied.
Gezien de aard van het Iraanse regime is het onwenselijk als Nederland
daarvan in economisch opzicht afhankelijk zou worden. Bovendien zou de
Nederlandse regering op dit moment op geen enkele wijze moeten
bijdragen aan economisch profijt voor Iran, omdat zulks de positie van
het mullahregime versterkt.
Het voornemen van de minister van Economische Zaken ondergraaft de
geloofwaardigheid van het Nederlandse Iranbeleid. CIDI roept de
minister ertoe op haar voornemens af te stemmen op het
regeringsbeleid.