Vrije Universiteit Amsterdam

Gebruik van tempora in de Aeneis Vergilius


* Startdatum09-09-2008


* Tijd15.45


* LocatieAula


* TitelDiscourse Modes and Bases. A Study of the Use of Tenses in Vergil's Aeneid


* PlaatsAula


* SprekerS.M. Adema


* Promotorprof.dr. C.H.M. Kroon


* OnderdeelFaculteit der Letteren


* WetenschapsgebiedOverig


* EvenementtypePromotie

Door te variëren in tijd kun je één feit op verschillende manieren presenteren: `er is een stad geweest' klinkt anders - informatiever - dan `er was een stad', dat veel eerder het begin is van een sprookje of van een beschrijving van die stad. Adema bespreekt in haar proefschrift hoe de tijden uit het Latijnse werkwoordensysteem in de Aeneis (1e eeuw v. Chr, Vergilius) worden ingezet om het verhaal te vertellen over de Trojaan Aeneas.
In dit epos wordt het verhaal door middel van verschillende werkwoordstijden beschrijvend, becommentariërend en vertellend gepresenteerd. Adema betoogt dat de verteller echter vooral laat zíen wat er gebeurt in zijn verhaal. De verteller gebruikt daarbij de tegenwoordige tijd: zo zorgt hij ervoor dat het verhaal zich, als het ware, voor onze ogen afspeelt. Het verhaal van de Aeneis begint inderdaad met de informatie dat `er een stad is geweest', maar als het verhaal eenmaal op gang is, verandert de manier van presenteren en ís die stad er en wordt hij voor onze ogen opgebouwd.