College van Beroep voor het bedrijfsleven
Aan een terugvorderingsbesluit dient een intrekkingsbesluit of
herzieningsbesluit ten grondslag te liggen. Dit dient voorafgaand of
gelijk met het terugvorderingsbesluit te zijn genomen
De Raad stelt vast dat het onderhavige terugvorderingsbesluit van 18
maart 2003 niet berust op een daaraan voorafgaand of daarmee tegelijk
genomen intrekkings-, herzienings- of anticumulatiebesluit. Dat op 19
maart 2004 (wel) een herzienings- en anticumulatiebesluit is genomen,
kan hier niet aan afdoen. Evenmin kan hieraan af doen het feit dat na
heroverweging in bezwaar (tot tweemaal toe) tegelijkertijd op de
bezwaren tegen de besluiten van 18 maart 2003 en 19 maart 2004 is
beslist. Hieruit volgt dat dit terugvorderingsbesluit - en in het
verlengde daarvan het besluit van 5 november 2007, voor wat betreft
het onderdeel dat betrekking heeft op dit terugvorderingsbesluit - de
vereiste wettelijke grondslag ontbeert. Dit betekent dat het besluit
van 5 november 2007 in zoverre (eveneens) voor vernietiging in
aanmerking komt.
LJ Nummer:
BE9650
Bron: Centrale Raad van Beroep
Datum actualiteit: 9 september 2008