INLIA


COA reorganiseert medische zorg 15/09/2008

Het Centraal orgaan Opvang Asielzoekers (COA) gaat de medische zorg voor asielzoekers per 1 januari 2009 anders organiseren. In de visie van het COA voldeed de constructie met verpleegkundigen in dienst van een stichting Medische Opvang Asielzoekers (MOA), gelieerd aan GGD Nederland, niet voldoende aan de eis dat de gezondheidszorg voor asielzoekers moet aansluiten op de reguliere zorg.

De asielzoeker moet zelf de keuze kunnen maken om gebruik te maken van reguliere zorg. Het gaat hierbij om de zgn. eerstelijns- of curatieve zorg (gericht op herstel) zoals de huisarts, de verloskundige en de apotheker. Voor de curatieve zorg heeft het COA als één pakket een contract gesloten met zorgverzekeraar Menzis, terwijl voor de publieke gezondheidszorg (een wettelijke taak van gemeenten) wordt gepraat met GGD Nederland.

Op de weblog van Bas Leerink, sinds 1 september jl. lid van de Raad van Bestuur van Menzis, is te lezen dat de zorgverzekeraar toe wil naar een eerstelijnszorg waarin praktijkondersteuners die gespecialiseerd zijn in zorg aan asielzoekers een ambachtelijke eenheid vormen met de lokale huisartsen. Deze geïntegreerde eenheid is geen fysiek centrum maar een concept waarin wordt gewerkt met één medisch dossier en één landelijk informatiesysteem voor alle zorg aan asielzoekers. Als een asielzoeker verhuist kan er een naadloze overdracht van medische gegevens zijn en kan er op landelijk niveau informatie uitgewisseld worden en ontstaan er korte en directe lijnen tussen zorg aan asielzoekers en reguliere zorg. Ook wordt zo meer kennis opgebouwd en gedeeld over deze specifieke vorm van zorg.

Over de personele gevolgen van de ontmanteling van de MOA welke werknemers kunnen bijvoorbeeld in dienst treden van de nieuwe werkgever - is meer te lezen op de site van de LAD, de Landelijke vereniging van Artsen in Dienstverband.

Voor de asielzoekers betekent het o.m. dat ze vanaf 1 januari 2009 zelf naar een huisarts, tandarts of verloskundige moeten zoeken. Voor iemand die pas in Nederland is, de taal niet spreekt, vaak laaggeletterd is en uit een heel andere cultuur komt, zal dat, zonder bijvoorbeeld een tolk, niet meevallen.

Voor de huisartsen betekent het dat er een cliëntengroep op ze afkomt die psychische problemen kan hebben als gevolg van traumatische ervaringen (marteling, verkrachting enz.). Zie hiervoor bijv. het rapport Arts en Vreemdeling van de zogenaamde Commissie Klazinga (dec 2007). Specifieke kennis op dit terrein en enig inlevingsvermogen in andere culturen is dus van belang, terwijl daarnaast ingespeeld moet worden op de groei en krimp van de toestroom. Vandaar ook dat sommige bij de problematiek betrokken organisaties, waaronder INLIA, vinden dat de overstap wel erg snel gaat. Wij houden op deze site voor het vervolg dan ook de vinger aan de pols.

(zie ook ons bericht d.d. 22/5/08 over de wijziging van de Zorgverzekeringswet, te vinden onder Gemeentelijke Opvang Laatste Nieuws)