Verlengen levensduur platforms cruciaal voor capaciteit CO2-opslag

16/09/2008 12:27

NOGEPA

DEN HAAG, 16 september 2008 -- De Nederlandse Olie en Gas Exploratie en Productie Associatie (NOGEPA) heeft in overleg met diverse overheidspartijen onderzoek uit laten voeren naar het potentieel aan opslagcapaciteit voor CO2 in lege gasvelden op het Nederlands Continentaal Plat. De resultaten van dit onderzoek, uitgevoerd door TNO en DHV, zijn nu bekend. Hieruit blijkt dat ca. 35% van alle gasvelden op het Nederlands Continentaal Plat geschikt lijken voor de opslag van CO2. CO2 -opslag kan een belangrijke bijdrage leveren aan het behalen van de Nederlandse klimaatdoelstellingen.

Het doel van het onderzoek was het in kaart brengen van de geschiktheid en capaciteit van bestaande gasvelden en infrastructuur (pijpleidingen en platforms) voor CO2-opslag. Daarbij is ook gekeken naar de snelheid waarmee CO2 in bestaande velden geïnjecteerd kan worden, de manier waarop vraag en aanbod op elkaar aansluiten, de randvoorwaarden voor CO2-transport en mogelijke "showstoppers".

In de studie is uitgegaan van een opslag van 20 Mton CO2 per jaar. Uit eerder onderzoek is gebleken dat een groot deel van de gasreservoirs op het Nederlands Continentaal Plat vanuit technisch oogpunt en veiligheidsperspectief geschikt is voor CO2-opslag. Echter, gelet op de grootte van het reservoir en de haalbare injectiesnelheid, lijkt effectief ca. 35% (ca. 55 gasvelden), geschikt voor CO2-opslag. Deze velden hebben een gezamenlijke opslagcapaciteit van ruim 900 Mton. De overige velden zullen waarschijnlijk te duur zijn om ingezet te worden voor CO2-opslag, omdat ze te klein zijn (30%) of nu al zijn ingesloten (ruim 10%). Aangezien productieplatforms aangesloten op uitgeproduceerde gasvelden in sommige gevallen zullen worden ontmanteld voordat er sprake kan zijn van CO2-opslag, zal de uiteindelijk beschikbare capaciteit naar verwachting lager uitvallen dan verondersteld.

Omdat het plaatsen van nieuwe platforms en het boren van putten enkel voor CO2-opslag vanuit technisch oogpunt gezien gecompliceerd en kostbaar is, gaat de voorkeur uit naar het opnieuw benutten van bestaande platforms en putten. Het hergebruik van bestaande gastransportleidingen ligt lastiger, omdat de ontwerpdruk van deze leidingen vaak lager ligt dan vanuit technisch oogpunt optimaal zou zijn voor CO2-opslag. Daarnaast komen hoofdleidingen pas beschikbaar op het moment dat het laatste reservoir dat op deze leiding is aangesloten, is uitgeproduceerd. Hierdoor sluiten vraag en aanbod van opslagcapaciteit niet altijd op elkaar aan in de tijd.

De verwachting is dat tot 2020 uitsluitend pilot- en demonstratieprojecten uitgevoerd zullen worden. Voor 2020 zal er geen sprake zijn van CO2-opslag op grote schaal op het Nederlands Continentaal Plat. Een van de redenen hiervoor is dat de techniek van CO2-afvang nog in de kinderschoenen staat. Inmiddels wordt op nationaal en Europees niveau gewerkt aan een passend juridisch kader voor CO2-opslag.

NOGEPA beraadt zich op dit moment over de invulling van de volgende fase van deze studie. Hierbij wordt in ieder geval aandacht besteed aan het kostenaspect van verschillende transport- en opslagscenario's. De resultaten van deze tweede fase worden eind dit jaar verwacht.

Het rapport van fase 1 is beschikbaar op www.nogepa.nl.

Over NOGEPA

De Nederlandse Olie en Gas Exploratie en Productie Associatie (NOGEPA) is de associatie van vergunninghoudende olie- en gasexplorerende en -producerende bedrijven. Bij de 15 leden en 6 geassocieerde leden van NOGEPA zijn 2500 mensen (onschone en offshore) werkzaam. Daarnaast zijn nog ca. 10.000 mensen werkzaam in deze sector via aannemers. Jaarlijks wordt door de leden van NOGEPA in Nederland 2,5 miljoen m3 olie en 70 miljard m3 gas geproduceerd. Meer informatie over NOGEPA en haar leden is te vinden op www.nogepa.nl.





http://www.nogepa.nl


Noot voor de redactie: