ChristenUnie
`Landelijk onderscheid avond- en nachthoreca koppelen aan
leeftijd bezoekers'
`Landelijk onderscheid avond- en nachthoreca koppelen aan leeftijd
bezoekers'
donderdag 09 oktober 2008 17:02 De ChristenUnie wil een landelijk
geldend onderscheid tussen avond- en nachthoreca. De avondhoreca is
voor jongeren tot 18 jaar en sluit uiterlijk om 01.00 uur. Daarnaast
moet de toezicht op de alcoholverkoop worden verscherpt. Kamerlid Joël
Voordewind: `Vele onderzoeken tonen de urgentie van een sluitende
aanpak in de strijd tegen alcoholmisbruik. Nu moeten we ook durven
doorpakken'.
Vandaag spreekt de Tweede Kamer over het initiatief Vroeg op Stap.
Beide moeders en de ondertekenaars van het initiatief hebben duidelijk
laten zien dat het probleem van alcoholmisbruik onder jongeren niet
alleen onder wetenschappers en medici leeft, maar vooral ook onder de
bevolking. De 120.000 handtekeningen die ze hebben verzameld om de
sluitingstijden te vervroegen voor jongeren onderstrepen dat. De
ChristenUnie ziet dit als een belangrijke stap in de aanpak van het
veelomvattende alcoholprobleem.
Vervroeging
Het onderscheid maken tussen avondhoreca, open tot 01.00 uur voor
jongeren tot 18 jaar en nachthoreca, voor volwassenen vanaf 18 jaar,
is daar weer een aanvulling op, met het algehele doel overmatige
alcoholgebruik onder jongeren met name onder de 16 jaar tegen te gaan.
Vervroeging van de sluitingstijd leidt naar alle waarschijnlijkheid
ook tot vervroeging van de uitgaanstijden van jeugdige bezoekers.
Minister Rouvoet (Jeugd en Gezin) heeft inmiddels toegezegd dit te
zullen onderzoeken.
Maar er is meer nodig. Zo moet het indrinken in de drankketen tegen
worden gegaan, door het sluiten van de commerciële drankketen. De
verkoop in de supermarkten van de mix- en engerydrankjes moeten worden
verboden, zoals ook al in Duitsland het geval is. Ook moet de controle
op verkoop van alcohol onder de 16 jaar in de supermarkten verscherpt
worden door webcams.
Joël Voordewind: `De consequenties van overmatig gebruik zijn
schrikbarend. Vele ouders en winkeliers zijn zich hiervan onvoldoende
bewust. De overheid moet niet bang zijn om onorthodoxe maatregelen te
nemen in het belang van de jongeren zelf'