Ingezonden persbericht

Perscommuniqué

()

EUROPESE UNIE
()

Comité van de Regio's

CdR/08/CP 172.nl
Brussel, 9 oktober 2008

Regio's en steden: landbouwbegroting moet ongewijzigd blijven en een nieuw strategisch richtpunt krijgen

Het budget voor het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) moet op het huidige peil worden gehouden en beter worden afgestemd op nieuwe uitdagingen. Ook moet er een sterkere koppeling met het cohesiebeleid komen. Zo luidt althans het advies van het Comité van de Regio's, dat op 8 oktober 2008 in Brussel bijeenkwam. Het advies is een reactie op voorstellen van de Europese Commissie naar aanleiding van de zogeheten "doorlichting" van het GLB. Doel hiervan is de verdere ontkoppeling van rechtstreekse subsidies en productiecijfers, zodat landbouwers de kans krijgen om de marktsignalen zoveel mogelijk te volgen.

Mariann Fischer Boel, commissaris belast met landbouw en plattelandsontwikkeling, was ingenomen met het advies en bedankte het Comité voor zijn uitstekende werk in verband met GLB-voorstellen. De inbreng van de vele verschillende regio's in Europa is cruciaal voor het succes van deze doorlichtingsoperatie. Eén van de sterke punten van Europa is de variëteit en kwaliteit van regionale producten. Wij zijn ons bewust van de specifieke behoeften van regio's en proberen flexibele oplossingen te vinden om de productie in kwetsbare gebieden in stand te houden en boeren ervan te overtuigen dat zij moeten profiteren van de reputatie van de regionale productie.

Mevrouw Dwarshuis-van de Beek, lid van Gedeputeerde Staten van de provincie Zuid-Holland, zei tijdens haar presentatie van het advies dat de uitgaven voor het GLB, die 52 miljard euro per jaar bedragen tot 2013, op peil moeten worden gehouden om "in alle regio's een kwalitatief hoogstaande landbouwproductie" te garanderen. Zij voegde er nog aan toe dat nieuwe wetgevingsvoorstellen ter modernisering van het beleid niet tot meer bureaucratische rompslomp voor landbouwers en regionale overheden mogen leiden.

Het Comité is het in grote lijnen eens met de voorstellen van de Commissie. Echter, wanneer aan het huidige systeem wordt gesleuteld, is waakzaamheid geboden, aldus het Comité; de markten zijn immers al onstabiel genoeg. Ook vindt het Comité dat rekening moet worden gehouden met de regionale verschillen en productiestelsels in de EU, zodat de boeren hun huidige werkwijze kunnen voortzetten. Bovendien wordt in het advies beklemtoond dat de veranderingen in de financiering van het GLB er niet toe mogen leiden dat de boeren er qua inkomen op achteruit gaan.

Het Comité verzoekt de Commissie om, bovenop de middelen die door de lidstaten worden uitgetrokken, binnen de EU-begroting een speciaal fonds te creëren om ervoor te zorgen dat de landbouw in minder concurrerende en achtergebleven gebieden levensvatbaar blijft. Voorts wordt in het advies gepleit voor een verhoging van de melkquota met 2% per jaar.

Op 7 oktober maakte de commissie Landbouw en plattelandsontwikkeling van het Europees Parlement zijn standpunt ten aanzien van de doorlichting bekend. Het verslag ter zake was opgesteld door de heer Capoulas Santos (PSE/PT). Tijdens zijn plenaire zitting van november neemt het Europees Parlement waarschijnlijk een besluit over de voorstellen van de Commissie.

De heer Capoulas Santos en mevrouw Dwarshuis-van de Beek presenteerden het standpunt van hun beider instellingen op een gezamenlijke persconferentie.

De heer Capoulas Santos beklemtoonde daarbij dat de commissie Landbouw van het Europees Parlement dankzij de medewerking van alle fracties een evenwichtig standpunt had weten te formuleren. Dit standpunt vormt een sterk uitgangspunt voor de onderhandelingen met het Franse voorzitterschap. Ten aanzien van de bijdrage van het Comité van de Regio's aan de doorlichting verklaarde de heer Capoulas Santos: "Wij hebben de plicht om te luisteren naar de instelling die de Europese spreekbuis is van de beleidsinstanties die het dichtst bij de burger staan."

Mevrouw Dwarshuis-van de Beek wond er geen doekjes om: "De Europese landbouw kan niet zonder een krachtig Europees gemeenschappelijk landbouwbeleid. De marktbeheersmechanismen moeten rekening houden met de geografische, sociale en economische verschillen die er tussen Europese regio's bestaan en moeten inspelen op de consumentenvraag."

Bezoek de website van het CvdR: www.cor.europa.eu

Het Comité van de Regio's

Ongeveer tweederde van de EU-wetgeving wordt ten uitvoer gelegd door lokale en regionale overheden in de lidstaten. Het Comité van de Regio's is een adviesorgaan, dat in 1994 is opgericht teneinde vertegenwoordigers van lokale besturen inspraak te geven bij het bepalen van de inhoud van deze wetgeving. Het CvdR houdt jaarlijks vijf zittingen, waarbij zijn 344 leden stemmen over de adviezen die door het Comité naar aanleiding van voorgestelde wetgeving worden uitgebracht. De Europese Commissie die het initiatief neemt om EU-wetgeving op te stellen, en de Raad, die de uiteindelijke inhoud van de wetgeving (doorgaans samen met het Europees Parlement) bepaalt, zijn verplicht het CvdR te raadplegen over een scala van beleidsterreinen zoals milieu, werkgelegenheid en vervoer.



Ingezonden persbericht