Gemeente Rotterdam

Nr. 172
14 oktober 2008

Driehoek Rotterdam reageert op rapport Nationale ombudsman

De Rotterdamse driehoek - bestaande uit burgemeester, korpschef en hoofdofficier - heeft kennis genomen van het uitvoerige rapport van de Nationale ombudsman over de op 23 april 2006 gespeelde wedstrijd tussen Feyenoord en Ajax. De driehoek benadrukt dat het optreden die dag erop gericht was om supportersgroepen gescheiden te houden en het gebruik van excessief geweld tussen voetbalsupporters onderling en tussen supporters en de politie, zoals in 2005, te voorkomen. Hoewel de sfeer tussen Feyenoord- en Ajaxsupporters zeer grimmig was en er een ernstig gevaar voor de openbare orde bestond, is door de wijze van optreden voorkomen dat deze wedstrijd is ontaard in buitensporig geweld. De Nationale Ombudsman onderschrijft dat door het optreden van de politie een belangrijke doelstelling is bereikt en dat ernstige verstoringen van de openbare orde achterwege zijn gebleven. De driehoek heeft de stellige overtuiging dat de daadkrachtige wijze van optreden noodzakelijk en succesvol is geweest.

In het rapport van de Nationale ombudsman wordt gesteld dat het opereren van de driehoek op 23 april 2006 onevenwichtig is geweest. De leden van de driehoek herkennen zich op geen enkele wijze in deze kwalificatie.

De driehoek heeft de openbare orde risico's met betrekking tot de aanhoudingen zorgvuldig gewogen. Het feit dat zij op dat moment tot een andere afweging kwam dan tot die welke de Nationale ombudsman achteraf komt, betekent niet dat er onzorgvuldig is afgewogen. De aanwezigen op het viaduct hebben zich naar het oordeel van de driehoek schuldig gemaakt aan strafbare feiten. Sommigen hadden openlijk geweld gebruikt, en anderen hadden niet voldaan aan de vordering zich te verwijderen. In dat geval is strafrechtelijk optreden geïndiceerd. Op basis van de op dat moment beschikbare informatie (er is luid en duidelijk gevorderd) is de driehoek van mening dat een ieder van één of meer strafbare feiten werd verdacht. Het ging om ingrijpen in reactie op geconstateerde concrete strafbare feiten. Dat het aantal aanwezigen op het viaduct te laag is geschat, kan niet worden ontkend. Zowel bij de aanhoudingen als bij de manier van ophouden zijn geen grenzen overschreden, zoals ook blijkt uit het externe onderzoek van de Hoofdofficier van Justitie uit Den Haag. De aanhoudingen zijn door hem rechtmatig bevonden.

De driehoek vertrouwt op de informatie die ze via de politie krijgt. De politie heeft hiervoor een aparte informatielijn ingericht van de Algemeen Commandant naar de driehoek. Het oordeel dat de driehoek zich onvoldoende heeft ingespannen om de juiste informatie te verkrijgen is dan ook apert onjuist.

Rondom de wedstrijd zijn er ongeveer 800 arrestanten afgevoerd en is iedereen voorgeleid aan de hulpofficier van Justitie. Door het onverwacht grote aantal arrestanten is de afhandeling niet vlekkeloos verlopen. Op basis van een eigen evaluatie door de politie Rotterdam-Rijnmond en het Auditteam voetbalvandalisme 2005-2006 (commissie Vliegenthart) hebben de leden van de driehoek lessen getrokken. Deze zijn verwerkt in het optreden van de politie en worden toegepast bij sindsdien gespeelde wedstrijden. De aanbevelingen van de Nationale ombudsman sluiten hierop aan. De driehoek constateert dat de afgelopen wedstrijden tussen Feyenoord en Ajax zonder incidenten zijn verlopen.

De leden van de driehoek nemen nadrukkelijk afstand van het punt van kritiek van de Nationale ombudsman over het mediaoptreden van de burgemeester. Na de wedstrijd heeft deze aangegeven dat iedereen zijn gerechtvaardigde straf zal krijgen. Daarmee stelt de burgemeester niet dat alle arrestanten schuldig zijn. De burgemeester onderstreept hiermee slechts dat iedereen in Rotterdam de straf krijgt die op basis van het strafrechtelijk onderzoek gerechtvaardigd is. Daarbij heeft hij gebruik gemaakt van de hem op dat moment bekende informatie.

De driehoek is van oordeel dat het overheidsoptreden evenwichtig is geweest. De driehoek heeft tot taak de openbare orde, rust en veiligheid van burgers te garanderen. Jarenlange ervaring met voetbalgeweld heeft geleerd dat bepaalde risicowedstrijden in het betaald voetbal, alleen kunnen worden gespeeld als het uiterste uit de kast wordt gehaald en optimaal wordt ingezet. Wordt dit niet gedaan, dan zijn slachtoffers aan zowel politiezijde als onder burgers en vernielingen van particuliere- en overheidseigendommen onvermijdelijk.

noot voor de redactie/

Gemeente Rotterdam