NATM : Schiphol prijst zich volledig uit de markt.

15/10/2008 12:02

NATM

Bedrijfsleven fors tegen verhoging Schiphol tarieven

Per 1 november aanstaande worden de luchthavenbelastingen op Schiphol door de overheid opnieuw eenzijdig met Euro 8,22 verhoogd. De concurrentiepositie van onze nationale luchthaven krijgt hiermede opnieuw een gevoelige klap te verwerken. Het lijkt alsof er niets is geleerd van de invoering van de omstreden vliegtax, die eveneens eenzijdig in Nederland werd ingevoerd en leidde tot de uittocht naar (v)luchthavens waarvan Dusseldorf en Brussel de belangrijkste zijn, aldus de NATM, de Nederlandse Associatie voor Travel Management, waarin de ruime meerderheid van het Nederlandse bedrijfsleven is vertegenwoordigd.

Ditmaal gaat het om de verhoging van de passagiersbelasting met Euro 1,59 (13% verhoging) en de verhoging van de luchthavenbeveiliging (CJ) met Euro 6,63 (maar liefst 61%

verhoging !). In totaal worden hiermede alle vliegtickets beginnend vanaf Schiphol per


1 november eenzijdig Euro 8,22 duurder, dit is bijna net zoveel als de reeds eerder ingevoerde en fel bekritiseerde "milieu"tax voor bestemmingen in Europa !

Het grootste probleem is, dat deze tariefsverhogingen eenzijdig door Schiphol worden ingevoerd en niet door buitenlandse luchthavens. Schiphol wordt dus opnieuw eenzijdig duurder.

De verhoging wordt door de Nederlandse Associatie voor Travel Management (NATM) niet los gezien van het uitgekeerde superdividend van de luchthaven Schiphol. De overheid heeft Schiphol als melkkoe ontdekt, alsdus de zegsman. Het gevaar bestaat dat er een zogenaamde passagier inkomstenspiraal ontstaat. Door de vliegtax maken minder mensen gebruik van Schiphol, maar dienen wel dezelfde inkomsten behaald te worden, waardoor de heffingen omhoog moeten, waardoor wederom minder mensen naar Schiphol gaan, een onmiskenbare metafoor met de bekende loonprijs spiraal.

De overheid schopt de concurrentie positie van de nationale luchthaven volledig mank door een roekeloos beleid te voeren ten aanzien van verhogingen. Luchtvaartmaatschappijen verenigd in de BARIN hebben de Luchthaven ook al gewaarschuwd dat de verhoging in deze tijd onverantwoord is, maar de luchthavendirectie lijkt hiervoor vooralsnog niet gevoelig en wil de prijsstijging per 1 november aanstaande gewoon doorvoeren.

De verhoging van de luchthavenbelasting werkt ondermijnend voor de concurrentiepositie van Schiphol en vormt daarmede ook een gevaar voor de mainport functie aldus de NATM.

Je zou het kunnen zien als een "negatieve vestigingsfactor", nieuwe buitenlandse airlines zullen zich eerst beraden voordat zij plannen ontwikkelen om naar het (te) dure Schiphol te gaan vliegen, aldus de NATM.

De NATM verwijt de luchthaven misbruik te maken van haar concurrentiepositie door de stijgende kosten door te berekenen in de ticketprijs. De verhoging van de luchthavenbelasting zien wij weer gewoon als een belastingmaatregel, dit keer niet onder de noemer "Milieu" zoals bij de onnodige "milieutax" maar nu onder de noemer "Luchthavenbeveiliging" een al even discutabele noemer.

Net als bij de milieutax, waar het geld anders wordt besteed dan de naam doet vermoeden, zou men zich kunnen afvragen in hoeverre reizigers eigenlijk voor veiligheid zouden moeten betalen. In de landen om ons heen hoeft er voor de luchthavenbeveiliging niet betaald te worden omdat veiligheid als een nationale aangelegenheid wordt gezien en aldus uit de algemene middelen gefinancierd wordt.

In Nederland betaalt een reiziger niet voor de veiligheid aan boord van treinen of bij voetbalwedstrijden, maar voor de veiligheid op Schiphol moet ineens weer betaald worden, het lijkt op discriminatoir gedrag van de overheid.

In Nederland geldt tegenwoordig de code reisaanbiedingen, waarbij reisorganisaties verplicht alleen de eindprijs mogen offreren. De consument ziet dus de verschillende afdrachten niet, net als bij de benzineprijzen en de salarisafdrachten, "de kunst van het verbergen" aldus een zegsman van de NATM. Wat dat betreft kunnen we van deze overheid dus nog wel wat verwachten.