Voedsel en Waren Autoriteit

Hoeveelheid zout in vergelijkbare producten kan sterk verschillen

16 oktober 2008 - nieuwsbericht

De éne soep kan vijfmaal zoveel zout bevatten als de andere soep. Ook zijn er grote verschillen tussen verschillende productgroepen. De gemiddelde hoeveelheid zout in bijvoorbeeld fastfoodmaaltijden is veel hoger dan die in de kant-en-klaarmenu's uit supermarkten. Dit blijkt onder andere uit het inventariserend onderzoek van de Voedsel en Waren Autoriteit (VWA) naar de zoutgehaltes van diverse levensmiddelen. De onderzoeksgegevens gaan over de periode 2004 tot en met 2007.

Zowel de overheid als de levensmiddelenindustrie streven naar minder zoutgebruik door de consument. Zout speelt een positieve rol bij bepaalde lichaamsfuncties. Een te hoge zoutconsumptie is echter schadelijk voor de gezondheid. Momenteel is de gemiddelde zoutconsumptie in Nederland hoog. De zoutinname komt voor ongeveer 75% uit bedrijfsmatig bereide levensmiddelen en buitenshuisgebruik. Een doelstelling van de overheid is daarom het zoutgehalte in bedrijfsmatig bereide levensmiddelen geleidelijk te verlagen met 20 tot 30%. Het bedrijfsleven speelt hierop in met behulp van zijn Taskforce Zout in Levensmiddelen.

Om inzicht te krijgen in het zoutgehalte van het huidige productaanbod heeft de VWA een inventariserend onderzoek uitgevoerd over de jaren 2004 tot en met 2007. Opmerkelijk is dat er grote verschillen zijn in zoutgehaltes tussen en binnen de onderzochte productgroepen. Het onderzoek geeft ook een beeld van de zoutinname omgerekend naar portiegrootte.

Inmiddels zijn er al bedrijven gestart met de verlaging van de hoeveelheid zout. Daardoor kunnen de zoutgehaltes van sommige producten reeds lager zijn dan dit onderzoek vermeldt. De VWA blijft de komende jaren de zoutgehaltes monitoren.

Ter informatie:

* VWA onderzoek zout (NaCI)-gehalte van diverse levensmiddelen op de Nederlandse markt (2004-2007)

* Nota voeding en gezondheid (Zie bladzijde 46 en 47)