SGP


21 - 10 - 08 | Geen eed op Allah

De SGP vindt het ongewenst dat er naast de (christelijke) eed en de belofte ook de mogelijkheid is geopend om bij publieke ambten de eed op Allah af te leggen. SGP-kamerlid Van der Staaij heeft hierover vragen gesteld aan minister Ter Horst van Binnenlandse Zaken. Voor de SGP is de eed op Allah een stap in de verkeerde richting. Net zo min de SGP voorstander is van het ânationaliserenâ van islamitische feestdagen, is de SGP te vinden voor islamitische eedsformules in Nederland.

Aanleiding voor de SGP-vragen is het âProtocol Beëdigingâ van de Politiek Hollands Midden. In dat protocol staat dat na het voorlezen van de zuiveringseed agenten en medewerkers van de politie naast de bekende eed en de belofte nu ook mogen zeggen: âIn naam van Allah, de Barmhartige Erbarmer, en hij is mijn getuige dat ik dit beloof.â Daarbij moet de rechterhand op de Koran worden gelegd.

De SGP tekent hier bij het kabinet bezwaar tegen aan. Naast de principiële bezwaren, weegt daarbij mee dat nog in 2002 de Raad van State bij de beëdiging van een Statenlid in Zuid-Holland heeft uitgesproken dat alternatieve eden naast de bestaande niet kunnen. Van der Staaij wil van minister Ter Horst weten in hoeverre het al praktijk is dat de eed op Allah wordt afgelegd. Als dat zo is, wil de SGP dat dit stopt.

Schriftelijke vragen van het lid Van der Staaij (SGP) aan de minister voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de eedsaflegging door politieagenten

21 oktober 2008


1 Bent u bekend met het feit dat in het protocol beëdiging van de Politie Hollands Midden de mogelijkheid wordt geboden om de eed af te leggen âIn de naam van Allah, de Barmhartige Erbarmer, en hij is mijn getuige dat ik dit beloofâ, waarbij de rechterhand op de Koran wordt gelegd?


2 Zijn er andere politiekorpsen of overheidsinstellingen die soortgelijke mogelijkheid bieden?


3 Wat is uw oordeel over deze alternatieve wijze van eedsaflegging? Bent u met ons van mening, dat mede in het licht van de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State d.d. 16 januari 2002 inzake de beëdiging van een Statenlid uit Zuid-Holland alternatieve wijzen van het afleggen van ambts- en zuiveringseden ook niet voor agenten moeten worden toegestaan?


4 In hoeverre kan de gehanteerde eedsformule er toe leiden dat betrokkenen hun functie niet rechtsgeldig uitoefenen, dan wel de rechtsgeldigheid van door hen verrichte handelingen in twijfel kan worden getrokken?


5 Op welke wijze wilt u waarborgen, dat dergelijke alternatieve wijzen van eedsaflegging voor publieke ambtsdragers niet langer worden geboden?
Geen eed op Allah