Rekenhof publiceert Vlaams rekeningenboek over 2006

31/10/2008 10:59

COUR DES COMPTES

De controle van de algemene rekeningen 2006 bevestigt de trend van de laatste jaren: de Vlaamse Regering realiseert positieve begrotingsresultaten, die ook in 2006 toelieten de schuld verder af te bouwen, een van de belangrijke beleidsdoelstellingen van de Vlaamse Regering. De Vlaamse minister van Financiën en Begroting slaagde er ook voor het eerst sinds 2001 in de rekening tijdig in te dienen. De controle erop bracht echter verschillen met de onderliggende staten aan het licht die nopen tot een herziening van de rekening. In zijn rekeningenboek evalueerde het Rekenhof ook hoe de Vlaamse Overheid de recente reorganisatie bij zijn openbare rechtspersonen budgettair en boekhoudkundig verwerkte, het kredietkaartengebruik bij de Vlaamse universiteiten, het gebruik van de schoolinfrastructuur van het Gemeenschapsonderwijs en de restaurant-, representatie- en hotelkosten bij de VRT.

Positief resultaat

Volgens de uitvoeringsrekening van de begroting heeft de Vlaamse Gemeenschap in 2006 een positief begrotingsresultaat geboekt van 583.234 miljoen EUR. Zij sloot het begrotingsjaar ook af met een kasoverschot van 498 miljoen EUR. Met, onder meer, deze overschotten heeft de Vlaamse Regering de directe schuld doen dalen met 476 miljoen EUR tot 428 miljoen EUR. De schuld is dus, na dalingen in vorige begrotingsjaren, in 2006 nog eens ongeveer gehalveerd. Aan de andere kant staat een jaarlijkse groei van de gewaarborgde schuld, vooral die van de Vlaamse openbare instellingen en van de NV's BAM en Liefkenshoektunnel. Deze schuld steeg van 6.979 miljoen EUR eind 2005 tot 7.044 miljoen EUR eind 2006. Voor het begrotings- en kassaldo worden nog steeds geen concrete normen opgesteld. Het Rekenhof kan zich dan ook moeilijk uitspreken over de deugdelijkheid van de begrotingsuitvoering 2006. De Vlaamse Gemeenschap inde in 2006 20.244 miljoen EUR algemene en toegewezen ontvangsten, d.w.z. 99,2% van wat was begroot. Zij betaalde 19.660 miljoen EUR beleidskredieten, d.i. 89,9% van wat was begroot. Nadat de uitstaande vastleggingen (impliciete schuld) in 2005 voor het eerst in jaren weer licht daalden, stegen zij in 2006 weer.

DAB's en VOR's

De diensten met afzonderlijk beheer (DAB's), in 2006 goed voor 1.075 miljoen EUR ontvangsten en 1.257 miljoen EUR uitgaven, hadden, in tegenstelling tot in vorige jaren, weinig problemen met een tijdige rekeningaflegging. De rekeningencontrole leverde weinig opvallende opmerkingen op. De budgettaire massa van de VOI's nam in 2006 licht toe (8.186 miljoen EUR ontvangsten en 7.641 miljoen EUR uitgaven). De dotaties stegen tot in het totaal 5.330 miljoen EUR, waarvan de VOR's er, op het einde van 2006, 545 miljoen EUR overhield. De rekeningaflegging kende in 2006 een nog grotere vertraging dan in 2005. Liefst 33 rekeningen werden pas in september of later voorgelegd aan het Rekenhof en 10 rekeningen bleven uit tot in 2008.

Hermesfonds en Kind en Gezin

Naar aanleiding van de rekeningencontrole onderzocht het Rekenhof het debiteurenbeheer bij het Fonds voor Flankerend Economisch Beleid (Hermesfonds). Het concludeerde dat dit fonds nog altijd essentiële onderdelen van een degelijk systeem van interne beheersing ontbeert. Het Rekenhof onderzocht ook de subsidiëring van de buitenschoolse opvang door Kind en Gezin. Het merkte onder meer op dat de instelling naliet tal van in 2003 gesignaleerde tekortkomingen in de interne controle te remediëren en dat de manuele berekeningswijze van de subsidies een hoog risico inhoudt.

Algemene rekening

De algemene rekening 2006 van de Vlaamse Gemeenschap werd tijdig voorgelegd. De controle ervan bracht evenwel verschillen met de onderliggende staten (o.a. bij DAB's en VOI's) aan het licht, die nopen tot een herziening van de rekening en het voorontwerp van eindregelingsdecreet 2006.

Beter Bestuurlijk Beleid

In zijn rekeningenboek over 2006 rapporteert het Rekenhof ook over enkele van zijn recente thematisch financiële onderzoeken. In de eerste plaats evalueerde het de budgettaire en boekhoudkundige verwerking van de rechtsopvolging bij de Vlaamse openbare rechtspersonen ingevolge het project Beter Bestuurlijk Beleid. Het merkte daarbij op dat de politieke besluitvorming pas laat tot stand kwam en daardoor tot een pragmatische, gefaseerde aanpak noopte. De pragmatische ad-hocaanpak van de rechtsopvolging door de Vlaamse Regering bracht risico's op rechtsonzekerheid en ondoorzichtigheid mee. Bovendien ontbreekt soms coherentie. Dat de data van opheffing van rechtsvoorgangers en van inwerkingtreding van rechtsopvolgers soms niet op elkaar afgestemd zijn, heeft de rechtsopvolging complex gemaakt en bracht overlappingen in de uitvoeringsrekeningen van rechtsvoorgangers en rechtsopvolgers mee. Voor tal van agentschappen ontbrak in het eerste werkingsjaar overigens een aan het Vlaams Parlement voorgelegde begroting. De centrale sturing en de begeleiding van het transitieproces op budgettair en boekhoudkundig vlak waren beperkt, zeker ten opzichte van de Vlaamse openbare rechtspersonen. De Vlaamse Overheid heeft in elk geval niet de zorgvuldigheid in acht genomen die de vennootschapswet voorschrijft voor de reorganisatie van ondernemingen.

Centraal Financieringsorgaan

Over de CFO-werking oordeelde het Rekenhof vrij positief. Zij lijkt voor de Vlaamse Gemeenschap in haar geheel voordelig te zijn: zij voorkomt de opbouw van VOR-kassaldi of -tekorten en leidt wellicht tot betere kassiersvoorwaarden en een beter beheer van beleggingen. De steekproeven van het Rekenhof wezen uit dat de CFO-werking de voorgeschreven procedures naleefde, ook al ontbrak het soms aan transparantie. Zo is het niet duidelijk of telkens de juiste basisallocaties bij de werking werden betrokken en of de eigenheid van de diverse CFO-rekeningen werd gerespecteerd. Het CFO waakt erover het debetsaldo van zijn rekeningen binnen de toegestane debetmarge te houden. De BBB-overgang had in 2006 hierop echter tijdelijk een negatieve invloed. Bovendien vond de dotatiedoorstorting in 2006 en 2007 laattijdig plaats.

Kredietkaarten bij de universiteiten

De verantwoordingsprocedures van uitgaven met voorschotten of kredietkaarten bij de Vlaamse universiteiten verschillen sterk van universiteit tot universiteit en zijn zelden volledig en sluitend. De universiteiten controleren overigens niet altijd de strikte naleving van de eigen regels en procedures. Terwijl werknemers doorgaans hun nood aan voorschotten ter betaling van beroepskosten goed motiveren, is de motivering achteraf van het gebruik van kredietkaarten ter dekking van beroepskosten soms zwak of onbestaand. Universiteiten stellen evenmin altijd dezelfde verantwoordingseisen. Wat restaurantkosten betreft, doen zich verschillen voor.

Terbeschikkingstelling scholeninfrastructuur

Het Gemeenschapsonderwijs stelt verenigingen regelmatig zijn infrastructuur ter beschikking. Niet alle scholen passen daarbij de reglementering even goed toe. Die reglementering is overigens niet altijd sluitend. Het derdengebruik van schoolinfrastructuur leverde de scholengroepen in 2006 ongeveer 4,1 miljoen EUR op. Hoewel de reglementering de raden van bestuur van de scholengroep opdraagt een eenvormige tariefstructuur te bepalen op grond van een verantwoorde prijsbepaling, is er in de praktijk weinig eenvormigheid. Het Rekenhof merkte voorts op dat soms overeenkomsten of verzekeringen voor brand en burgerlijke aansprakelijkheid ontbraken, dat de huuropbrengsten laattijdig boekhoudkundig worden aangerekend en dat vaak met contante betaling wordt gewerkt. Ten slotte vertoonde 8% van de steekproefdossiers fouten.

Kostennota's bij de VRT

Voor zijn kostennotasysteem voor restaurant-, representatie- en hotelkosten heeft de VRT weinig reglementen uitgevaardigd. Hij beschikt alleen over een reglement voor de kosten eigen aan de werkgever, dat bovendien essentiële bepalingen mist. Het Rekenhof acht een uitgewerkte reglementering nodig. Bij gebrek aan voldoende reglementering, ontbreken ook regelmatig bewijsstukken of informatie.


---

Het Rekeningenboek over 2006 is aan het Vlaams Parlement bezorgd. Het integrale verslag en dit persbericht zijn ter beschikking op de website van het Rekenhof: www.rekenhof.be

Contactpersoon: Vlaamse cel Publicaties:

Marc Galle, 02 551 86 65, gallem@ccrek.be of

Terry Weytens, 02 551 84 66, weytenst@ccrek.be

Voor eventuele hyperlinks en bijlagen: Zie het origineel