Werkgeversvereniging AWVN

Stagevergoeding buitenlandse stagiair

Datum: 05 november 2008

Met ingang van 1 november 2008 moet de Nederlandse werkgever, die een buitenlandse student in Nederland een stageplaats aanbiedt, een stagevergoeding betalen van minimaal 50% van het minimumloon. Het minimumloon bedraagt op dit moment EUR 1.356,60. Dit bedrag geldt voor iedere stagiair, ongeacht de leeftijd van de stagiair en ongeacht of het een deeltijdstage betreft. Eventuele kosten van huisvesting, reiskosten en vergoeding van kleding etc. mogen niet van dit bedrag worden afgetrokken.

Toetsing door CWI
De werkgever moet een kopie van de stageovereenkomst overleggen bij de aanvraag van de tewerkstellingsvergunning bij het CWI. Daarbij wordt gecontroleerd of de hoogte van de stagevergoeding die in de overeenkomst is opgenomen voldoet aan de norm van 50% van het minimumloon. Voorheen toetste de IND na afgifte van de tewerkstellingsvergunning of de stagiair over voldoende middelen van bestaan beschikte. Deze middelentoets zal door de toetsing van het CWI komen te vervallen.

AWVN merkt op dat deze minimum stagevergoeding niet geldt voor Nederlandse stagiaires. Een buitenlandse stagiaire is daarmee duurder voor de Nederlandse werkgever. AWVN adviseert werkgevers rekening te houden met deze verplichting teneinde een afwijzing van de tewerkstellingsvergunning te voorkomen.

Overigens wordt alleen een tewerkstellingsvergunning aan buitenlandse stagiaires verleend wanneer zij zijn ingeschreven bij een buitenlandse onderwijsinstelling. Voor andere vormen van stage lopen door buitenlandse werknemers in Nederland gelden weer andere voorwaarden.