College van Beroep voor het bedrijfsleven

Als beide echtgenoten bezwaar maken of beroep instellen moet dat expliciet worden aangegeven

Bij besluit van 19 januari 2006 is het recht op bijstand van appellante en haar toenmalige echtgenoot met ingang van 1 februari 2003 ingetrokken. Bij besluit van 13 april 2006 heeft het College het hiertegen door hen beiden gemaakte bezwaar ongegrond verklaard. Tegen laatstgenoemd besluit is door mr. X., advocaat te Y., namens de echtgenoot beroep ingesteld bij de rechtbank. Met betrekking tot de ontvankelijkheid van het door appellante tegen deze uitspraak ingestelde hoger beroep stelt de Raad vast dat mr. X. in zijn beroepschrift aan de rechtbank, gedateerd 24 mei 2006, uitsluitend de echtgenoot heeft vermeld als degene namens wie het beroep tegen het besluit van 13 april 2006 is ingesteld. De echtgenoot is in dit beroepschrift bij naam genoemd, naar hem wordt steeds in het enkelvoud verwezen als "eiser" en de naam van appellante komt in het beroepschrift niet voor. Hetzelfde geldt voor het aanvullend beroepschrift van 23 juni 2006 waarbij de gronden van het beroep zijn ingediend, nog daargelaten dat de beroepstermijn toen reeds was verstreken. De Raad kan dan ook tot geen ander oordeel komen dan dat het beroep van de echtgenoot niet mede namens appellante is ingesteld. Gesteld noch gebleken is dat appellante anderszins beroep heeft ingesteld tegen het besluit van 13 april 2006. Dat het bezwaarschrift nog wèl namens appellante en haar echtgenoot gezamenlijk was ingediend en dat appellante ervan uitging dat mr. X., ondanks de echtscheiding, ook namens haar beroep zou instellen dient - wat er verder van zij - voor rekening van appellante te worden gelaten.

Bron: Centrale Raad van Beroep
Datum actualiteit: 6 november 2008 Naar boven