Persbericht
Datum 6 november 2008
Kenmerk 216
Amsterdam biedt trainingspakket voor nieuwe
voedselbankklanten
Iedereen die een voedselpakket aanvraagt, krijgt daarbij vanaf 1 januari 2009 ook
een trainingsaanbod van de gemeente. Deze trainingen kunnen mensen leren om te
gaan met geld en assertiever te maken. Dat zegt wethouder Freek Ossel vandaag
(donderdag 6 november) op de Armoedeconferentie in Slotervaart. Daarnaast wil hij
de mogelijkheden bekijken om dieper in te grijpen in het leven van mensen die de
boel structureel niet op de rit krijgen om te voorkomen dat zij terugvallen op de
steun van de voedselbank.
In Amsterdam maken op dit moment 730 huishoudens gebruik van de voedselbanken, dit
is bijna 1% van alle Amsterdamse huishoudens die in armoede leven. Op de
Armoedeconferentie `Geen voedselbank maar werk als oplossing voor armoede' geeft
verantwoordelijk wethouder Ossel (Werk en inkomen) aan dat hij vindt dat voedselbanken
er niet zijn om mensen uit de armoede helpen. Ze helpen hooguit mensen in nood.
"Mensen zijn er zelf verantwoordelijk voor om uit de armoede te komen, bij voorkeur door
middel van werk. Het is de taak van overheid om ze hierbij te helpen. Een boterham die je
zelf verdient, smaakt altijd beter," aldus wethouder Ossel.
Wel kiest Amsterdam bewust voor samenwerken met de voedselbanken als vindplaats van
mensen die door de reguliere hulpverlening niet bereikt worden. Die samenwerking
verloopt goed en met wederzijds respect voor elkaars positie. Wel stelt de wethouder twee
aanvullende acties voor.
Vanaf 1 januari 2009 krijgt iedereen die bij de voedselbank komt voor een intake een
trainingspakket aangeboden van de gemeente. Deelname hieraan is vrijwillig. De training
helpt mensen om meer structuur in hun leven aan te brengen en om de eigenwaarde te
vergroten. Bijvoorbeeld door hulp bij budgetteren en administreren en een
assertiviteitstraining. Een proef bij de voedselbank in Zuidoost laat zien dat veel mensen
zo sneller op eigen benen komen te staan. Ook krijgen mensen die dit nodig hebben een
getrainde vrijwilliger als maatje toegewezen die hen kan helpen om hun leven zo snel
mogelijk weer op de rails te krijgen.
Verder wil wethouder Ossel de signalen van klanten bij de voedselbank gebruiken om
bestaande wet- en regelgeving aan te passen om in uitzonderlijke gevallen dieper te
kunnen ingrijpen bij mensen die hun leven structureel niet op de rails krijgen. In een aantal
gevallen lijkt budgetbeheer te vrijblijvend of te bureaucratisch georganiseerd te zijn.
Wethouder Ossel wil meer bevoegdheden van de gemeente om duidelijkere eisen te
kunnen stellen aan de schuldenaar en de schuldeiser om te voorkomen dat mensen met
schulden vaste klant van de voedselbank worden. Hij komt hiervoor eind dit jaar met
voorstellen richting de staatssecretaris.
Pb-216
.
Gemeente Amsterdam