Gemeentelijke Veiligheidsindex

07/11/2008 12:00

Het Programma Politie en Wetenschap

Het Programma Politie en Wetenschap van de Politieacademie heeft met mede-werking van de dienst Onderzoek en Statistiek (O?) van de gemeente Amster-dam heeft de gemeentelijke veiligheidsindex (GVI) ontwikkeld.

De GVI is een beleidsinstrument voor gemeenten dat de ontwikkeling van de vei-ligheid in Nederlandse gemeenten in beeld brengt op een gestandaardiseerde en goede onderbouwde wijze, met gebruikmaking van harde politiecijfers over de ge-registreerde criminaliteit en overlast.

De veiligheidsindex heeft betrekking op vormen van criminaliteit en overlast waar burgers in het hele land mee te maken krijgen. Het criminaliteitsniveau wordt in beeld gebracht aan de hand van een indexcijfer: een getal dat laat zien hoe het criminaliteitsniveau van een gemeente zich verhoudt tot het landelijke gemiddel-de. Het landelijk gemiddelde is berekend voor het ijkjaar 2004 en wordt op 100 gesteld.

De scores van gemeenten worden uitgedrukt in het percentage dat ze afwijken, naar boven of beneden van dit gemiddelde.

De indexscore is opgebouwd uit 4 deelscores voor verschillende clusters van cri-minaliteit en overlast, te weten: diefstal, woninginbraak, geweld en vernieling.

De clusters tellen evenredig mee bij het bereken van de totaalscore. De bereke-ning van de deelscores verloopt op identieke wijze. De deelscores maken het mo-gelijk in te zoomen op specifieke vormen van criminaliteit en overlast. Als een gemeente een afwijkende score heeft, en dat kan zowel in positieve als negatieve zin het geval zijn, dan geven de deelscores een wat preciezer inzicht in de aard van de criminaliteit die daarvoor verantwoordelijk is.

De index geeft kortom de veiligheidsituatie in gemeenten weer op een manier dat in één oogopslag duidelijk wordt:

a.hoe hoog of laag elke gemeente scoort t.o.v. het landelijke gemiddelde;

b.welke cluster(s) van criminaliteit en overlast vooral bijdragen aan een hoge of lage score;

c.hoe de scores van gemeenten zich verhouden tot die van referentiege-meenten: gemeenten die qua omvang, ligging, functie e.d. vergelijkbaar zijn;

hoe de trendmatige ontwikkeling verloopt van de (gemeten) criminaliteit en over-last in gemeenten

Het inzicht dat de index geeft kan een belangrijke onderlegger zijn voor het eigen, lokale veiligheidsbeleid van gemeenten. De hoogte, ontwikkeling en afwijking van indexscores geven een indicatie van de aard en ernst van criminaliteitsproblemen die burgers raken. Veranderingen in de eigen of andermans indexscores in de tijd kunnen een indicatie zijn van succesvol veiligheids- en politiebeleid.

Gemeenten kunnen met de kennis en informatie die in eigen huis beschikbaar is, de scores van de index van een betekenisvolle achtergrond voorzien. Die kan ge-legen zijn in enerzijds bijzondere kenmerken van gemeenten, zoals evenementen, dader- of risicogroepen, hot-spots en kwetsbare slachtoffergroepen, anderzijds in meer of minder succesvol beleid. De index geeft ook indicaties voor best practi-ses.

Beheer

Het is de bedoeling het landelijke overzicht elk najaar te publiceren. Dit jaar ge-beurt dat in Binnenlands Bestuur van 7 november. In volgende jaren zal publicatie mogelijk vergezeld worden van verdiepingsrapportages met trend- en beleidana-lyses.

Relatie met de Veiligheidsmonitor De Veiligheidsmonitor is een bevolkingsonder-zoek waarin slachtofferervaringen en onveiligheidsgevoelens van burgers centraal staan. Deze monitor, waarin drie monitoren waaronder de bekende Politiemonitor Bevolking zijn samengevoegd, wordt dit jaar voor het eerst ook op lokaal niveau uitgevoerd, in ruim 80 gemeenten. De verwachting is dat het aantal gemeenten dat meedoet in volgende jaren nog aanzienlijk zal uitgroeien.

De beide 'monitoren' tezamen bieden straks een complementair beeld van de ontwikkeling van de veiligheid op zowel landelijk, regionaal als lokaal niveau.

Het onderzoeksprogramma Politie en Wetenschap is een zelfstandig onderdeel van de Politieacademie. Politie en Wetenschap is in mei 1999 ingesteld om het wetenschappelijk onderzoek en de kennisontwikkeling op het gebied van politie en veiligheid te stimuleren en tevens een impuls te geven aan een betere benutting van onderzoeksresultaten in politiepraktijk en opleiding. Daartoe is een meerjarig onderzoeksprogramma ontwikkeld. De uitvoering van dit programma geschiedt onder leiding van de directeur van het programmabureau, G.C.K. Vlek.