Vrije Universiteit Amsterdam

Insulinesecretie en insulinegevoeligheid in relatie tot type 2 diabetes en hart- en vaatziekten


* Startdatum 07-11-2008


* Tijd 10.45


* Locatie Auditorium


* Titel Insulin; Sense and Sensitivity. Insulin secretion and insulin sensitivity in relation to type 2 diabetes and cardiovascular disease


* Plaats Auditorium


* Spreker W. Boorsma


* Promotor prof.dr.ir. J.M. Dekker prof.dr. R.J. Heine


* Onderdeel VU medisch centrum


* Wetenschapsgebied Medisch


* Evenementtype Promotie

Insulinegevoeligheid en insulinesecretie zijn beiden belangrijke factoren voor het ontstaan van type 2 diabetes en hart- en vaatziekten, maar niet de enige. In een vroeg stadium lijken vet en vetverdeling ook een belangrijke rol te spelen. De bevindingen in het onderzoek van Wiebe Boorsma ondersteunen de gangbare gedachte dat preventie van overgewicht belangrijk is om het ontstaan van type 2 diabetes en hart- en vaatziekten te voorkomen.
Type 2 diabetes en hart- en vaatziekten zijn beiden een belangrijk gezondheidsprobleem. Ze hebben ook een aantal gemeenschappelijke oorzaken. Uit eerder onderzoek is gebleken dat naast overgewicht, de gevoeligheid van het lichaam voor insuline (insulinegevoeligheid) en insulinesecretie (afscheiding van vocht door klieren in het lichaam) twee belangrijke factoren zijn voor het ontstaan van type 2 diabetes en hart- en vaatziekten. Boorsma stelt in zijn proefschrift de vraag welke factor in welk stadium van het ziekteproces nu het belangrijkst is en of er ook al verbanden in gezonde mensen te zien zijn.

Na onderzoek in een groep personen met een gestoorde suikerstofwisseling (een hoog risico om type 2 diabetes te krijgen) concludeert Boorsma dat verminderde insulinesecretie een betere voorspeller is voor het krijgen van type 2 diabetes dan verminderde insulinegevoeligheid.
In een studie met gezonde vrijwilligers uit heel Europa laat Boorsma vervolgens zien dat er wel een verband bestaat tussen lage insulinegevoeligheid en ongunstige waardes van allerlei risicofactoren voor hart- en vaatziekten zoals hoge bloeddruk, ECG afwijkingen, hoog cholesterol en hoge concentraties triglyceriden (bloedvetten), maar dit verband was niet zo sterk en werd voornamelijk verklaard door overgewicht in het algemeen en vetverdeling in het bijzonder. Bij het preciezer bestuderen van vetverdeling bij mannen en vrouwen concludeert hij verder dat bij beiden meer vet op de heupen gepaard gaat met een gunstiger risicoprofiel voor hart- en vaatziekten, terwijl voor vet op en in de buik precies het omgekeerde geldt. Dit kon wederom niet verklaard worden door verminderde insulinegevoeligheid.