Gemeente Asten
11/11/2008
Gemeente Asten sluit zich aan bij juridische procedure tegen
koninklijk besluit
College Asten sluit aan bij lagere overheden om juridisch traject
voort te zetten
Afgelopen vrijdag 7 novemberj.l. hebben de gedupeerde lagere overheden
met een spaardeposito bij de IJslandse bank Landsbanki overleg gevoerd
over de verdere strategiebepaling. Alle onderhandelaars hebben het
bereikte voorstel voorgelegd aan hun dagelijkse besturen. Het college
van B & W van Asten heeft vanochtend besloten de eerder ingeslagen weg
voort te zetten om via juridische procedures en samenwerking met
andere overheden het deposito terug te krijgen.
Daarmee voert het college de raadsopdracht uit om maximale inzet te
plegen om het bedrag terug te krijgen. Bovendien heeft de
rijksoverheid bij eerdere gesprekken de lagere overheden consequent
geadviseerd een twee sporen beleid te voeren, namelijk een bestuurlijk
spoor (ondersteund door het Rijk) en een juridisch spoor (zonder
ondersteuning van het Rijk, vanwege de eigen verantwoordelijkheid van
de mede-overheden t.a.v. het terugvorderen van de deposito's).
De rijksoverheid heeft met een Koninklijke Besluit van vandaag het
juridische traject voor de lagere overheden geblokkeerd. Het college
heeft dan ook besloten dit onmiddellijk aan te vechten. De lagere
overheden waaronder dus Asten wordt de poging ontnomen het
gemeenschapsgeld terug te vorderen middels beslagleggingen.
Beslagleggingen*
Vanuit hun verantwoordelijkheid om het geld voor de belastingbetaler
terug te halen hebben de lagere overheden, in oktober in diverse
Europese landen beslag gelegd op bezittingen van Landsbanki. Het Rijk
vraagt de lagere overheden nu deze gunstige juridische positie op te
geven, en gebruikt daarbij twee argumenten. Het eerste argument is dat
de lagere overheden "willen voorkruipen ten koste van de kleine
spaarders". Het tweede argument is dat de onderhandelingen tussen
Nederland en IJsland hierdoor worden gefrustreerd. Die voorstelling
van zaken is onjuist.
Geen sprake van voorkruipen
De kleine spaarders tot EUR100.000 zullen geen schade lijden,
aangezien ze vallen onder een garantieregeling van de Nederlandse
staat. Dat betekent dus dat de kleine spaarders geen enkel risico
lopen met de procedure die de lagere overheden hebben gestart.
Het Rijk vraagt de lagere overheden nu of ze achteraan willen sluiten,
maar die willen dat alleen onder bepaalde voorwaarden. In hun voorstel
aan het Rijk hebben de lagere overheden gevraagd om een onafhankelijk
bemiddelaar, die eerst kan vaststellen of er sprake is van schade door
het opgeven van hun juridische positie. Vervolgens kan die bemiddelaar
vaststellen hoe hoog die schade is. Dit voorstel is door het Rijk van
de hand gewezen. Wat het Rijk daar tegenover stelt is niet meer dan
waar de lagere overheden volgens de IJslandse wet toch al recht op
hebben.
Gescheiden trajecten
Ook het argument dat de acties onderhandelingen met IJsland frustreert
klopt niet. De acties van de lagere overheden zijn gericht tegen
Landsbanki (niet tegen IJsland) en staan daarmee los van de
onderhandelingen die het Rijk voert met IJsland. Die onderhandelingen
gaan over de vraag of IJsland bereid is van Nederland een lening te
accepteren van 1,3 miljard euro teneinde daarmee betalingen te
verrichten aan Nederlands spaarders. Vanzelfsprekend wil minister Bos
zoveel mogelijk van het door hem voorgeschoten geld terug naar
Nederland krijgen, tegen zo gunstig mogelijke voorwaarden. Daarover
onderhandelt hij. De positie van de lagere overheden ten opzichte van
Landsbanki heeft daar niets mee te maken.
Dit tweede deel van het persbericht is overgenomen uit het persbericht
van de provinice noord Holland dat namens de gezamenlijke partijen is
opgesteld