FNV

visual

11-11-2008

FNV pleit voor grotere deeltijdbanen voor vrouwen èn mannen

Vandaag verscheen het rapport `Verdeelde tijd. Waarom vrouwen in deeltijd werken' van het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP). De deeltijdbaan is volledig ingeburgerd in de Nederlandse samenleving. En het zijn voornamelijk vrouwen die in deeltijd werken. Uit het onderzoek van het SCP blijkt dat de meeste vrouwen maximaal drie dagen (20 tot 27 uur) per week willen werken. Zij kiezen zelf voor een deeltijdbaan zodat ze meer tijd hebben voor huishouden, kinderen, hobby's, sociale contacten en zichzelf.

Enkele andere conclusies uit het rapport zijn:
* Veel vrouwen met een kleine deeltijdbaan willen meer uren werken.
* Het aandeel werknemers dat de eigen werktijden zelf kan bepalen is in 2005 even hoog als in 1995.
* Ook vrouwen zonder kinderen willen het liefst in deeltijd werken.
* In het beleid van werkgevers wordt het traditionele kostwinnersmodel nog steeds als normaal beschouwd.

Grote deeltijdbanen voor vrouwen èn mannen

De FNV vindt het belangrijk dat vrouwen met kleine deeltijdbanen meer uren willen (en gaan) werken. Over het algemeen willen vrouwen sowieso graag in grote deeltijdbanen werken. En mannen, vooral jonge mannen, willen dat eigenlijk in toenemende mate ook. Dat laatste blijkt onder andere uit een eerder gehouden ledenonderzoek van FNV Bondgenoten. Ook het SCP signaleert dat veel mannen minder uren willen werken. En vorige week concludeerde de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (NEA) naar aanleiding van een onderzoek dat de gemiddelde Nederlander graag een baan heeft van 20 tot 28 uur.

Zorgtaken voor mannen

De constatering dat mannen in deeltijd willen werken, biedt perspectieven voor vrouwen. Lucia van Westerlaak, beleidsmedewerker bij de FNV, licht dit toe: "De heersende opvatting in Nederland is dat ouders zelf een groot deel van de zorg voor hun kind of kinderen op zich dienen te nemen. De FNV betwist die opvatting niet. Wij vinden echter wel dat ook mannen kansen moeten krijgen om hun aandeel in de zorgtaken waar te maken. Het mag niet vanzelfsprekend zijn dat vrouwen minder gaan werken en hun carrière moeten afbreken zodra er kinderen komen. Nu duidelijk is dat mannen wel uren willen inleveren, moeten overheid en werkgevers daarop inspelen."

Economische zelfstandigheid

De meeste vrouwen uit het onderzoek hebben een partner die fulltime werkt en voor het basisinkomen zorgt. Deze vrouwen zijn dus financieel afhankelijk van hun partner en werken vaak vooral voor de extraatjes, zoals cadeaus en vakanties. Van Westerlaak constateert dat veel vrouwen onverstandig met economische zelfstandigheid omgaan. "Eén op de drie huwelijken draait uit op een echtscheiding. En daarna zitten die vrouwen zonder inkomen." Zij benadrukt het belang van voorlichting door met name de overheid over financiële onafhankelijkheid van vrouwen: "Een betere voorlichting en meer ratio zijn noodzakelijk om vrouwen te bewegen economisch zelfstandig te zijn. En vrouwen kunnen dat bereiken door meer uren te gaan werken."

Flexibele arbeidsrelaties

Een andere conclusie die het FNV onderschrijft is dat flexibele arbeidsrelaties bepalend zijn voor de keuze van vrouwen om meer uren te werken. Veel vrouwen geven aan dat werk en zorg of werk en privé makkelijker te combineren zijn door flexibele werktijden en telewerken. In de praktijk is dit echter vaak nog niet mogelijk. Lucia van Westerlaak legt uit dat flexibele arbeidsrelaties pas sinds dit jaar hoog op de agenda staan in de cao-onderhandelingen. "Het is een moeizaam proces, het kost tijd om werkgevers zo ver te krijgen dat flexibele werktijden en telewerken vanzelfsprekende arbeidsvoorwaarden zijn."

Kinderopvang

Tot slot een opmerkelijke conclusie van het rapport van het SCP: slechts 5% van de vrouwen geeft aan dat zij meer wil werken als de kinderopvang gratis is. Kinderopvang is kennelijk geen belangrijke stimulans voor vrouwen. "Dit vergt enige nuancering. Want als er in Nederland wel een goed en betaalbaar aanbod van kinderopvang zou zijn, dan zouden vrouwen er waarschijnlijk meer gebruik van maken. Gemeenten geloofden vroeger ook niet dat gesubsidieerde opvang nodig zou zijn. En kijk naar Zweden, daar is het wel al heel lang goed geregeld en is de arbeidsparticipatie van vrouwen hoog."

Meer informatie: Rapport SCP Taskforce DeeltijdPlus