Gemeente Amsterdam



Meer situaties van geweld achter de voordeur in beeld

12 november 2008
-
Hanane Lechkar

In acht maanden tijd zijn bij een pilot in Amsterdam-Noord 35 huisverboden afgegeven aan personen die zich schuldig hebben gemaakt aan het plegen van geweld achter de voordeur. Gebleken is dat Amsterdam met dit nieuwe instrument gezinnen bereikt die nog niet bij het Steunpunt Huiselijk Geweld bekend waren. Van de betrokken gezinnen waren er slechts twee bekend bij het steunpunt. De meerderheid van de betrokken plegers is al wel bekend bij de politie en ongeveer twee derde van de plegers is ook bekend bij de reclassering. Dit blijkt uit de evaluatie van de proef met het tijdelijk huisverbod.

Bij een tijdelijk huisverbod worden plegers van geweld achter de voordeur op last van de burgemeester minstens tien dagen uit huis gezet, met de mogelijkheid om deze periode nog eens met achttien dagen te verlengen. Aan alle betrokkenen (slachtoffer, kinderen en pleger) wordt direct de benodigde hulp aangeboden. Het tijdelijk huisverbod voor plegers van geweld achter de voordeur wordt begin 2009 voor heel Amsterdam ingevoerd. Niet de slachtoffers verlaten dan het huis, maar de pleger van het geweld.

Tijdens de pilot in Amsterdam-Noord zijn er 105 meldingen van geweld achter de voordeur in aanmerking gekomen voor een beoordeling met een zogenaamde risicotaxatie. Deze taxatie wordt gedaan om te bepalen of de pleger in aanmerking komt voor een huisverbod. Uiteindelijk zijn 50 meldingen van geweld achter de voordeur op deze manier beoordeeld. In 35 gevallen is tegen de pleger een huisverbod uitgevaardigd. Bij 27 van de 35 gezinnen waar de pleger een huisverbod kreeg is het geweld - voor zover bekend - achterwege gebleven; bij drie gezinnen was er opnieuw geweld; van vijf gezinnen is dit onbekend.

Tijdens de pilot kwam er voor 35 personen een advies om een tijdelijk huisverbod op te leggen. In alle gevallen is een (vrijwillig) huisverbod opgelegd. Binnen deze groep waren er echter acht gezinnen waarbij de pleger een ex-partner was. De Wet Tijdelijk Huisverbod biedt straks niet de mogelijkheid om een ex-partner die niet (meer) bij het slachtoffer in huis woont een tijdelijk huisverbod, en dus een contactverbod, op te leggen. Daarom pleit Amsterdam er voor om de doelgroep van de wet uit te breiden met ex-partners. Dan kan deze groep ook een huisverbod worden opgelegd waarna een intensief en gecoördineerd hulpverleningstraject wordt ingezet. Hierover is een brief aan de Eerste Kamer gestuurd.

Door plegers een tijdelijk huisverbod te geven kan onmiddellijk preventief ingegrepen worden in acute situaties van geweld achter de voordeur, ook als er nog geen stafbare feiten gepleegd zijn. Zowel het slachtoffer als de dader worden tijdens deze periode begeleid. Zo worden daders opgevangen door de in daderhulpverlening gespecialiseerde Stichting De Waag, waar ze een behandeling kunnen volgen. De partner en kinderen worden opgevangen door het Advies en Steunpunt Huiselijk Geweld en worden in een zorgtraject geplaatst.

Geweld achter de voordeur is een maatschappelijk probleem. Van alle mannen en vrouwen in Nederland in de leeftijd van 18 t/m 70 jaar is 45% ooit slachtoffer geweest van geweld achter de voordeur, als kind, partner of ouder. Slechts een fractie van het aantal gevallen van huiselijk geweld leidt tot melding of aangifte bij de politie (naar schatting 15%). Geweld achter de voordeur is moeilijk te bestrijden, niet in de laatste plaats door het taboe dat er op rust en de relatief geringe melding- en aangiftebereidheid van slachtoffers. De Wet Tijdelijk Huisverbod geeft de burgemeester een waardevol extra instrument in de bestrijding van huiselijk geweld.

Pb-219