Hoogopgeleide leidinggevende blijkt creatieve motor organisatie


NAARDEN, 20081120 -- Meer dan drie op de vier werknemers (77%) zegt regelmatig voorstellen te doen voor verbeteringen in hun organisatie. Werknemers die op deze manier innovatief zijn hebben veel positieve arbeidsgerelateerde uitkomsten, zoals een beter werkvermogen en meer energie. Ze zijn ook tevredener, meer gemotiveerd en meer betrokken bij hun werk en bij hun organisatie. Tot slot zijn ze productiever en meer bereid tot verandering. De resultaten tonen aan dat dit patroon hoofdzakelijk geldt voor de hoger opgeleide leidinggevende met een vaste arbeidsrelatie die meer dan 20 uur per week en langer dan 1 jaar in zijn organisatie werkt.

Drie op vier werknemers zegt bovendien dat er binnen hun team vaak de mogelijkheid bestaat om nieuwe ideeën uit te voeren, en 68% van de werknemers beweert dat er binnen hun team vaak nieuwe ideeën worden doorgevoerd. Dit blijkt uit een vandaag verschenen onderzoek naar vitaliteit en performance op de werkvloer, uitgevoerd door ZebraZone, internationale speler op gebied van medewerkersperceptieonderzoek. Het onderzoek is gehouden onder 2230 werknemers in loondienst, samengesteld volgens kenmerken van de beroepsbevolking verkregen via het Centraal Bureau voor de Statistiek.

Achtergrond
Voor dit onderzoek werd innovatie als volgt gedefinieerd : `Innovatie omvat de ontwikkeling en toepassing van ideeën in de praktijk die resulteren in de verbetering van efficiëntie en effectiviteit in een organisatie. Een innovatie moet nieuw zijn, intentioneel, en gemaakt om voordeel te scheppen'. Het genereren van voorstellen voor verbetering in de organisatie is dus een eerste voorwaarde waaraan voldaan moet worden om innovatief te zijn (als werknemer). Een werknemer die vaak voorstellen doet, kan beschouwd worden als een werknemer die zich bewust is van het feit dat de lopende zaken verbeterd kunnen worden, en die zich daar ook actief voor inzet (nadenken over het probleem, een oplossing zoeken, zoeken waar hij met dit voorstel terecht kan, het voorstel doen, enz.). De tweede voorwaarde is dat deze ideeën geïmplementeerd moeten worden. Deze voorwaarde is minder afhankelijk van de werknemer zelf, maar ligt meer in de handen van de werkgever: Staat de werkgever open voor nieuwe ideeën? Voorziet de werkgever een mogelijkheid om zulke ideeën naar voor te brengen? Doet de werkgever hier iets mee? Is de werkgever bereid zijn manier van werken aan te passen?

Een innovatie moet dus aan twee voorwaarden voldoen: in eerste instantie moet het nieuwe idee gegenereerd worden. Dit gebeurt meestal door een werknemer. In tweede instantie moet het nieuwe idee beoordeeld, goedgekeurd en geïmplementeerd worden. Dit ligt meestal in handen van de werkgever. In dit ZebraZone onderzoek werden beide voorwaarden uitvoerig onderzocht.

Meer dan drie op de vier werknemers (77%) zegt regelmatig voorstellen te doen voor verbeteringen in hun organisatie.
Als we nagaan wie regelmatig suggesties doet voor verbeteringen in de organisatie, zien we dat dit de hoger opgeleide leidinggevende is met een vaste arbeidsrelatie, die meer dan 20 uur per week werkt en die langer dan 1 jaar in zijn organisatie werkt.

De resultaten van het ZebraZone onderzoek tonen aan dat mannen even vaak suggesties voor verbeteringen geven als vrouwen. Ook blijkt dat de leeftijd van de werknemer geen effect heeft op het al dan niet regelmatig doen van voorstellen: ouderen doen dit even vaak als jongeren. De anciënniteit van de werknemer heeft wel een effect: werknemers die minder dan 1 jaar in de organisatie werken zijn minder innovatief. Dit wil zeggen dat een werknemer innovatief begint te worden na 1 jaar dienstverband. Het opleidingsniveau van de werknemer heeft ook een effect: hoger opgeleide werknemers met een master-, doctor- en HBO-diploma zijn het meest innovatief. Een mogelijke verklaring hiervoor kan zijn dat hoger opgeleiden vaker in functies terecht komen met meer autonomie, waardoor ze ook meer mogelijkheden zien en krijgen om ideeën te ontwikkelen en te communiceren. Bovendien hebben ze in hun opleiding geleerd om op een abstracter niveau te denken. Dit kan een positief effect hebben gehad op hun creatieve vaardigheden. Verder zijn leidinggevenden innovatiever dan niet-leidinggevenden. Werknemers die minder dan 20 uur per week werken, zijn minder innovatief dan werknemers die tussen 20 uur en 34 uur per week werken en dan werknemers die meer dan 34 uur per week werken. Het contracttype van de werknemer oefent ook een invloed uit: werknemers met een vaste arbeidsrelatie doen vaker voorstellen voor verbeteringen in vergelijking met uitzendkrachten. De bedrijfsgrootte heeft geen effect op innovatie: werknemers uit een grote organisatie zijn even innovatief als werknemers uit een kleine organisatie.

Uit de ZebraZone resultaten blijkt verder dat werknemers die innovatief zijn, hoger scoren op andere werkgerelateerde variabelen, zoals vitaliteit, motivatie, tevredenheid enz.

Kortom, werknemers die innovatief zijn:
* hebben een beter werkvermogen, zijn gezonder op fysiek vlak (niet op mentaal vlak), eten gezonder en drinken meer alcohol.
* hebben meer energie, zijn meer tevreden, meer gemotiveerd, en meer betrokken bij hun werk en bij hun organisatie. Een gemotiveerde werknemer zal zijn werk op een meer diepgaand niveau uitvoeren, waardoor hij ook meer tijd zal nemen om na te denken over het `hoe en waarom' van zijn werk. Als hij dan een verbetering ziet, zal hij tevens meer geneigd zijn dit door te geven. Idem voor een betrokken medewerker. Iemand die zeer betrokken is bij zijn werk en/of organisatie, zal meer moeite doen om mogelijkheden tot verbetering te genereren en zal deze ook communiceren aan zijn leidinggevende.
* zijn productiever en meer bereid tot verandering.
Dit onderzoek toont dus aan dat werken aan de tevredenheid, de motivatie en de gezondheid van werknemers nut heeft!

Het is niet alleen belangrijk dat werknemers voorstellen doen voor verbetering, het is ook belangrijk dat de mogelijkheid bestaat om deze ideeën uit te voeren.

Drie op de vier werknemers (75%) zegt dat er binnen hun team vaak de mogelijkheid is om nieuwe ideeën uit te voeren.
Het zijn vooral hoger opgeleide werknemers uit de primaire of quartaire sector die meer dan 20 uur per week werken en die niet in ploegendienst werken, die van mening zijn dat er binnen hun team vaak de mogelijkheid is om nieuwe ideeën uit te voeren.

De meest belangrijke effecten werden gevonden voor leidinggeven en diploma: leidinggevenden vinden eerder dat er binnen hun team vaak de mogelijkheid is om nieuwe ideeën uit te voeren dan niet-leidinggevenden. Dit is een logisch gegeven, aangezien zij meer beslissingsruimte hebben en een beter beeld hebben wat mogelijk is binnen een team. Misschien weten niet-leidinggevenden helemaal niet dat deze mogelijkheid bestaat?
Idem voor werknemers met een hoger diploma: werknemers met een master-, doctor- en HBO-diploma vinden dit meer dan werknemers met een HAVO-VWO en MBO-diploma , en deze laatste op hun beurt vinden dit meer dan werknemers met enkel een basisonderwijsdiploma. Werknemers die 20 uur tot 34 uur per week werken en werknemers die meer dan 35 uur per week werken, zijn meer van mening dat er vaak de mogelijkheid is om nieuwe ideeën uit te voeren dan werknemers die minder dan 20 uur per week werken. Ook werknemers die niet in ploegendienst werken, vinden dit meer dan werknemers die in ploegendienst werken. Merk op dat er binnen de primaire en quartaire sector meer mogelijkheden zijn om ideeën door te voeren dan in de secundaire en tertiaire sector.

Het is natuurlijk niet alleen belangrijk dat werknemers voorstellen doen voor verbetering en dat de mogelijkheid bestaat om deze ideeën uit te voeren. Het meest belangrijke is of deze ideeën worden doorgevoerd.

68% van de werknemers beweert dat er binnen hun team vaak nieuwe ideeën worden doorgevoerd.
Het zijn vooral werknemers tussen de 35 en 39 jaar uit de quartaire sector met een hogere opleiding (master, doctor of HBO) die in een grote organisatie werken (vanaf 250 werknemers) en die meer dan 20 uur per week werken, die vinden dat er vaak nieuwe ideeën worden doorgevoerd. Opnieuw zijn het vooral leidinggevenden en werknemers met een hoger diploma voor wie dit effect het sterkst is . Het is ook interessant om op te merken, dat, hoewel er zowel binnen de primaire als de quartaire sector mogelijkheden zijn om nieuwe ideeën uit te voeren, deze vooral in de quartaire sector effectief worden doorgevoerd. Dit zou erop kunnen wijzen dat in deze laatste sector, waartoe o.a. ziekenhuizen en onderwijs behoren, meer vernieuwing en verandering zit dan de eerste, waarin o.a. landbouw, veeteelt, mijnbouw, bosbouw zit.

Quote van Gerard Evers, professor doctor aan de Universiteit van Tilburg en hoofd van het departement Bedrijf en Arbeidsmarkt van de Organisatie voor Strategisch Arbeidsmarktonderzoek: "Innovatie is een wezenlijke succesfactor voor Westerse economieën. De enige wijze om de concurrentieslag mondiaal gezien vol te houden is het blijven zoeken naar slimmere en betere wijzen van produceren. Het bevorderen van innovatie, zowel technisch als sociaal, staat dus centraal. Dat geldt uiteraard ook op het niveau van organisaties. Vanuit dat perspectief is het van groot belang te weten waar de innovativiteit aanwezig is. Modern HRM-beleid moet er ook op gericht zijn de kennis en innovativiteit van werknemers te bevorderen en uit te dagen. Onderzoek naar kenmerken van innovatieve werknemers, zoals in de studie van ZebraZone, draagt wezenlijk bij aan deze insteek."

De resultaten van deze studie tonen aan dat er veel individuele verschillen zijn in het al dan niet genereren van ideeën: niet alle werknemers zijn hierin even creatief. Bovendien ziet niet iedereen evenveel mogelijkheden tot innovatie. Nu, aangezien werknemers die op deze manier innovatief zijn, ook hoog scoren op andere positieve arbeidsgerelateerde uitkomsten, zoals hun tevredenheid, vitaliteit, ..., kan het zeker lonen om de innovativiteit binnen uw organisatie te verhogen. Overigens zijn dit niet de enige voordelen van innovatie: Andere voordelen zijn dat processen geoptimaliseerd worden en kosten bespaard. Er wordt, na de invoering van een innovatie, eveneens een betere kwaliteit gerealiseerd. Op deze manier kan men de concurrentie steeds een stapje voor zijn en tegemoet komen aan veranderingen in de (steeds veranderende) markt.
Hoe kunt u nu de innovatie binnen uw organisatie bevorderen? Hieronder geven we enkele praktische tips hoe u dit kunt doen:

* Creëer een open sfeer in uw organisatie.
* Moedig brainstorming en de generatie van nieuwe ideeën aan! Innovatie is in essentie het voorstellen van iets nieuws; het concrete resultaat van een creatief idee.
* Wees positief! Ontmoedig creativiteit niet. Laat medewerkers toe om nieuwe ideeën te genereren en voor te stellen.
* Ontwikkel systematische methoden om nieuwe ideeën te evalueren. Overweeg alle ideeën, zelfs diegene die een beetje vreemd lijken. Let er op om elk idee objectief te evalueren, alvorens er tijd en geld in te steken.
* Moedig contact aan tussen medewerkers van verschillende teams en onderdelen.
* Stimuleer medewerkers om ideeën voor verbetering te genereren. Niemand, dan de persoon die er zelf op werkt, weet beter hoe zijn arbeidsproces verbeterd kan worden.
* Bied medewerkers mogelijkheden om ideeën naar voren te brengen (bv. ideeënbus, emailadres, ....).
* Zorg ervoor dat ideeën effectief worden bekeken, en indien ze goed zijn, geïmplementeerd worden.
* Zorg ervoor dat uw organisatie gemotiveerde en betrokken medewerkers heeft! Wanneer een medewerker tevreden is met zijn baan, zal hij met passie en toewijding zijn werk doen en zal hij sneller met verbeterideeën komen.

Meer informatie: drs. Hanneke Havlik, Organisatieadviesbureau Falke & Verbaan / ZebraZone
Tel: 035-6997109 of www.falkeverbaan.nl