Stadsdeel Amsterdam Centrum


Centrum-alliantie pakt dealers nepdope aan

24 november 2008

Een belangrijk doel van het veiligheidsplan van stadsdeel Centrum is om ervoor te zorgen dat bewoners, bezoekers, toeristen en ondernemers zich veilig voelen in de binnenstad. Tot nu toe zijn er behoorlijke vorderingen geboekt om het centrum veiliger te maken. Op dit moment wordt er druk gewerkt om de hardnekkige problematiek van nepdopedealers het hoofd te bieden.
Foto: Hollandse Hoogte

In de Amsterdamse binnenstad wordt veelvuldig gehandeld in verdovende middelen. Maar ook de verkoop van nepdope plaatst het stadsbestuur voor problemen. Tijdens een conferentie bogen stadsdeel Centrum, uiteenlopende samenwerkende partners als politie, Openbaar Ministerie, Dienst Werk en Inkomen en GGD, maar ook wetenschappers en landelijke diensten zich gezamenlijk over deze weerbarstige problematiek.

Roofdiergedrag
In de binnenstad en vooral in het Wallengebied proberen personen op een zeer gewiekste en brutale manier voorbijgangers ertoe te brengen om nepdrugs van hen te kopen, al dan niet met gebruik van grof geweld. "Dealers opereren soms in hun eentje, maar ook in groepjes. Ze benaderen hun slachtoffer en bespringen hem, als roofdieren", aldus Jan Pronker van de politie Amsterdam-Amstelland. "Ook degenen die geen belangstelling hebben voor de (nep)drugs, worden slachtoffer. Ze worden agressief benaderd en beroofd."

Hardnekkig probleem
De nepdopeproblematiek laat zich niet gemakkelijk bestrijden. Vaak zijn de slachtoffers toeristen, die meestal geen aangifte doen. Niet alleen omdat ze zich op onbekend terrein bevinden, maar ook omdat de drugs in hun land van herkomst streng verboden zijn en het not done is om hiermee voor de dag te komen. Ze nemen zodoende hun verlies. Daarnaast zijn de Wallen een zeer drukbezocht gebied, met een wirwar van kleine steegjes, waarin de daders gemakkelijk kunnen ontsnappen en opgaan in de menigte.

Een extra complicerende factor is bovendien dat de verkoop van niet-verdovende middelen niet strafbaar is. "Feitelijk gaat het hier specifiek om een niet-druggerelateerde problematiek. Het is in wezen ook geen dealerproblematiek", aldus criminoloog Frank Bovenkerk. Op deze activiteiten is de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) van toepassing. Dit houdt in dat overtreders worden beboet door de politie. Hoewel de precieze omvang van de problematiek niet bekend is, tonen alleen al de geregistreerde overtredingen aan dat het een niet gering aantal overtreders betreft. Zo zijn er tussen 1 januari 2007 en
1 april 2008 liefst 1000 personen beboet.

Gelet op de geringe pakkans, bestaat het vermoeden dat het werkelijke aantal veel hoger ligt. Onbekend is of de problematiek een typisch Nederlands verschijnsel is of dat deze ook voorkomt in andere Europese landen.

Conferentie
Op vrijdag 7 november organiseerde stadsdeel Centrum een conferentie om de problematiek vanuit alle mogelijke invalshoeken te belichten en gezamenlijk met alle samenwerkende Amsterdamse partners én landelijke diensten, wetenschappers en andere gemeenten te brainstormen over een effectieve aanpak. "De veiligheid van burgers en toeristen is een groot goed. We zullen ons er niet bij neerleggen dat mensen op brute wijze worden aangevallen. Bovendien levert dit grote imagoschade op voor Amsterdam", aldus stadsdeelvoorzitter Els Iping. Uit onderzoek onder toeristen door het Amsterdams Toerisme & Congres Bureau is naar voren gekomen dat drugs en criminaliteit voor sommige toeristen reden is om de hoofdstad niet te bezoeken.

Preventie en aanpak
Er wordt al preventief opgetreden. Op specifieke plekken als de Oudezijds Achterburgwal wordt vaker gepatrouilleerd. Daarnaast is er cameratoezicht op de hele Noordelijke burgwallen. Niet alleen gaat hiervan een preventieve werking uit, de geregistreerde beelden spelen ook een belangrijke rol in de opsporing van verdachten. Het dagelijks bestuur van het stadsdeel zal de deelraad voorstellen cameratoezicht in het gebied te continueren.

De burgemeester is daarnaast van plan de APV aan te passen, zodat nepdopedealers eerder, strenger gestraft kunnen worden. Kon onder de oude APV een bij een eerste vergrijp verwijderingsbevel van 24 uur worden opgelegd, nu is dat meteen al drie maanden. Dat houdt in dat een overtreder drie maanden niet op de betreffende plaats mag terugkeren. Verder heeft het Willem Pompe Instituut voor Strafrechtswetenschappen van de Universiteit Utrecht opdracht gekregen om de problematiek in kaart te brengen en te onderzoeken.

Maar de grootste winst is waarschijnlijk de nauwe, doelgerichte samenwerking tussen alle relevante instanties, diensten en instellingen, waaronder met name de subdriehoek: gemeente, politie en Openbaar Ministerie. Stadsdeel Centrum neemt hierin de regie.