Universiteit Leiden

Een kwestie van `decency'

Mensen met moed zijn er genoeg, maar mensen met burgermoed is een ander verhaal, stelt prof.dr. Ian Buruma in de Cleveringa-oratie die hij woensdag 26 november uitspreekt. Cleveringa zelf is een goed voorbeeld. Vaak echter komen mensen met burgermoed buiten de gemeenschap te staan.

Afbeelding
Prof.dr. Ian Buruma: `In mijn tijd waren er eigenlijk maar twee soorten studenten die Chinees studeerden: mensen met een uitgesproken academische belangstelling voor het oude China, en romantische Maoïsten.'

Moralistisch
Burgermoed heeft te maken met morele principes en met het verdedigen van burgerlijke vrijheden en met fatsoen. Maar `fatsoen' klinkt in het Nederlands een beetje te moralistisch, vindt Buruma, daarom geeft hij er de voorkeur aan het Engelse `decency' te gebruiken. De oratie De zeldzaamheid van burgermoed vindt plaats op woensdag 26 november om 16.00 uur in het Academiegebouw, Rapenburg 73.

Wisselleerstoel
De Cleveringaleerstoel is in 1970 ingesteld door de Universiteit Leiden ter herdenking van de bevrijding in 1945 en ter herinnering aan hoogleraar Rudolph Pabus Cleveringa en zijn moedig optreden in november 1940. De Cleveringaleerstoel is een wisselleerstoel, die sinds 1975 ieder academisch jaar door een andere, Nederlandse of buitenlandse, geleerde bezet wordt. De Cleveringahoogleraar geeft volgens de officiële leeropdracht college over `vraagstukken op het gebied van recht, vrijheid en verantwoordelijkheid'. De colleges worden gegeven binnen de faculteit die dat jaar als gastfaculteit optreedt. Dit jaar is de gastfaculteit de Faculteit der Geesteswetenschappen.

Kosmopolitisch
De schrijver Buruma (1951) is in Den Haag geboren uit een Engelse moeder en een Nederlandse vader. Hij groeide tweetalig op in een milieu waarin de Engelsen werden gezien als de bevrijders. Zijn jeugd vormde een goede basis voor zijn latere kosmopolitische instelling. Op 7 november ontving hij uit handen van prins Willem-Alexander de prestigieuze Erasmusprijs, waaraan een bedrag van 150.000 euro is verbonden. De Erasmusprijs heeft dit jaar als thema De Nieuwe Kosmopoliet en volgens het bestuur van de stichting Praemium Erasmianum voldoet Buruma volledig aan deze kwalificatie.

Afbeelding: Overhandiging van de Erasmusprijs

Sinologie
Buruma studeerde Chinees aan de Universiteit Leiden van 1971 tot 1975. `Mijn keus voor Sinologie had geen diepe oorzaak', zegt Buruma. `Ik wist niets van Azië en ik had er ook geen familiebanden, bijvoorbeeld met Nederlands-Indië. Maar in de geest van de jaren zestig voelde ik mij wel enigszins aangetrokken tot `het Oosten' en ik koos daarom voor een niet-Westerse studie, die bovendien misschien van nut kon zijn. In mijn tijd waren er eigenlijk maar twee soorten studenten die Chinees studeerden: mensen met een uitgesproken academische belangstelling voor het oude China, en romantische Maoïsten. Ik hoorde tot geen van beiden en voelde mij daarom een beetje een vreemde eend.'

Japan
Na zijn kandidaatsexamen vertrok Buruma met een beurs van de Japanse regering naar Tokio om film te studeren aan de Nichidai Geijutsu Gakko (School van de Kunsten) van de Nihon Daigaku (Japan Universiteit). Buruma: `China was in het begin van de jaren zeventig nog ontoegankelijk, behalve in georganiseerde reizen voor `vrienden van het Chinese volk'. Ik had ook weinig met het moderne China. Japan daarentegen trok mij zeer, met name door de Japanse film en het moderne Japanse theater. De verschillende theatergroepen die naar Mickery in Amsterdam kwamen, zoals Tenjo Sajiki en Waseda Shogekijo, deden een deur open naar een voor mij geheel onbekende wereld. Ik besloot mij verder in de Japanse cultuur te verdiepen.' Hij woonde zes jaar in Tokio, waar hij werkte als fotograaf, filmmaker en journalist.

Afbeelding: Hoes van het album 'Shintokumaru', een avant-garde rockopera van Tenjo Sajiki uit 1978.

Aziëkenner
`Daarna stond ik voor een keus: ik kon mij blijven specialiseren in Japan en een carrière maken als uitlegger van Japan aan het Westen of ik kon mijn belangstelling verbreden, wat betekende dat ik daar weg moest.' Buruma besloot naar Londen te gaan. Daarna woonde hij zeven jaar in Hongkong, waar hij werkte in de redactie van The Far Eastern Economic Review. Vervolgens werkte hij als freelance journalist en bereisde hij heel Azië. `In 1989 stond ik weer voor de keus: Aziëkenner blijven of ook andere dingen doen. Ik koos voor het laatste en woonde eerst dertien jaar in Londen en daarna in New York.'

Eredoctoraat
Buruma is sinds 2003 hoogleraar democratie, mensenrechten en journalistiek aan het Bard College in New York. Hij is lid van de wetenschappelijke adviesraad van het Einstein Forum in Potsdam en bestuurslid van Human Rights in China in New York. In 2004 ontving hij een eredoctoraat van de Rijksuniversiteit Groningen. In 2006 kreeg hij voor zijn boek Murder in Amsterdam over de moord op Theo van Gogh de Los Angeles Times Book Prize for the Best Current Interest Book.

Link
Praemium Erasmianum

(18 november 2008/SH)

18/11/2008