Nederlandse Politiebond


'Eigen cijfers' minister geven vertekend beeld van politiesterkte

Minister Ter Horst blijft - ook na de plenaire behandeling van de politiebegroting in 2e termijn - volhouden dat de ontwikkeling van de politiesterkte op schema is. Zij hanteert daarvoor niet de cijfers van de NPB (een onderbezetting BPZ van 1370 fte's) maar geeft de voorkeur aan haar eigen cijfers: het rapport 'vacaturedruk recherche' van Capgemini (483 vacatures bij de recherche + 375 vacatures bij de BPZ). Reden voor de NPB om het rapport van Capgemini eens nader te bekijken.

Allereerst valt op dat Capgemini niet rekent (zoals de NPB) met formeel beschikbare functies maar met de door het bevoegd gezag vrijgegeven vacatures. Daarmee biedt het rapport geen inzicht in de feitelijke onderbezetting, maar slechts in het aantal formeel opengestelde vacatures.

Recherche: onderbezetting ongeveer 980 fte's
De minister weet dat korpsen er soms voor kiezen om voor een deel van de formatie geen vacature open te stellen. Zij meldt de Tweede kamer dat dat bij de recherche het geval is voor ongeveer 500 fte's. Hetgeen betekent dat de onderbezetting (niet ingevulde functies) in het eerste kwartaal van 2008 in totaal ongeveer 983 fte's was. De minister schrijft dat de reden van korpsen om functieruimte niet in te vullen 'verschillend van aard' is. De NPB is het bekend dat korpsen vooral functieruimte niet openstellen om te voorkomen dat er een te grote doorstroom vanuit de BPZ naar de recherche plaatsvindt. Dat zou namelijk de BPZ, die al kampt met ernstige onderbezetting, verder uithollen.

BPZ: steunt volledig op aspiranten
Bij BPZ-vacatures spreekt het rapport van Capgemini uitsluitend over opengestelde vacatures in de BPZ (doorstroom) en uitdrukkelijk niet over de plekken die voorbestemd zijn voor aspiranten op school (instroom). Waar de NPB rekent met de functionele sterkte van aspiranten (het percentage waarin aspiranten tijdens hun opleiding bijdrage aan de sterkte), worden deze fte's door Capgemini geheel buiten beschouwing gelaten. Omdat de fte's binnen de BPZ voor het grootste gedeelte worden ingevuld door aspiranten, verdwijnt daarmee het grootste gedeelte van de actuele onderbezetting uit beeld.

Aangenomen dat beide cijfers juist zijn, bevestigt dat dat de BPZ (en met name de noodhulp) inmiddels volledig steunt op nieuw ingestroomde aspiranten. Het is maar de vraag of de instroom van aspiranten de onderbezetting van de noodhulp voldoende snel kan terugdringen. Daarnaast zijn er immers volgens Capgemini nog 375 vacatures voor doorstromers binnen de BPZ (vanuit de noodhulp) en beoogt de minister de doorstroom van de BPZ naar de recherche (met 980 fte's onderbezetting) te bevorderen.

Als de minister in haar opzet slaagt en de doorstroming daadwerkelijk weet te bevorderen zal de eerste lichting aspiranten nauwelijks effect sorteren op de bezetting in de noodhulp. Zij kunnen slechts de vrijgekomen plaatsen innemen. Elke aspirant wordt daarmee van het grootste belang om überhaupt de noodhulp in enige vorm te kunnen garanderen. Het verklaart waarom korpsen inmiddels een 'transfer-som' zijn overeengekomen om aspiranten aan zich te binden (zie ook: hoge transfersommen in nieuw herenakkoord).

Gepubliceerd op 28 november 2008 door Henri Swinkels.

Overname van dit nieuwsbericht is toegestaan, mits met bronvermelding: Nederlandse Politiebond - www.politiebond.nl ©2008.