Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

Kwaliteitssystemen diertransport

03 december 2008 - kamerstuk

Kamerbrief waarin de minster meldt dat zij het verminderd toezicht bij het transport van levend vee (de zgn. `stalkeuring') zal beëindigen. Op maandag 8 december wordt de klepkeuring weer ingevoerd.

Geachte Voorzitter,

Er zijn twee private kwaliteitssystemen operationeel met betrekking tot het transport van levend vee: het kwaliteitssysteem Dierwaardig Vervoer van de Stichting Kwaliteitsregeling Veetransport dat betrekking heeft op de export vanaf het primaire bedrijf en het kwaliteitssysteem NBW-Q van de Stichting NBW-Q dat betrekking heeft op de export vanaf verzamelplaatsen. De deelnemers aan deze kwaliteitssystemen kunnen in aanmerking komen voor minder streng toezicht door de VWA, zoals het regime van de stalkeuring. Daarnaast genieten de deelnemers van een aantal administratieve voordelen zoals de mogelijkheid om ter plekke de bestemming nog te kunnen wijzigen en het vervallen van de verplichting om een exportkeuring 24 uur van te voren bij de VWA aan te melden. Voor de bedrijven die niet deelnemen, geldt de klepkeuring die duurder is en moeilijker is in te passen in de bedrijfsvoering.
Ik heb als voorwaarden gesteld dat de kwaliteitssystemen minimaal uitgaan van de eisen die de Europese Transportverordening stelt, dat de onafhankelijkheid van het toezicht is gegarandeerd en dat de systemen beschikken over een adequaat sanctioneringsregime. De bedrijven die deelnemen aan het kwaliteitssysteem, moeten worden beoordeeld door een onafhankelijke gecertificeerde instantie.
De onafhankelijkheid van het toezicht kan bijvoorbeeld worden geborgd door een instantie die is geaccrediteerd voor de uitvoering van zijn taken. Zowel NBW-Q als Dierwaardig Vervoer maken gebruik van een dergelijke onafhankelijke instantie voor de audits van de deelnemers. Deze instanties, Vianorm en SGS, zijn door de Raad van Accreditatie geaccrediteerde certificatie-instellingen die geaccrediteerd zijn voor diverse certificatieschema's in de transport- of agrarische sector. Omdat deze instellingen geaccrediteerd zijn voor certificatieschema's in vergelijkbare branches, acht ik de onafhankelijkheid en deskundigheid daarom voldoende gegarandeerd.

Dit voorjaar heb ik op 1 april goedkeuring gegeven aan Dierwaardig Vervoer en op 4 juni aan NBW-Q. Teneinde te beoordelen of beide systemen ook in de praktijk voldeden, heb ik de VWA opdracht gegeven om in het najaar een onafhankelijke evaluatie uit te laten voeren op de kwaliteit van de systemen in de praktijk en aanbevelingen te doen voor verbeteringen. Deze evaluatie is uitgevoerd door Ernst & Young. Het evaluatierapport van Ernst & Young treft u aan als bijlage 1 bij deze brief. Ernst & Young heeft de systemen beoordeeld op de volgende aspecten: inhoud van het handboek, de naleving ervan, het toezicht op de naleving en de sanctionering. Het komt tot de volgende conclusies:

1. Het kwaliteitssysteem Dierwaardig Vervoer behoeft aanpassingen, waarvan een enkele een meer fundamenteel karakter heeft. De verwachting wordt uitgesproken dat Dierwaardig Vervoer binnen afzienbare tijd het handboek, naleving, toezicht en het sanctioneren kan aanpassen en completeren zodat het systeem voldoende waarborgen biedt.

2. Het kwaliteitssysteem NBW-Q behoeft aanpassingen, waarvan een aantal een meer fundamenteel karakter heeft. Ernst & Young ziet voldoende mogelijkheden het systeem aan te passen en te complementeren, zodat het voldoende waarborgen biedt. De verwachting is dat er meer tijd voor nodig is omdat het hier grotere aanpassingen betreft.
Ik heb de uitkomsten van de evaluatie besproken met de eigenaren van de kwaliteitssystemen. Met de Stichting Kwaliteitsregeling Veetransport heb ik de afspraak gemaakt dat de noodzakelijke aanpassingen uiterlijk 15 december a.s. gereed en per 1 januari 2009 geïmplementeerd zijn.
Gezien de grotere aanpassingen die nodig zijn in het systeem van NBW-Q heb ik met deze organisatie afgesproken een extra stap in te bouwen. NBW-Q heeft eerst een plan opgesteld waarin wordt beschreven op welke wijze de aanpassingen worden ingevoerd. Afgesproken is dat uiterlijk op 1 december jl. de organisatie dit plan zou inleveren. Dit is gebeurd.
De aangepaste voorstellen zouden na indienen, aansluitend worden beoordeeld door Ernst & Young. Alleen als beide aangepaste voorstellen aan alle vereisten voldoen en de aanpassingen op korte termijn geïmplementeerd kunnen worden, zal de stalkeuring in stand blijven.
Op 29 november jl. heeft de Stichting NBW-Q haar aangepaste voorstel ingediend. Dat is op 2 december door Ernst & Young beoordeeld. De beoordeling treft u aan als bijlage 2. Ernst & Young concludeert dat de voorgestelde aanpassingen "niet tegemoet komen aan een aantal essentiële bevindingen" uit het Ernst&Young rapport van 10 oktober jl. Ik deel deze conclusie. Ik heb dan ook besloten het verminderd toezicht dat is verbonden aan deelname aan het kwaliteitssysteem NBW-Q te beëindigen, totdat op de genoemde punten aanpassingen zijn doorgevoerd. In verband met het organisatorisch inregelen door de VWA en de noodzakelijke inzet van extra personeel, zal het verminderd toezicht vanaf maandag 8 december a.s. worden beëindigd.

Op het moment dat de Stichting NBW-Q een voorstel indient dat tegemoet komt aan de kritiek van Ernst & Young en voldoet aan de door mij gestelde criteria, komen de deelnemers weer in aanmerking voor het verlichte keuringsregime. Het resultaat van en mijn reactie op de evaluatie van het nieuwe voorstel van de Stichting Kwaliteitsregeling Veetransport zal ik u in de week van 15 december a.s. toe sturen. Ten algemene geldt dat ik veel waarde hecht aan de ontwikkeling van kwaliteitssystemen, bij voorkeur ingebed in de keten. Het is een belangrijke manier om de eigen verantwoordelijkheid van de ondernemer voor het welzijn van de dieren en de kwaliteit van het transport vorm te geven.
Ik wil daarom blijven inzetten op dit spoor. In het preventiebeleid is een duidelijke plaats ingeruimd voor verder doorontwikkelde kwaliteitssystemen die zijn geaccrediteerd door de Raad van de Accreditatie. De ervaring leert dat er geruime tijd gemoeid is met het opstellen, vaststellen en invoeren van een geaccrediteerd certificeringschema. De initiatiefnemers van de Kwaliteitsregeling Dierwaardig Vervoer 2008 hebben aangegeven dat zij hiertoe mogelijkheden zien. Ik ondersteun dit initiatief.

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,

G. Verburg

Errata
bij de Definitieve rapportage
Evaluatie kwaliteitssysteem Dierwaardig Vervoer en NBW-Q Ernst & Young 10 oktober 2008

1. Het bestuur van NBW-Q heeft in een bijeenkomst omtrent de definitieve rapportage aangegeven zich niet te herkennen in de structuur zoals weergegeven in paragraaf 4.4 . De juiste structuur zou op aangeven van NBW-Q gezien haar onafhankelijkheid van NBW zou moeten zijn:
2. In paragraaf 4.4.2 wordt aangegeven door welke personen het NBW Bestuur wordt gevormd. Hierdoor ontstaat ten onrechte de indruk dat mevrouw ing. J. de Leeuw tot het Bestuur behoort. Mevrouw ing. J. de Leeuw is ambtelijk secretaris voor het bestuur van NBW en geen bestuurslid.
3. In paragrafen 3.1 en 4.3.2 wordt een onjuist aantal leden van Saveetra vermeld. Het juiste aantal moet zijn
120.

4. In de rapportage wordt aangegeven dat de regeling Dierwaardig Vervoer een overtreding inzake de belading van voertuigen als middelzwaar wordt aangeduid. In de laatste versie van de regeling is dit als zwaar aangeduid. Hiermee is de in de rapportage gemaakte opmerking achterhaald.
5. In paragraaf 5.2.1 vermeldt de rapportage bij Opmerkingen bij Toezicht en controle - punt 10 - dat de sanctietabel twee maal eenzelfde overtreding benoemt met een verschillende zwaarte. In de laatste versie van de sanctietabel is dit inmiddels gecorrigeerd. Hiermee is de in de rapportage gemaakte opmerking achterhaald.

6. In bijlage 2 wordt aangegeven dat mevrouw Overmars als medewerker werkzaam is bij de NBHV. Dit is een onjuist in de rapportage vermeld. Mevrouw ing. I.M. Overmars is als Beleidsmedewerker werkzaam bij de Productschappen Vee, Vlees en Eieren (PVE) te Zoetermeer. Stichting NBW-Q label
(geeft tevens certificaten af)
Deelnemers kwaliteitssysteem
(Exportverzamelplaatsen)
SGS
(Toetsende instantie)