Ingezonden persbericht
Eerste Neanderthaler-kampement in Drenthe ontdekt
Het Drents Museum in Assen stelt komende maand vuurstenen voorwerpen
ten toon die afkomstig zijn van een nieuw ontdekt
Neanderthaler-kampement in Noord-Drenthe. De ontdekking is het gevolg
van een onderzoek van het Groninger Instituut voor Archeologie van de
Rijksuniversiteit Groningen en het Drents Museum.
Tussen circa 130.000 en 35.000 jaar geleden verbleven in
Noord-Nederland met enige regelmaat Neanderthalers die er op groot wild
jaagden. Vondsten van vuistbijlen en andere gereedschappen tonen hun
aanwezigheid aan, maar tot nog toe was er alleen sprake van enkele losse
vondsten of hooguit een paar vondsten die bij elkaar werden gevonden.
Aanwijzingen voor een groter kampement ontbraken tot dusver echter. Door
de ontdekking van een grotere hoeveelheid Neanderthaler-werktuigen in
noordelijk Drenthe is daar sinds kort verandering in gekomen.
Tijdens een onderzoek werden in februari 2007 binnen een kort
tijdsbestek op een akker in de omgeving van Assen drie artefacten van de
Neanderthaler opgeraapt. Daaronder een fraaie vuistbijl, een van de
meest karakteristieke werktuigen van de Neanderthaler. Het betreft een
complete min of meer hartvormige vuistbijl, een type dat kenmerkend is
voor de periode tussen circa 80.000 en 55.000 jaar geleden.
De vindplaats is ondertussen meerdere keren bezocht met als resultaat
zeventien door de Neanderthaler bewerkte vuurstenen, waaronder de al
eerder genoemde hartvormige vuistbijl, een fragment van een andere
vuistbijl, enkele andere werktuigen en afval van vuursteenbewerking. Een
vindplaats bij Mander in Overijssel was tot voor kort het enige grotere
kampement uit het Midden-Paleolithicum, de periode van de Neanderthaler,
dat we boven de grote rivieren kenden.
Deze unieke ontdekking is het gevolg van systematisch onderzoek naar de
Neanderthalerbewoning van Noord-Nederland, waarbij de nadruk ligt op het
Drents-Friese keileemplateau. Het onderzoek omvat de provincies
Groningen, Friesland, Drenthe en het noordelijke deel van Overijssel.
Dit project, dat onder leiding staat van het Groninger Instituut voor
Archeologie van de Rijksuniversiteit Groningen en het Drents Museum te
Assen, bestaat uit een inventarisatie van reeds bekende vondsten en
onderzoek in het veld waarbij het zoeken naar nieuwe voorwerpen uit de
Neanderthalertijd centraal staat.
Met medewerking van een groot aantal archeologie studenten uit
Groningen en Leiden, en met amateur-archeologen van o.m. de Drents
Prehistorische Vereniging en de Werkgroep Archeologie Steenwijk is in de
afgelopen anderhalf jaar een aantal bekende vindplaatsen afgezocht.
Tevens werden veldverkenningen uitgevoerd op plaatsen waar tot nu toe
niets is gevonden, maar die landschappelijk gezien goede kansen op
nieuwe ontdekkingen bieden. Afgezien van het nieuw ontdekte kampement
zijn op andere plaatsen in Drenthe en Overijssel ook artefacten van de
Neanderthaler gevonden. In de afgelopen anderhalf jaar dat het project
loopt werden twintig artefacten met een middenpaleolithische ouderdom
gevonden. Dat is maar liefst dertig procent van het totaal dat er sinds
het begin van de jaren zestig van de vorige eeuw voor de dag kwam.
De tot nog toe ontdekte voorwerpen zullen van 13 december 2008 tot 9
januari 2009 in het Drents Museum tentoongesteld worden. Half december
2008 verschijnt een artikel over de vindplaats in het tijdschrift
Paleo-Aktueel, het jaarboek van het Groninger Instituut voor
Archeologie.
Noot voor redacties: