Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
Den Haag Ons kenmerk Uw brief van Uw kenmerk
2 maart 2009 MLB/FTZ/106.564 20 februari 2009 2009Z03165/2080914400
Onderwerp
Vragen over financiële problemen bij omroep
LLiNK
Hierbij zend ik u het antwoord op de vragen van Kamerlid Atsma inzake de financiële problemen bij
omroep LLiNK.
De vragen werden mij toegezonden bij bovenaangehaalde brief met kenmerk
2009Z03165/2080914400.
De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
dr. Ronald H.A. Plasterk
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Rijnstraat 50, Postbus 16375, 2500 BJ Den Haag T +31-70-412 3456 F +31-70-412 3450 W www.minocw.nl
blad 2/5
Antwoorden op de schriftelijke vragen van Kamerlid Atsma (CDA) aan de minister van Onderwijs,
Cultuur en Wetenschap over financiële problemen bij omroep LLiNK ( Ingezonden 20 februari 2009
kenmerk 2009Z03165/2080914400 )
1
Bent u op de hoogte van het bericht dat omroep LLiNK in financiële problemen verkeert ?
Antwoord 1:
Ja.
2
Is het mogelijk dat een publieke omroep failliet gaat? Zo ja, wat is in dit geval de oorzaak en wie raken
hierdoor gedupeerd
Antwoord 2:
Ja. Omroep LLiNK is een vereniging. Deze rechtsvorm kan failliet gaan. De omroepvereniging is op dit
moment niet failliet, maar heeft surséance van betaling aangevraagd, omdat zij niet aan haar
financiële verplichtingen kan voldoen. Gedupeerden zijn het personeel en daarnaast mogelijke
schuldeisers zoals de Nederlandse Publieke Omroep, producenten en dienstverleners.
LLiNK geeft aan dat de oorzaak van de liquiditeitsproblemen ligt in onvoldoende financieel
management van de omroepvereniging.
3
Hoe is de verhouding van LLiNK ten opzichte van NPO bij een faillissement? Heeft de NPO, die op grond
van de Mediawet een eigen taak heeft als het gaat om, onder meer, het bevoorschotten van omroepen,
de problemen aan zien komen? Zo ja, welke stappen heeft de NPO gezet?
Antwoord 3:
Bij faillissement van een omroep is de NPO geen partij anders dan als debiteur/crediteur.
De NPO ontvangt aan het einde van ieder jaar ( in mei van het daarop volgende jaar) de jaarrekeningen
van de omroepen. Dit is het eerste moment dat de NPO officieel inzicht krijgt in de financiële situatie
van een omroep. Deze jaarrekeningen gaven geen aanleiding tot het ondernemen van stappen.
Het Commissariaat voor de Media is het orgaan dat toezicht houdt op de financiële huishouding van de
omroepen.
De NPO ontvangt van het Commissariaat voor de Media de voor een jaar toegewezen middelen voor de
publieke omroep. Deze middelen worden via een bepaald schema in maandelijkse delen ontvangen.
Met deze middelen bevoorschot de NPO op haar beurt de omroepen. Ook LLiNK wordt via deze
systematiek maandelijks bevoorschot. Op het schriftelijk verzoek van het Commissariaat voor de Media
van 17 februari jl. heeft de NPO de bevoorschotting aan LLiNK per direct stopgezet met uitzondering
van de salarissen voor de maand februari.
blad 3/5
4
Hoe is het financiële toezicht georganiseerd? Wie houden toezicht op het reilen en zeilen van de
omroep? Wie zitten er in de Raad van Toezicht van LLinK en wat heeft de Raad van Toezicht gedaan?
Wat houdt de toezichthoudende rol van het Commissariaat voor de Media precies in?
Antwoord 4:
Toezicht op het financiële reilen en zeilen van de omroep wordt gehouden door de Raad van Toezicht
van de omroep zelf en het Commissariaat voor de Media. Uit de Kamer van Koophandel blijkt de Raad
van Toezicht te bestaan uit 5 leden te weten: P.J.M. Rombouts (voorzitter a.i.), R.W.D. Tuhuteru, F.C.
Giskes, A.J. Engelsman en C.J. Hamelink. De Raad van Toezicht wordt benoemd door de ledenraad van
de vereniging en dient vervolgens toezicht te houden op de omroep. De Raad van Toezicht heeft eind
oktober 2008 de zakelijk directeur op non actief gezet en met wederzijdse instemming ontslagen .
In november 2008 is een interim controller aangesteld. Bij de jaarafsluiting over 2008 blijken er grote
financiële problemen te zijn.
Het Commissariaat toetst de rechtmatige besteding van de uitgaven van de publieke media instellingen
(art. 2.171 lid 1 MW) aan de hand van jaarrekeningen en managementletters. Naar aanleiding van de
berichten over de financiële problemen bij LLiNK heeft het Commissariaat voor de Media de NPO
verzocht de bevoorschotting te stoppen in afwachting van een goed financiëel overzicht.
Daarnaast heeft het Commissariaat een bijzondere positie, omdat hij namens de minister een garantie
van 500.000 aan LLiNK heeft verstrekt ten behoeve van ledenwervingsactiviteiten. In het kader van
deze garantie en het uitblijven van gevraagde informatie heeft het Commissariaat op 22 november
2008 accountantsonderzoek verricht bij LLiNK. LLiNK kreeg daarna een sanctie opgelegd wegens
overtreding van het dienstbaarheidverbod door contractering met een derde.
5
Is het toegestaan dat bedrijven, organisaties en verenigingen waaronder Simavi, Milieudefensie, Hivos,
Internationale Samenwerking, Vluchtelingenwerk Nederland, VVM, ReflexFM, De Betere Wereld,
Sandd, la Luz, Lokaal Mondiaal, Natuurwerkdag.nl, Greenpeace, Windunie, ICCO, ASNbank,
MonkeyBusiness, landschapsbeheer Nederland, IGO Green, Liliane Fonds, Een, Datamatch, Visa
Greencard, Slam!fm, Cendris, Multi-post, Plan, Eat-green, Festival Mundial, Ode, Salto, Stichting
Doen/nationale Postcode Loterij, Esta, Novib, Artsen Zonder Grenzen, HoHo, Omniversum,
Greenchoice, Edukans, Biologica, Suite, Adopteer een kip, Ecojob, Week van de Smaak, Proefdiervrij,
Fietsersbond, partners van LLiNK zijn? Wat houdt dit partnerschap in?
Antwoord 5:
Dergelijke vormen van samenwerking zijn toegestaan, zolang de omroep zich maar houdt aan de
mediawettelijke regels (waaronder programmatische autonomie, niet dienstbaar maken aan winst van
derden en reclameregels).
blad 4/5
6
Hebben deze bedrijven, organisaties en verenigingen invloed op de inhoud van de programma's/ Zo ja,
op welke manier wordt gecontroleerd of dit binnen de regels van de Mediawet valt?
Antwoord 6:
Programma's dienen redactioneel onafhankelijk te worden gemaakt. Programma's worden
systematisch gecontroleerd en als er aanleiding toe is wordt nader materiaal opgevraagd. Het
Commissariaat toetst de programma's aan de sponsorregels en is geen onregelmatigheden tegen
gekomen.
7
Is de actie van de gemeente Amsterdam, om LLiNK 104.000 euro te betalen voor een zestiendelige
serie vanuit een moestuin, geoorloofd? Wat vindt u van deze subsidie van de gemeente Amsterdam?
Strookt die met het landelijke beleid waarin strikte regels zijn gesteld aan het sponsoren van
programma's van de publieke omroep door de rijksoverheid?
Antwoord 7:
Ja. Het verbod op coproducties geldt voor de rijksoverheid. De rijksoverheid heeft niet ook het gedrag
van provincies en gemeenten willen bepalen. Die kunnen dus zelf beslissen of zij coproducties blijven
vervaardigen met de lokale-,regionale- en/of landelijke omroepen, zo lang die omroepen maar niet in
strijd handelen met de Mediawet en de Grondwet.
8
Is het waar dat het Commissariaat voor de Media bedenkingen heeft geuit over de ledenwerfacties van
LLiNK? Waarom had het Commissariaat moeite met de acties en was er toen al enig verband met de
financiële problemen die nu aan het licht zijn gekomen?
Antwoord 8:
Het Commissariaat heeft enkele van de ledenwerfacties destijds verboden, omdat deze acties
onvoldoende relatie hadden met de programma's dan wel de identiteit van de omroep. Deze
zogenaamde relatietoets is één van de criteria waar het Commissariaat op toetst en is in beleidsregels
van het Commissariaat opgenomen.
9
Kunt u garanderen dat de problemen bij LLiNK niet ten koste gaan van de budgetten en de
mogelijkheden van de andere publieke omroepen?
blad 5/5
Antwoord 9
De bevoorschotting is op verzoek van het Commissariaat voor de Media door de NPO stopgezet, totdat
duidelijk is wat de volledige omvang en aard van de problemen bij omroep LLiNK is en wat de mogelijke
oplossing daarvan inhoudt. Zodoende komt het programmabudget voor de publieke omroep niet in
gevaar, dan wel de mogelijkheden voor de andere omroepen. Aangezien het onderzoek naar de situatie
bij LLiNK nog niet afgerond is, is een financieel risico voor de landelijke publieke omroep als totaal op
dit moment nog niet geheel uit te sluiten.