Blijf arme landen steunen (Volkskrant 3 maart 2009)
03-03-2009 | Volkskrant | Toespraak: Koenders - Minister voor Ontwikkelingssamenwerking
De consequenties van de crisis zijn het ergst in arme landen, betoogt Bert
Koenders. Dat probleem moet snel internationaal aangepakt worden.
In de grootste economische crisis sinds de jaren dertig gaat de aandacht
begrijpelijk genoeg uit naar het eigen land. Maar de consequenties voor de
armste landen zijn veel ernstiger.
Volgens de Wereldbank zijn door de crisis al meer dan 100 miljoen mensen tot
armoede vervallen. Dit komt bovenop de 150 miljoen mensen die in 2008 onder de
armoedegrens terechtkwamen door de energie- en voedselcrisis. De bank verwacht
dat als de economische crisis aanhoudt, jaarlijks 200- tot 400 duizend kinderen
extra zullen sterven.
Wranger
Dat is des te wranger als men beseft dat veel van deze landen de laatste
jaren aanzienlijke groeicijfers lieten zien. De gevolgen van de crisis voor
ontwikkelingslanden worden steeds duidelijker: afnemende internationale handel,
nieuwe vormen van protectionisme, teruglopende overmakingen van westerse
immigranten naar herkomstlanden, minder buitenlandse investeringen en onzekere
hulpbudgetten.
In veel landen neemt door de crisis de binnenlandse politieke stabiliteit af.
Ontwikkelingslanden worden direct geraakt door het inzakken van hun export naar
het Westen en China.
Pervers
Tegelijk zien we een perverse kapitaalstroom van arme naar rijke landen op
gang komen.Westerse banken, beleggingsfondsen en institutionele beleggers
trekken fondsen terug uit ontwikkelingslanden om de balansen thuis beter op orde
te brengen. Dit gaat vaak gepaard met een financieel nationalisme en
protectionisme dat funest is voor de arme landen en de wereldeconomie als
geheel.
Het ontbreekt ontwikkelingslanden aan de middelen om, net als westerse
landen, een anticyclisch beleid te voeren. Zij kunnen het zich niet veroorloven
om kredietverlening aan de armsten op peil te houden of de werkgelegenheid
tijdelijk te beschermen.
Om uit deze crisis te komen, zullen alle landen, rijk en arm, op basis van
gedeelde belangen moeten samenwerken.
Wereldwijd
Terecht worden wereldwijd macro-economische stimuli overwogen om de
vraaguitval te keren. Essentieel is dat deze financieel verantwoord zijn en
internationaal goed gecoördineerd worden. Alleen dan kan hun effect op de
maximaal zijn.
Alleen samen kunnen we iets doen aan de onevenwichtigheden in de
internationale financieel-economische verhoudingen die deze crisis hebben
veroorzaakt. Internationale reserves moeten eerlijker gemanaged worden, en
private en publieke investeringen in armoedebestrijding, klimaatbeleid en
voedselzekerheid moeten worden opgevoerd.
De aanstaande vergaderingen van de G20, het IMF en de Wereldbank zullen forse
internationale maatregelen op deze terreinen moeten agenderen. Nederland, de
16de economie ter wereld die een belangrijke rol heeft in
ontwikkelingsfinanciering, kan de roep om een internationaal antwoord op de
crisis versterken.
Maar eerst moet de internationale gemeenschap de ergste nood lenigen.
Nederland is bereid hieraan mee te werken. Ondanks de teruglopende middelen
door de verlaging van het bnp heeft het ministerie voor
Ontwikkelingssamenwerking concrete maatregelen genomen om de negatieve gevolgen
van de crisis op de allerarmsten te beperken.
Partnerlanden
Zo is in een aantal partnerlanden het cash-for-workprogramma uitgebreid om
arme boeren te helpen. Deze vangnetconstructies voorzien de allerarmsten
tijdelijk van betaalde arbeid.
Ook is een extra bijdrage toegezegd aan het Massif-programma van de
Nederlandse Financieringsmaatschappij voor Ontwikkelingslanden. Dit draagt bij
aan de ontwikkeling van financiële dienstverlening voor het midden- en
kleinbedrijf in ontwikkelingslanden. Bovendien gaan we binnenkort de aanleg van
een ontwikkelingsrelevante infrastructuur stimuleren. Het verleden leert dat het
juist in tijden van economische crisis van groot belang is in
ontwikkelingslanden te blijven investeren.
Meer
Internationaal behoeft de contracyclische rol van het IMF en de Wereldbank
versterking. Onlangs is hiervoor 500 miljoen dollar aan het IMF ter beschikking
gesteld. Meer is nodig.
Denk hierbij aan het versoepelen van de uitleenmogelijkheden van de
Wereldbank en de versterking van de rol van de private sector. Ook moeten rijke
landen ontwikkelingslanden verzekeren dat zij zich aan de gemaakte hulpafspraken
zullen houden. Voor ontwikkelingslanden is deze hulp een van de weinige
voorspelbare kapitaalstromen voor het bereiken van de Millennium
Ontwikkelingsdoelen.
Terugkomen op deze afspraken is penny wise, pound
foolish.
Tot slot moet de discussie binnen de internationale financiële instellingen
over de vertegenwoordiging van ontwikkelingslanden een sterke impuls krijgen. Om
de crisis effectief te kunnen bestrijden heeft de wereld behoefte aan sterke
mondiale instellingen, die kunnen rekenen op de steun van een zo groot mogelijke
groep landen.
Sterkere stem
Hiervoor is nodig dat de stem van ontwikkelingslanden sterker gehoord wordt.
De G20-top van begin april in Londen kan in veel opzichten belangrijke voortgang
boeken. Dat op deze top geen enkel arm ontwikkelingsland aanwezig zal zijn, is
veelzeggend en onderstreept hoe groot de verantwoordelijkheid is die rust op de
aanwezigen bij de G20, waaronder Nederland.
'Londen' wordt een belangrijk ijkpunt in de mondiale bestrijding van de
crisis. Niet alleen moeten de aanwezige wereldleiders het vertrouwen in de
financiële markten herstellen en de mondiale economie weer aan de praat krijgen,
zij moeten vooral boven zichzelf uitstijgen en daadwerkelijk mondiaal
leiderschap tonen. Het is tijd voor een New Global
Deal.
---
Ministerie van Buitenlandse Zaken