Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport


4. Antwoorden op kamervragen van Van der Ham over de illegale drugshandel

Antwoorden op kamervragen van Van der Ham over de illegale drugshandel

Kamerstuk, 11 maart 2009

De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG

11 maart 2009

VGP-K-U-2886043

Vraag 1

Hoe beoordeelt u de uitspraken van burgemeester Lonink van Terneuzen dat de illegale drugshandel in Terneuzen toeneemt als gevolg van het (tijdelijk) sluiten van coffeeshop Miami, en dat hij daarom overweegt de exploitatievergunning aan een nieuwe onderneming te verlenen? 1)

Antwoord 1

Mij zijn geen gegevens bekend waaruit blijkt dat de illegale drugshandel in Terneuzen is toegenomen als gevolg van het tijdelijk sluiten van coffeeshop Miami. Het verlenen van een exploitatievergunning is overigens een bevoegdheid van het gemeentebestuur.

Vraag 2

Bent u bereid met voorstellen te komen voor regulering van de softdrughandel aan de achterdeur om overlast en criminaliteit terug te dringen, aangezien het dubbelzinnige beleid van de overheid aan de achterdeur van coffeeshops leidt tot meer criminaliteit en overlast in bijvoorbeeld het centrum van Terneuzen? Zo neen, waarom niet?

Antwoord 2

Nee. In de brief van 8 februari 2006 is het nog steeds geldende standpunt van het kabinet ten aanzien van de achterdeur van de coffeeshop uiteen gezet.
Voor de volledigheid zij overigens opgemerkt dat wij in de opmaat naar de nieuwe Drugsnota 2009 een Adviescommissie Drugsbeleid hebben ingesteld. Deze commissie zal voor 1 juli 2009 advies uitbrengen over het Nederlands drugsbeleid.

Vraag 3

Hoe beoordeelt u de ontwikkeling dat door de nieuwe regelgeving om coffeeshops in een straal van 500 meter rondom scholen te verbieden meer coffeeshops zullen moeten sluiten en -evenals in Terneuzen- de illegale drugshandel hierdoor ook in andere plaatsen overlast zal gaan veroorzaken?

Antwoord 3

Vooraf zij opgemerkt dat tussen Rijk en VNG is afgesproken dat voor coffeeshops in principe een afstandscriterium van minimaal 250 meter - en geen 500 meter - tot scholen van voortgezet onderwijs zal gelden. Mij zijn geen gegevens bekend waaruit de ontwikkeling zou kunnen blijken die u meent waar te nemen.


1) Trouw, 9 oktober 2008