Universiteit van Tilburg

18 maart 2009

Drie bijzonder hoogleraren benoemd bij Tilburg centre for Creative Computing

De Universiteit van Tilburg heeft drie bijzonder hoogleraren benoemd bij het Tilburg centre for Creative Computing (TiCC). Arend Jan van Zanten is benoemd tot bijzonder hoogleraar 'Grondslagen van de informatietechnologie'; Gerard van Oortmerssen tot bijzonder hoogleraar 'De evolutie van internet' en Myriam Diaz-Diocaretz tot bijzonder hoogleraar 'Humanistische visies op de elektronische samenleving'. De hoogleraren werken voor een dag per week aan de Universiteit van Tilburg.

Arend Jan van Zanten levert sinds 1 januari 2009 een bijdrage aan de uitbouw van het Tilburgse onderzoek naar de informatietechnologie, in het bijzonder aan de deeldiscipline informatie en kunstmatige intelligentie. De informatietechnologie bevindt zich op het snijvlak van de discrete wiskunde (coderingstheorie, speltheorie, grafentheorie, netwerktheorie, complixiteitstheorie) en theoretische informatica (grammatica en semantiek van computertalen, theorie van automaten, algoritmiek). De centrale onderzoeksvraag van zijn leerstoel luidt: hoe kunnen theoretische concepten vanuit de discrete wiskunde en de theoretische informatica adequaat worden toegepast in de informatietechnologie, met name in de theorie van de kunstmatige intelligentie.

Prof. dr. Arend Jan van Zanten (1941) studeerde cum laude af in de theoretische natuurkunde aan de RUG. Hij promoveerde in 1972 aan de RUG op de dissertatie Some Applications of Representation Theory of Finite Groups: A Partial Reduction Method. Hij was tot 1 februari van dit jaar bijzonder hoogleraar aan de Universiteit Maastricht en sinds 2006 gasthoogleraar aan de afdeling wiskunde van de Faculteit EWI (Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica) van de Technische Universiteit Delft. De bijzondere leerstoel Grondslagen van de informatietechnologie is ingesteld door de Prof. dr. R. Timman Stichting. De stichting wil het onderzoek op het gebied van de grondslagen van de informatietechnologie stimuleren, met name op het gebied van wiskunde en theoretische informatica.

De leerstoel 'De evolutie van het internet' van bijzonder hoogleraar Gerard van Oortmerssen is ingesteld om door middel van onderzoek de ontwikkeling van het internet beter te begrijpen en om te anticiperen op nieuwe mogelijkheden en problemen van de toenemende complexiteit en intelligentie van het internet. Daarbij kan gedacht worden aan nieuwe mogelijkheden die het internet biedt, maar ook aan nadelige effecten op het gebied van sociaal gedrag en privacy. Het onderzoek heeft een sterk multidisciplinair karakter.

Prof. dr. Gerard van Oortmerssen (1945) studeerde Scheepsbouwkunde in Delft. In 1976 promoveerde hij op een onderwerp op het gebied van computational fluid mechanics. Tot 1991 was hij onderzoeker bij MARIN (Maritiem Research Instituut Nederland). Vanaf 1991 vervulde hij diverse directiefuncties, onder meer bij het CWI (Centrum voor Wiskunde en Informatica). Hij is directeur van het ICT Regie orgaan. Zijn bijzondere leerstoel is ingesteld door de Stichting Cor Wit Fonds, die tot doel heeft de wetenschappelijke interesse voor het vakgebied ICT te bevorderen.

Myriam Diaz-Diocaretz bezet sinds 1 januari 2009 in Tilburg de leerstoel 'Humanistische visies op de elektronische samenleving'. Deze leerstoel heeft betrekking op humanistische benaderingen van informatie- en communicatietechnologie (ICT). Het doel van haar onderzoek aan de UvT is de ontwikkeling conceptuele en crossdisciplinaire sociale, filosofische en wetenschappelijke verbanden tussen humanisme en technologie in de 21e eeuw. De bijzondere leerstoel in ingesteld door de Stichting Socrates, een werkstichting van het Humanistisch Verbond die de wetenschappelijke exploratie van actuele maatschappelijke problemen vanuit een humanistisch perspectief wil bevorderen.

Prof. dr. Myriam Diocaretz (1951) studeerde Engelse taal- en letterkunde en Engelse en Amerikaanse cultuurwetenschappen aan de Universiteit van Concepci&oacuten in Chili en Engels (MA) aan Stanford University in de Verenigde Staten. In 1983 promoveerde zij aan State University of New York in de filosofie, op het proefschrift Reading and Writing in the Act of Translation. Van recentere datum zijn onder meer een speciaal nummer van International Journal of Social Robotics over Human-Robot Personal Relationships (redactie Diocaretz en J. van den Herik; Springer, nog te verschijnen); The Matrix in Theory (Editions Rodopi, 2006) met S. Herbrechter en het essay Interactivity and the New Technological Imaginary (Acta Poetica 27, 2006). Sinds 2006 is zij secretaris-generaal van The European Writers' Congress / le F&eacuted&eacuteration des associations europ&eacuteennes d'&eacutecrivains AISBL in Brussel. Tevens is zij sinds 2004 als onafhankelijk expert op het terrein van de informatiemaatschappij werkzaam bij de Europese Commissie in Brussel. In 1989 richtte zij het wetenschappelijke tijdschrift Critical Studies op, waarvan zij nog steeds hoofdredacteur is.