rectie Internationale Zaken
Di
Geannoteerde agenda Landbouw- en Visserijraad 23 maart 2009
16 maart 2009 - kamerstuk
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA 's-GRAVENHAGE
uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum
IZ. 2009/471 16 maart 2009
onderwerp bijlagen
Geannoteerde agenda Landbouw- en
Visserijraad 23 maart 2009
Geachte Voorzitter,
Op 23 maart a.s. vindt in Brussel de tweede vergadering plaats van de Raad van Ministers
voor Landbouw en Visserij van de Europese Unie (EU) onder Tsjechisch voorzitterschap. In
deze brief informeer ik u over de onderwerpen die op de agenda staan en de Nederlandse
inzet daarbij. Het is mogelijk dat er nog onderwerpen aan de agenda worden toegevoegd,
of juist worden uitgesteld tot een volgende vergadering.
Het eerste inhoudelijke punt op de agenda betreft de aanbeveling van de Commissie aan
de Raad om de Commissie mandaat te geven voor onderhandelingen over een eigenstandig
lidmaatschap van de Europese Gemeenschap (EG) bij de Internationale Organisatie voor
Wijnbouw en Wijnbereiding (OIV). Daarna zal de situatie op de zuivelmarkt besproken
worden. Vervolgens zal de Commissie haar voortgangsrapport over de vereenvoudiging van
het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) presenteren. Mogelijk zal de Commissie ook
een rapport presenteren over het gebruik van informatie- en communicatietechnologie (ICT)
in plattelandsgebieden.
Onder het agendapunt "diversen" zal de universele verklaring dierenwelzijn besproken
worden. Op verzoek van de Zweedse delegatie komt het plukken van dons van levende
ganzen aan bod. Het voorzitterschap zal een terugkoppeling geven van de conferentie op
hoog niveau over de kwaliteit van landbouwproducten die op 12 en 13 maart in Praag
plaatsvond. Ook zal de voortgang binnen de Commission on Sustainable Development
(CSD) van de Verenigde Naties aan bod komen. Ten slotte heb ikzelf verzocht om agende-
ring van het onderwerp genetisch gemodificeerde organismen (ggo's).
Tijdens de lunch zullen de ministers spreken over de economische situatie in de landbouw.
Ik verwijs daarvoor graag naar mijn brief over dit onderwerp die ik onlangs aan uw Kamer
heb gestuurd.
Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad
16 maart 2009 IZ. 2009/471 2
Lidmaatschap van de Europese Gemeenschap bij de Internationale Organisatie voor
Wijnbouw en Wijnbereiding (OIV)
(Debat)
COM(2008) 577
De Commissie streeft ernaar om de Europese Gemeenschap (EG) zelfstandig lid te laten
worden van de Internationale Organisatie voor Wijnbouw en Wijnbereiding (OIV). De
Commissie zal daarom de Raad verzoeken haar te mandateren onderhandelingen te
starten over een eigenstandig lidmaatschap van de Gemeenschap van het OIV. Het OIV is
een intergouvernementele wetenschappelijke en technische organisatie die zich onder
andere ten doel heeft gesteld bij te dragen aan het harmoniseren van bestaande en
opstellen van nieuwe internationale normen op het gebied van oenologische procedés.
Met de nieuwe gemeenschappelijke marktordening wijn is het OIV een belangrijke rol
toegekend als primair referentieorgaan voor de Commissie bij het beoordelen van nieuwe
praktijken van wijnbereiding in de EU. Verder dienen de door het OIV aanbevolen analyse-
methoden te worden gebruikt. Op dit moment zijn de meeste lidstaten zelf lid van het
OIV. De Gemeenschap heeft exclusieve bevoegdheid op het gebied van regelgeving in de
wijnsector, en vrijwel alle terreinen waarop het OIV actief is vallen onder de bevoegdheid
van de Gemeenschap. (waaronder de oenologische praktijken). Daarom is het gepast dat
de Gemeenschap zelfstandig lid wordt van deze organisatie naast de lidstaten en onder-
steun ik het Commissievoorstel.
Situatie op de zuivelmarkt
(Gedachtewisseling)
Op verzoek van Duitsland zal de Raad zich buigen over de situatie op de Europese zuivel-
markt. De marktsituatie is momenteel slecht met lage, maar stabiele prijzen. De lage
prijzen zijn enerzijds het gevolg van vraaguitval, veroorzaakt door de hoge prijzen van
2007 en de economische recessie. Anderzijds is er extra aanbod van melk wereldwijd die is
uitgelokt door de gunstige melkprijzen in de voorafgaande periode. De melkproductie in
de EU is in tegenstelling tot die in bijvoorbeeld Nieuw-Zeeland, Australië en de VS in de
periode van april tot december 2008 gedaald met 0,4% ten opzichte van dezelfde periode
in 2007. Nederland zit in de kleine groep van EU-landen waar een stijging van de productie
(met 1,7%) te zien is.
Om de markt te ondersteunen zijn diverse maatregelen genomen door de Europese
Commissie. Sinds 1 januari 2009 is de particuliere opslagregeling van boter van toe-
passing. Die is vervroegd in een poging om de dalende prijzen van zuivelproducten af te
remmen. Op 22 januari jl. werd een voorstel van de Commissie goedgekeurd om weer
exportrestituties voor zuivelproducten te introduceren. Conform de tijdens de health
check gemaakte afspraken, vindt sinds 1 maart jl. ook weer interventie plaats van boter en
magere melkpoeder. Deze marktmaatregelen, die als vangnet onderdeel zijn van het
hervormde GLB, lijken effect te hebben. Aan de dalende tendens van de prijzen lijkt een
eind te zijn gekomen, zowel op de interne EU-markt als op de wereldmarkt. De lange
termijnperspectieven zijn nog altijd onveranderd goed.
Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad
16 maart 2009 IZ. 2009/471 3
Mogelijk zal Duitsland als initiatiefnemer van de agendering van dit onderwerp de onder-
handelingsuitkomsten van de Health Check ter discussie willen stellen met als doel de
afgesproken quotumverruiming terug te draaien. Daarvan ben ik geen voorstander. Het is
immers evident dat de quotumverruiming niet heeft geleid tot de dalende prijstendens. De
totale EU-melkproductie vertoont een dalende tendens ondanks eerdere quotumverrui-
mingen. In enkele lidstaten, waaronder Nederland, is echter nog steeds te weinig ruimte
geschapen voor de uitbreiding van de melkproductie. Illustratief daarvoor is dat
Nederlandse melkveehouders naar verwachting ook dit jaar superheffing moeten betalen
omdat zij over het Nederlandse melkquotum heen schieten. Een andere duidelijke
indicatie dat meer quotumverruiming voor ons noodzakelijk is om tot een zachte landing
van de quotering te komen, is het feit dat in Nederland nog altijd circa 1 per kg melk
voor quotum wordt betaald.
Voortgangsrapport `A simplified CAP for Europe - a success for all'
(Presentatie Commissie)
De Commissie zal een presentatie geven van wat tot nu toe is bereikt op het gebied van de
vereenvoudiging van het GLB. Het - momenteel nog niet beschikbare - voortgangsrapport
bouwt naar verwachting voort op de Mededeling van de Commissie hierover uit 2005,
waarin de Commissie aankondigde wat haar voornemens waren. Naar verwachting maakt
de Commissie de balans op van de voorbije jaren via een chronologisch overzicht van wat
zij tot nu toe tot stand heeft gebracht en zal zij een voorzichtige blik vooruit werpen.
Er is momenteel reeds een Actieplan met een doorlopende lijst van veelal technische
aanpassingen en vereenvoudigingen in de bestaande regelgeving. Voor een groot deel
zijn deze vereenvoudigingen aangedragen door de lidstaten, zoals het schrappen van de
in- en uitvoercertificaten en de vereenvoudigingen in de cross-compliancebepalingen.
Op uitdrukkelijk verzoek van Nederland zijn veel van de handelsnormen in de groente- en
fruitsector vorig jaar eindelijk afgeschaft. Ook de vervanging van 21 afzonderlijke markt-
verordeningen door één integrale, gemeenschappelijke marktverordening is een recente
belangrijke vereenvoudiging. Ook in het kader van de health check van het GLB hebben de
lidstaten en de Commissie gezamenlijk vereenvoudigingen kunnen doorvoeren. Voor de
toekomst ziet de Commissie naar verluidt met name mogelijkheden op het gebied van de
directe betalingen en technische aspecten. Ik kijk uit naar het rapport en zal mij net zoals
in de afgelopen tijd ervoor inzetten om daadwerkelijk verdere vereenvoudiging van het
GLB te bereiken. Het voorzitterschap streeft ernaar in mei te komen tot Raadsconclusies
over het voortgangsverslag.
Commissiemededeling over het gebruik van ICT in plattelandsgebieden (mogelijk)
(Presentatie Commissie)
Mogelijk zal de Commissaris tijdens de Raad de Mededeling van de Commissie over
"betere toegang tot moderne ICT op het platteland" presenteren en toelichten. In deze
Mededeling stelt de Commissie onder meer dat de breedbanddekking gemiddeld 98% van
de EU-bevolking beslaat in stedelijke gebieden, terwijl het in plattelandsgebieden slechts
70% van de plattelandsbevolking van de EU-27 betreft.
Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad
16 maart 2009 IZ. 2009/471 4
De Commissie benadrukt voorts haar doelstelling "breedbandtoegang voor iedereen"
tegen 2010, onderdeel van het Europees herstelplan voor de economie. De Commissie
schetst hoe zij haar eigen steunprogramma's hiervoor zal gebruiken en roept de lidstaten
op om de financiering voor breedbandinfrastructuur in het kader van het herstelplan op
een efficiënte en effectieve manier te gebruiken om het economische en sociale leven in
plattelandsgebieden te stimuleren. Als de Raad het voorstel van de Commissie goedkeurt,
kunnen de lidstaten vervolgens - indien gewenst - hun plattelandsontwikkelings-
programma nog dit jaar wijzigen, daarbij uitgaande van de specifieke behoeften van de
iedere afzonderlijke lidstaat of regio.
Nederland bevindt zich in een bijzondere positie. Nederland heeft namelijk een buiten-
gewoon hoge beschikbaarheid (en gebruik) van breedband via vaste netwerken maar ook
via mobiele netwerken. Zo heeft 99,9% van de Nederlandse huishouders toegang tot het
breedband DSL-netwerk van KPN (snelheden van 768kbps en hoger). Gezien de dekkings-
graad en de dynamische ontwikkelingen in het aanbod van breedband internet, is de
noodzaak voor extra middelen voor investeringen in breedbandinfrastructuur relatief
beperkt. Mochten er desondanks vanuit Europa in het Europees Economisch Herstelplan
extra middelen beschikbaar komen, dan zal ik daaraan verder invulling geven in overeen-
stemming met de bestemming voor `landelijke gebieden' én met de behoefte voor breed-
band van bewoners van buitengebieden.
Diversen
Universele verklaring dierenwelzijn
(Informatie van het voorzitterschap)
Tijdens de Landbouwraad zal het voorzitterschap aandacht vragen voor de Universele
Verklaring voor Dierenwelzijn. Deze verklaring vraagt erkenning dat dieren wezens met
gevoel zijn en daarom respect verdienen. Het dierenwelzijnsbeleid van Nederland is in
overeenstemming met de principes van deze verklaring. De verklaring is vooral gericht op
landen waar de bewustwording over dierenwelzijn nog ontbreekt. De benadering is
sympathiek: niet dwingend maar uitnodigend en constructief, rekening houdend met
verschillen tussen landen. Onlangs heb ik, namens Nederland, deze verklaring officieel
gesteund en deze ook ondertekend. Tevens heb ik toegezegd deze internationaal te
steunen. Ik ben verheugd dat het voorzitterschap aandacht zal vragen voor deze
verklaring. De steun van Europese lidstaten in dit traject is van wezenlijk belang voor de
erkenning en effectiviteit van deze verklaring.
Plukken van dons van levende ganzen
(Verzoek van de Zweedse delegatie)
De Zweedse delegatie zal het plukken van levende ganzen tijdens de Landbouwraad aan
de orde stellen. Voor deze praktijk bestaat geen specifieke EU-wetgeving. Wel is er een
aanbeveling van de Raad van Europa die het "plukken" van veren bij ganzen verbiedt.
Deze aanbeveling kent geen verbod op het "oogsten" van veren. De Commissie is van
mening dat hoewel de EU geen specifieke wetgeving kent voor deze praktijk, de lidstaten
op grond van de aanbeveling van de Raad van Europa verplicht zijn om het "plukken" van
veren te verbieden. Ik vind het belangrijk dat het plukken van dons van levende ganzen
geen onnodig pijn, leed en letsel mag veroorzaken.
Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad
16 maart 2009 IZ. 2009/471 5
Daarom vind ik het goed dat de Commissie deze praktijk aan het onderzoeken is. Bij dit
agendapunt zal ik conform de Nota Dierenwelzijn de Commissie vragen om Europese
welzijnsregelgeving voor ganzen en andere kleine sectoren voor te bereiden.
Conferentie op hoog niveau over kwaliteit landbouwproducten (Praag, 12-13 maart
2009)
(Informatie van het voorzitterschap)
De Europese Commissie heeft op 15 oktober 2008 het "Groenboek over de kwaliteit van
landbouwproducten: productnormen, landbouwvoorschriften en kwaliteitsregelingen"
uitgebracht. Tsjechië besteedt tijdens zijn voorzitterschap speciaal aandacht aan dit
onderwerp en heeft daarom op 12 en 13 maart jl. samen met Commissaris Marian Fischer
Boel een conferentie op hoog niveau over de kwaliteit van Agrarische Producten georgani-
seerd. Het Tsjechische voorzitterschap had mij uitgenodigd om tijdens de Nederlandse
visie op dit onderwerp toe te lichten. Deze uitnodging heb ik graag aanvaard, maar helaas
was ik vanwege het crisisberaad van het kabinet op donderdag 12 maart jl. verhinderd.
Tijdens het AO zal ik u mondeling een korte impressie geven van de uitkomsten van deze
conferentie.
Commission on Sustainable Development (Verenigde Naties)
(Verzoek van de Tsjechische delegatie)
Het Tsjechische voorzitterschap heeft mij gevraagd om tijdens de Raad kort iets te zeggen
over de Commission on Sustainable Development (CSD). Zoals u weet, ben ik vorig jaar
gekozen als voorzitter van de 17de vergadering van de CSD in mei 2009. Op de agenda van
CSD16-17 staan landbouw, rurale ontwikkeling, landgebruik, droogte, verwoestijning en
Afrika. De betekenis en de rol van landbouwontwikkeling en rurale armoedebestrijding
staan internationaal weer volop in de belangstelling. Ook bestaat er wereldwijd eens-
gezindheid over de urgentie van de recente voedselprijzencrisis - die momenteel weer op
zijn retour is - en de noodzaak om in het kader van de meervoudige voedsel-, energie- en
economische crises snel tot een integrale aanpak te komen.
Twee weken geleden is de Intergovernmental Preparatory Meeting succesvol afgerond.
Op de laatste dag heb ik daar als voorzitter het uitkomstendocument (zogenaamde Chair's
Draft Negotiating Text) gepresenteerd. Deze tekst is door de lidstaten ontvangen als
goede basis voor de 17de sessie van de CSD vergadering in mei. Er bestaat consensus over
een heel aantal thema's, maar er bestaan ook nog grote verschillen, zoals ten aanzien van
duurzaamheidscriteria voor biobrandstoffen. Ik ben tevreden dat de 5-sporen uit de
gezamenlijke notitie met Koenders (verhogen van de landbouwproductiviteit, creëren van
enabling environment, verduurzaming agro-ketens, verbetering markttoegang met name
voor ontwikkelingslanden en verbetering voedselzekerheid en vangnetten) genoemd zijn
in de onderhandelingstekst.
Zo zullen in VN-verband tijdens CSD17 verdere afspraken moeten worden gemaakt over
concrete maatregelen en extra middelen voor duurzame landbouwontwikkeling. Mijn
inzet is gericht op het leveren van een actieve bijdrage aan het verder brengen van de
discussie over de uitdagingen van duurzame landbouw en rurale ontwikkeling en het
bereiken van concrete resultaten tijdens de CSD-17-zitting voor duurzame landbouw-
ontwikkeling in de wereld.
Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad
16 maart 2009 IZ. 2009/471 6
Daarbij zal ik extra aandacht besteden aan een `groene revolutie', specifiek in Afrika, maar
ook aan thema's als klimaat en competing claims op land en water. Ik ben erg verheugd
dat ik tijdens de Raad mijn collega's kan informeren over de voorbereiding van CSD17.
Tevens zal ik mijn collega's oproepen deel te nemen aan CSD17.
GGO
(Verzoek van de Nederlandse delegatie)
In de meest recente brief van de minister van VROM en mij aan uw Kamer over de markt-
toelating ggo's en sociaal-economische aspecten, heb ik aangegeven dat ik dit onderwerp
aan orde zal stellen in de komende Landbouwraad. Ik zal aangeven dat Nederland, vanuit
het principe dat naleving van de EU-regelgeving een essentieel anker is in de Europese
samenwerking, zal instemmen met een toelating, indien een ggo veilig is bevonden voor
mens, dier en milieu, conform de huidige regelgeving. Het kabinet is van mening dat de
Europese regelgeving voor ggo's niet langer op alle onderdelen tegemoetkomt aan de
ontwikkelingen die in de samenleving spelen en aangeven dat wij het daarom van belang
achten dat de Commissie met voorstellen voor aanpassing van de regelgeving komt.
Tevens zal ik aangeven dat, wat Nederland betreft, een oplossingsrichting is, dat bij de
import van producten, conform de huidige regelgeving, de interne marktregels gelden.
Dit, terwijl bij de teelt de lidstaten zelf zouden moeten kunnen beslissen. Daarnaast is het
van belang voortvarend het proces op te pakken om de sociaal-economische dimensie bij
de afweging te kunnen gaan betrekken. Minister Cramer heeft deze lijn in de Milieuraad
van 2 maart jl. ook uitgedragen.
Toezeggingen
Tijdens het Algemeen Overleg (AO) van 26 november 2008 en 14 januari 2009 heeft u mijn
bijzondere aandacht gevraagd voor de wijze waarop de afspraken uit het health check-
akkoord over de zogenaamde positieve vetcorrectie in Nederland worden geïmple-
menteerd. Ik heb u toen toegezegd op technisch niveau met de Europese Commissie te
zullen overleggen over de mogelijkheid om deze positieve vetcorrectie in Nederland een
generieke werking te geven. In uitvoerig technisch overleg met de Commissie is komen
vast te staan dat de positieve vetcorrectie als zodanig niet meer en niet minder is dan een
coëfficiënt waarmee de daadwerkelijke geproduceerde hoeveelheid melk van een
individuele producent wordt gecorrigeerd. Deze gecorrigeerde hoeveelheid - afgezet
tegen het individuele quotum - dient ter bepaling van de eventueel af te dragen super-
heffing. De betreffende EG-verordeningen terzake laten geen ruimte om de positieve
vetcorrectie een meer generieke werking te geven. De Europese Commissie zal dan ook op
korte termijn een wijziging vaststellen van Verordening (EG) nr. 595/2004, waarin de
versoepeling van de zogenoemde positieve vetcorrectie zal zijn geregeld. Een ontwerp
voor deze wijziging is door de Commissie op 5 maart jl. voorgelegd aan het Beheerscomité
voor de Integrale gemeenschappelijke marktordening voor landbouwproducten, dat
inmiddels positief advies heeft uitgebracht. Als een melkproducent in enig jaar melk levert
met een hoger vetgehalte dan de vetreferentie van zijn quotum, dan wordt vanaf het
heffingsjaar 2009/2010 zijn werkelijk geproduceerde hoeveelheid melk nog wel gecorri-
geerd, maar voortaan nog maar met 0,09% verhoogd voor elke 0,1 gram melkvet meer per
kilo melk in plaats van met 0,18%.
Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad
16 maart 2009 IZ. 2009/471 7
Vervolgens heb ik mij uitvoerig beraden over de vraag of deze vaststelling over de
werking van positieve vetcorrectie aanleiding zou moeten zijn om de eveneens in het
health check-akkoord overeengekomen verhoging van het nationale quotum met 1%
anders dan naar evenredigheid over de melkveehouders te verdelen. Mij is gebleken dat
dit een uitvoeringstechnisch ingewikkelde aangelegenheid zou worden, waarbij discussies
over de juiste wijze van verdeling, juridische procedures over de toedeling en bijgevolg
langdurige onzekerheid in de sector over de definitieve verdeling van het extra quotum
onvermijdelijk zouden zijn. Uiteindelijk blijkt ook in de sector geen draagvlak voor een
meer specifieke toedeling van het extra quotum. Het geheel overziende heb ik besloten
om het extra quotum, evenals bij voorgaande gelegenheden, naar evenredigheid te
verdelen door alle bestaande quota - naar de stand op 31 maart a.s. - per 1 april a.s. met
1% te verhogen.
DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,
G. Verburg
---- --
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit