Ministerie van Economische Zaken


Beantwoording van de vragen van de leden Gesthuizen en Van Bommel

24 maart 2009


Graag bieden wij u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld
door de leden Gesthuizen en Van Bommel over het affakkelen van gas in Nigeria.
Deze vragen werden ingezonden op 9 februari 2009 met kenmerk 2009Z02098 /
2080912610.
---

Nu u in uw antwoord op onze eerdere vragen aangeeft "bereid (te zijn) bij zowel
Shell als de Nigeriaanse overheid het belang te blijven onderstrepen van een
spoedige beëindiging van het affakkelen van gas", op welke wijze zult u dit gaan
doen en bent u bereid de Kamer hierover informeren?1
Antwoord
De problematiek van het affakkelen van gas wordt zowel bij Shell als bij de
Nigeriaanse overheid aan de orde gesteld bij contacten op (hoog) ambtelijk en
politiek niveau. De Nederlandse ambassadeur te Abuja is geïnstrueerd de kwestie
aan de orde te blijven stellen in zijn contacten met Shell Nigeria en relevante
vertegenwoordigers van de Nigeriaanse overheid. Het u bekende Nederlandse
standpunt ten aanzien van de noodzaak tot het beëindigen van het affakkelen
werd op 6 februari jl. kenbaar gemaakt tijdens een gesprek op hoog ambtelijk
niveau op het ministerie van Buitenlandse Zaken met de Shell Country Chair voor
Nigeria. Op 9 februari jl. is de kwestie aan de orde gesteld tijdens een bezoek aan
hetzelfde ministerie van een Nigeriaanse parlementaire delegatie onder leiding
van de vice-voorzitter van de Nigeriaanse Senaat. Op 6 maart jl. sprak de
staatssecretaris van Economische Zaken met de Shell Country Chair voor Nigeria
eveneens over deze kwestie. Uit dit gesprek kwam naar voren dat Shell sterk
gecommitteerd is aan het beëindigen van het affakkelen van gas wereldwijd. In
Nigeria wordt deze inzet bemoeilijkt door de veiligheidssituatie in de Niger Delta
en de beperkte financiële middelen die de Nigeriaanse overheid, als
meerderheidsaandeelhouder, hiervoor ter beschikking stelt, aldus de Shell
Country Chair van Nigeria.
---

In welke context zult u gaan pleiten voor "internationale afspraken (...) rondom
het beëindigen van het affakkelen van gas" zoals u in uw antwoorden op onze
eerdere vragen aangeeft? Bent u bereid de Kamer te informeren over uw inzet en
de resultaten daarvan?
Antwoord
In EU verband wordt aan deze problematiek via de volgende kanalen aandacht
besteed:
Tijdens het Portugese voorzitterschap van de EU is in december 2007 tijdens de
Europese Raad besloten met Afrika een aantal partnerschappen aan te gaan. Eén
van deze partnerschappen betreft samenwerking tussen de EU en Afrika op het
gebied van energie. Op het ogenblik wordt door de EU een "roadmap"
geformuleerd om dit partnerschap in de komende tijd inhoud te gaan geven.
Het ligt in de bedoeling om, als onderdeel van dit partnerschap, ook het probleem
van het affakkelen van gas als onderwerp op te nemen en gezamenlijk
inspanningen te ondersteunen om het affakkelen tegen te gaan. Vanzelfsprekend
zijn wij bereid de Kamer te informeren over onze inzet en de resultaten hiervan.
Voorts is de EU donor van het GGFR (Global Gas Flaring Reduction public-private
Partnership). Dit door de Wereldbank geïnitieerde partnerschap heeft onder meer
als partners de grote internationale oliemaatschappijen, waaronder Shell en de
olieproducerende landen, waaronder Nigeria. Dit partnerschap brengt partijen bij
elkaar teneinde gezamenlijk de reductie van gas affakkelen te bevorderen door
middel van het bespreken van "best practices" en het implementeren van
landenprogramma's.

(w.g.) drs. F. Heemskerk (w.g.) drs. M.J. Verhagen

Staatssecretaris van Economische Minister van Buitenlandse Zaken

1 Antwoord d.d. 4 februari 2009 (vraagnummer 2009Z00402/2080909560)