Huizen 3% goedkoper

Amsterdam, 26 maart 2009

Het sentiment over de huizenmarkt stabiliseert de laatste maanden, maar de daling van de huizenprijzen is nog niet ten einde. Het ING Economisch Bureau rekent voor dit jaar op een min van 3%.

De huizenprijzen dalen volgens de bezoekers van ING.nl. Dat blijkt uit de ING Vraag van Vandaag van woensdag onder 51.600 respondenten. Bij een op de zes (16%) gepeilde bezoekers zijn de huizenprijzen in de eigen straat gestegen in het afgelopen halfjaar. Iets minder dan de helft (46%) ziet stabiele prijzen, terwijl de rest de woningen van de buren goedkoper heeft zien worden. Volgens een derde (32%) zijn de prijzen enigszins gedaald, 6% heeft huizen zelfs flink goedkoper zien worden. De groep die lagere huizenprijzen ziet (38%) is een stuk groter dan de groep die de prijzen ziet stijgen (16%). Per saldo zien de respondenten een daling.

Sentiment loopt voor

Sinds het vierde kwartaal van 2008 neemt minder dan de helft van de respondenten stijgende huizenprijzen waar. Vanaf november zien meer bezoekers een daling dan een stijging. Daarmee loopt de waarneming voor op de officiële cijfers van het Kadaster, die pas vanaf januari aangeven dat huizen goedkoper zijn dan een halfjaar eerder (0,4%). De eerste min ten opzichte van een jaar eerder werd genoteerd in februari (-0,5%). De vertraging heeft waarschijnlijk te maken met het moment van registratie. Er kunnen enkele maanden verstrijken tussen het tekenen van het koopcontract en het passeren van de verkoopakte bij de notaris.

Verdere daling in het verschiet

De daling van de huizenprijzen blijft beperkt. Het sentiment op de huizenmarkt is snel gekanteld en wijst op dalende huizenprijzen, maar de afgelopen maanden is het sentiment wel vrij stabiel. Toch zal de daling van de huizenprijzen over heel het jaar groter gaan uitvallen dan de -0,5% die we in februari hebben gezien. De economische recessie gaat nu eenmaal niet voorbij aan de huizenmarkt. Het ING Economisch Bureau gaat voor de gemiddelde huizenprijs over heel 2009 uit van een min van 3%.

© 2009 ING Economisch Bureau