Universiteit Leiden

Islamitisch recht in de praktijk

Onlangs werd de wereld opgeschrikt door het bericht dat in de Pakistaanse Swat-vallei de sharia wordt ingevoerd. Maar wat betekent dat in de praktijk voor de inwoners? Daar wil dr. Nadia Sonneveld achter komen met behulp van de Rubicon-subsidie die haar onlangs werd toegekend.Islamitisch recht in de praktijk Nadia Sonneveld studeerde Culturele antropologie en Arabisch in Leiden en is nu bezig met haar rechtenstudie. In april promoveerde ze aan de Universiteit van Amsterdam op de Egyptische echtscheidingswet van 2000. Vanaf augustus gaat ze voor dertien maanden naar de School of Oriental and African Studies van de Universiteit van Londen.

Nadia Sonneveld: 'Ook christenen maken gebruik van het islamitisch recht.' Toepassing
Sonneveld gaat onderzoek doen naar de manier waarop het islamitisch recht wordt toegepast en gebruikt door rechters, advocaten en justitiabelen in Egypte, Nigeria, Pakistan en Indonesië. De wetgeving in deze landen is grotendeels gebaseerd op Europese wetgeving. Islamitisch recht, de sharia, speelt vaak alleen een rol in het familierecht en soms, zoals in Pakistan, Noord-Nigeria en Atjeh, ook in het strafrecht. In de laatste twee regio's is de sharia lokaal ingevoerd, wat voor Sonneveld interessante vragen oproept: wat gebeurt er als zaken uit autonome regio's in hoger beroep komen voor nationaal recht? Worden die uitspraken dan vernietigd? Beeldvorming
Bij islamitisch recht denken mensen snel aan lijfstraffen en vrouwonvriendelijke wetten. Dat komt door spraakmakende zaken, zoals die van een Nigeriaanse vrouw die werd veroordeeld tot steniging vanwege overspel. Maar welke rechtszaken halen de pers niet? Dat is wat Sonneveld wil weten. Het gaat haar niet alleen om wat er in de wetboeken staat, maar vooral om wat er in de praktijk gebeurt. 'Maakt de bevolking gebruik van de shariarechtspraak? Wie dient daar een eis in, zijn het mannen of vrouwen en zijn ze rijk of arm? Om wat voor zaken gaat het?' Ook wil Sonneveld weten hoe rechters met shariazaken omgaan.'Wat zijn hun vonnissen? Proberen ze de zaak op procedurele gronden af te wijzen? In Noord-Nigeria lijken rechters terug te deinzen voor de harde lijfstraffen van het shariastrafrecht. Als ze daar onderuit proberen te komen, hoe verantwoorden ze dat dan in hun vonnis? Veel veroordeelden blijken heel lang in de gevangenis te zitten. Die hebben in plaats van lijfstraffen gevangenisstraf voor onbepaalde tijd gekregen.' Familierecht
In veel moslimlanden is het familierecht deels op islamitisch recht gebaseerd. Een heikel punt daarbij is of vrouwen het initiatief tot scheiding kunnen nemen. In Egypte werd in 2000 een echtscheidingswet ingevoerd die het vrouwen mogelijk maakt te scheiden, zonder dat toestemming van echtgenoot of rechter nodig is. Dit recht wordt khul' genoemd. Wel moet de vrouw de bruidsprijs terugbetalen die ze bij de huwelijksslui-ting kreeg van de man en afstand doen van de financiële rechten die ze bij verstoting door de man had kunnen claimen, zoals alimentatie en het uitgestelde deel van de bruidsprijs.

De tekst van het wetsartikel over khul' (echtscheiding op initiatief van de vrouw). Bruidsprijs
Op papier is scheiden dus makkelijk maar in de praktijk blijkt het niet altijd zo eenvoudig, zo ontdekte Sonneveld: 'De bruidsprijs is niet gedefinieerd. Die zou in de memorie van toelichting moeten staan, maar die is er helemaal niet. De vraag is waarom. Wilde de regering misschien de oppositie tegemoetkomen? Er was namelijk veel verzet tegen de wet. Nu kunnen rechters de bruidsprijs zelf bepalen en het de vrouw zo heel moeilijk maken. Ze verhogen het kleine bedrag uit het huwelijkscontract, bijvoorbeeld met het argument dat de man ook verlovingsgeschenken heeft betaald.' Publieke opinie
Ook is Sonneveld benieuwd naar de reactie van de bevolking op shariarechtspraak: 'Wanneer shariarechtspraak wordt ingevoerd is de bevolking er in eerste instantie vaak wel blij mee omdat ze denkt dat zo weer rust en orde zal ontstaan. Soms blijft men ook tevreden omdat shariarechtbanken sneller lijken te werken dan andere rechtbanken. Maar misschien treft shariarechtspraak vooral de armeren, hoe reageert men dan?'

Kaft van 'Tussen bemiddeling en rechtszaak', een boek over khul'.

In het Egyptische publieke debat werd de nieuwe echtscheidingswet sterk gekritiseerd, hoewel de wetgever en vrouwenorganisaties deze hadden gepresenteerd als in overeenstemming met het islamitisch recht. Vrouwen zouden hun gezin om lichtzinnige redenen in de steek laten en het Egyptische familieleven te gronde richten. Alleen irrationele, rijke, verwesterde vrouwen zouden van de wet gebruik maken, was de verwachting. Ten onrechte, volgens Sonneveld: 'Het grootste deel van de vrouwen die naar de rechtbank komen voor een scheiding komt uit de lagere klasse. Rijke vrouwen gaan helemaal niet naar de rechtbank, want dat is slecht voor hun reputatie, die proberen het in de familie te regelen.' Strategie
Wetgeving wordt soms ook voor andere doeleinden gebruikt dan waar ze voor bedoeld is, zegt Sonneveld. 'Sommige vrouwen in Egypte gebruiken de echtscheidingswet als strategie, die proberen hun zin te krijgen door te dreigen met een scheiding. Ook christenen maken gebruik van het islamitisch recht. Die kunnen nauwelijks scheiden binnen hun eigen christelijke rechtspraak, dus bekeren ze zich tot de islam om een scheiding te kunnen krijgen.' Ook in Indonesië blijken mensen per geval te bekijken hoe ze het makkelijkst hun recht krijgen, via een shariarechtbank, of via nationaal recht. Netwerk
Sonnevelds verblijf in Londen is bedoeld om een groter onderzoeksproject op te zetten waarbij de toepassing van de sharia in meer landen vergeleken wordt. Sonneveld: 'Je kunt niet in al die landen zelf veldwerk doen, dus ga ik in Londen kijken hoe ik kan samenwerken met anderen. Bij het SOAS is een aantal experts op het gebied van islamitisch recht aan wie ik veel kan hebben.' Ook wil ze een internettoepassing ontwikkelen waarbij onderzoekers informatie op het internet zetten en elkaars informatie kunnen bewerken en becommentariëren. Maar Sonneveld heeft ook het bredere publiek voor ogen. 'Er is veel belangstelling voor het onderwerp. Ik wil zeker ook een aantal krantenartikelen schrijven.'

(19 mei 2009/Annemarike Stremmelaar)