Gerechtelijke organisatie

Persbericht van de Procureur-Generaal bij de Hoge Raad der Nederlanden inzake het verzoek van mr. Moszkowicz tot het instellen van een vordering tot cassatie in het belang der wet in de zaak Wilders

Den Haag, 20 mei 2009 - De advocaat van de heer G. Wilders, mr. Moszkowicz, heeft de Procureur-Generaal verzocht een vordering tot cassatie in het belang der wet in te stellen bij de Hoge Raad tegen de beschikking van het Hof Amsterdam van 21 januari 2009 (LJN: BH0496).

In deze beschikking heeft het Hof de Officier van Justitie te Amsterdam bevolen om de heer Wilders te dagvaarden ter zake van het aanzetten tot haat en discriminatie (art. 137d Wetboek van Strafrecht) alsmede ter zake van groepsbelediging voor zover het betreft zijn vergelijkingen met het nazisme (art. 137c Wetboek van Strafrecht). Het Hof gaf dit bevel naar aanleiding van klaagschriften die waren ingediend nadat het openbaar ministerie had besloten dat het Wilders niet zou vervolgen.

Vandaag heeft de Procureur-Generaal mr. Moszkowicz bericht dat hij niet zal ingaan op zijn verzoek.

Het rechtsmiddel cassatie in het belang der wet Tegen de door het Hof gegeven beschikking als bedoeld in art. 12 Wetboek van Strafvordering, staat geen gewoon rechtsmiddel open. Het enige rechtsmiddel dat tegen een dergelijke beschikking kan worden ingesteld, is het buitengewone rechtsmiddel "cassatie in het belang der wet". Cassatie in het belang der wet kan alleen worden ingesteld door de Procureur-Generaal. Dit buitengewone rechtsmiddel heeft als doel het de Hoge Raad mogelijk te maken zich in zaken die hem niet via de gewone cassatieprocedure bereiken, uit te spreken over rechtsvragen wanneer de beantwoording daarvan vanuit een oogpunt van rechtseenheid of rechtsontwikkeling wenselijk is. De Hoge Raad doet in het kader van deze procedure geen onderzoek naar de feiten.

Gevolgen cassatie in het belang der wet
Indien de Hoge Raad een beschikking met een bevel tot vervolging (art. 12 Wetboek van Strafvordering) in het belang der wet vernietigt, brengt dit geen verandering in de posities van het openbaar ministerie, degene wiens vervolging is bevolen of de klager. Het bevel tot vervolging blijft van kracht. Slechts in bijzondere omstandigheden kan vernietiging van de beschikking in het belang der wet gevolgen hebben voor de verdere vervolging. Dat is het geval als de vernietiging niet anders kan betekenen dan dat de bevolen vervolging nimmer tot een veroordeling zal kunnen leiden. Dit was het geval in de zaken Bouterse (HR 18 september 2001, LJN: AB1471) en Euratom (HR 13 november 2007, LJN: BA9173). In deze zaken had het hof de vervolging van de betrokkene bevolen, maar was het hoogst twijfelachtig of de Nederlandse strafrechter wel over de zaak kon oordelen. Het antwoord op die vraag was bepalend voor de uitkomst van de te starten strafzaak. Nadat de Hoge Raad op de vordering tot cassatie in het belang der wet had beslist dat de Nederlandse strafrechter niet over de zaak kon oordelen, heeft het hof in beide zaken de officier van justitie toestemming gegeven de door het hof bevolen vervolging te staken.

Ambtsdelict?
In het verzoek van mr. Moszkowicz wordt onder verwijzing naar de zaak Euratom betoogd dat hier sprake zou zijn van een vergelijkbaar geval, omdat de feiten die Wilders worden verweten als ambtsdelicten zouden moeten worden aangemerkt. Dit zou betekenen dat een bijzondere procedure van toepassing is en dat het Hof in deze zaak onbevoegd was. Anders dan in de zaken Bouterse en Euratom, waarin zonder enig onderzoek naar de feiten kon worden vastgesteld dat het openbaar ministerie geen vervolgingsrecht had, kan de vraag of sprake is van ambtsdelicten in deze zaak niet worden beantwoord zonder een beoordeling van de feitelijke omstandigheden. Omdat de Hoge Raad geen onderzoek kan instellen naar de feiten en deze nog niet door de rechter zijn vastgesteld, leent deze vraag zich niet voor het instellen van een vordering tot cassatie in het belang der wet.

Uitlatingen strafbaar?
Dit geldt ook voor de in het verzoek aan de orde gestelde vraag of de uitlatingen van Wilders strafbaar zijn. Om hierover een oordeel te kunnen vellen, is eveneens een vaststelling van de feiten nodig. Aangezien deze vooralsnog ontbreekt, leent ook deze vraag zich niet voor het instellen van een vordering tot cassatie in het belang der wet.

Het begrip belanghebbende
Mr. Moszkowicz werpt in zijn verzoek tevens de vraag op of het Hof een juiste uitleg heeft gegeven aan het begrip belanghebbende in de zin van art. 12 Wetboek van Strafvordering. Zijn stelling is dat een aantal van de klaagschriften is ingediend door personen die niet als rechtstreeks belanghebbende zijn aan te merken. Omdat de beantwoording van de vraag of het Hof een juiste uitleg heeft gegeven aan het begrip belanghebbende niet bepalend is voor de uitkomst van de strafzaak, zal de Procureur-Generaal deze vraag thans niet aan de Hoge Raad voorleggen.

Onpartijdige rechter
Ook de door mr. Moszkowicz ingenomen stelling dat het Hof zich in zijn beschikking in zodanige bewoordingen heeft uitgelaten over de waarschijnlijkheid van een veroordeling van Wilders dat hem daardoor een proces voor een onpartijdige rechter wordt onthouden, vormt geen reden om een vordering tot cassatie in het belang der wet in te stellen. De rechtbank waarvoor de heer Wilders terecht zal moeten staan is in geen enkel opzicht gebonden aan het oordeel van het Hof over diens uitlatingen.

Overige stellingen
Het verzoek bevat verder verschillende stellingen die de uitlatingen van de heer Wilders en de klachten van belanghebbenden betreffen. Het gaat hier om feitelijke kwesties en vragen die in de strafzaak door de rechtbank zullen moeten worden beantwoord.

Slotsom
De Procureur-Generaal is tot de slotsom gekomen dat er geen grond is de beschikking van het Hof voor te dragen voor cassatie in het belang der wet.

Den Haag, 20 mei 2009

Mr. J.W. Fokkens,

Procureur-Generaal bij de Hoge Raad der Nederlanden

Algemene informatie over het buitengewone rechtsmiddel cassatie in het belang der wet is te vinden op www.rechtspraak.nl (Gerechten/Hoge Raad der Nederlanden/Over de Hoge Raad/ Bijzondere taken HR en PG) en de jaarverslagen van de Hoge Raad, welke eveneens zijn te vinden op www.rechtspraak.nl (Gerechten/Hoge Raad der Nederlanden/Over de Hoge Raad/publicaties).

Bron: Hoge Raad der Nederlanden Datum actualiteit: 20 mei 2009 Naar boven