1 1
> Retouradres Postbus 20901 2500 EX Den Haag
De voorzitter van de Tweede Kamer Plesmanweg 1-6
der Staten-Generaal 2597 JG Den Haag
Binnenhof 4 Postbus 20901
2500 EX Den Haag
2513 AA DEN HAAG T 070 351 6171
F 070 351 7895
Contactpersoon
---
T -
Ons kenmerk
VENW/DGMo-2009/4153
Uw kenmerk
Datum 20 mei 2009 2009Z08198
Onderwerp Kamervragen Bijlage(n)
---
Geachte voorzitter,
Hiermee beantwoord ik mede namens de staatssecretaris van Europese Zaken de
vragen die het lid Van der Ham heeft gesteld over een snelle treinverbinding via
Groningen naar Duitsland.
1. Wat is uw reactie op de uitspraken van de minister-president van de Duitse
deelstaat Nedersaksen over de uitbreiding van Nederlandse infrastructuur, met
name zijn uitspraak over de snelle treinverbinding via Groningen naar Duitsland?
1. Ik heb kennis genomen van de uitspraken van minister-president Wulff van
Niedersachsen via het krantenbericht van 26 april 2009 en navraag gedaan bij de
Nederlandse Verkeersraad, aanwezig bij de betreffende bijeenkomst in Hannover.
Vanuit Niedersachsen is de afgelopen jaren regelmatig gepleit voor een snelle
treinverbinding. Een uitspraak van de minister-president van deze deelstaat, met
als strekking dat hij het betreurt dat deze verbinding niet wordt gerealiseerd, is
dan ook niet verrassend.
Minister-president Wulff heeft op deze bijeenkomst overigens ook gepleit voor
verbetering van de bestaande treinverbinding Groningen-Oldenburg. Eind vorig
jaar heb ik de heer Wulff per brief laten weten, dat ik het initiatief van Noord-
Nederland ondersteun, voor een regionale verkenning naar verbetering van deze
verbinding. Naar verwachting bespreek ik dit najaar de resultaten hiervan met
Noord-Nederland.
2. Moet de uitspraak van de minister-president van Nedersaksen gezien worden
als een verandering van opvatting van de Duitse politiek rond het doortrekken
van een snelle Nederlandse verbinding van Groningen naar Duitsland? In
hoeverre spreekt de Nedersaksische minister-president namens meerdere
belanghebbenden in Duitsland? Bent u bereid dit na te gaan?
2. De opvattingen van de Bondsregering hebben zich, zo blijkt uit navraag, niet
gewijzigd. Er heeft voor de uitspraak, voor zover is komen vast te staan, ook
geen afstemming met andere deelstaten plaatsgevonden.
a
agina 1 van 2
---
3. Deelt u de opvatting dat indien Duitsland wel bereid zou zijn een snelle
treinverbinding via Groningen door te trekken naar Duitsland en naar grote Duitse
steden het besluit om de Zuiderzeelijn niet aan te leggen een nieuwe weging Ons kenmerk
VENW/DGMo-2009/4153
verdient?
3. De opvattingen van de Bondsregering zijn duidelijk, de plannen voorzien niet in
een dergelijke verbinding.
4. Wat heeft u gedaan om het draagvlak voor transnationale snelle
treinverbindingen te blijven polsen, zoals toegezegd tijdens de behandeling van
de begroting eind 2008?
4. Met onze buurlanden België en Duitsland vindt regelmatig en in diverse
samenstelling overleg plaats over grensoverschrijdende ontwikkelingen in het
algemeen en grensoverschrijdende treinverbindingen in het bijzonder. Zo blijf ik
het draagvlak voor de uitbreiding van treinverbindingen polsen.
Hoogachtend,
DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT,
ir. Camiel Eurlings
Pagina 2 van 2
Ministerie van Verkeer en Waterstaat