Nederlandse Orde van Advocaten

Nieuws

Overheid moet rekening houden met kosten rechtshulp bij elke nieuwe wet

DEN HAAG - De Nederlandse Orde van Advocaten (Orde) pleit ervoor dat de staat bij elke nieuwe wet onmiddellijk nagaat welke kosten van rechtshulp hieraan vastzitten die ten laste komen van de overheid. Mr Ch.L. (Lotje) van den Puttelaar, waarnemend deken van de Orde: `Dan weet de overheid meteen waar ze aan toe is'. Ze zegt dit in het jaarverslag van 2008 dat de Orde vandaag in Amsterdam presenteert. Vorig jaar kwam de Orde niet tevergeefs in het geweer tegen schadelijke bezuinigingen op het overheidsbudget voor rechtshulp.

De Orde gaat de sterke stijging van het aantal strafzaken analyseren, waarin de advocaat rechtshulp verleent op kosten van de overheid. Het aantal zogeheten toevoegingen van advocaten in strafzaken nam in de afgelopen vijf jaar met 63% toe. In 70% van alle procedures die advocaten op basis van een toevoeging voeren, gaat het om zaken tegen de overheid zelf. Het betreft grotendeels strafzaken.

Repressie en regeldrift

Van den Puttelaar: `Er is een grote mate van repressie en regeldrift en in het strafrecht is de burger de kwetsbare partij. Daarvoor moet een goede rechtsbescherming beschikbaar blijven'. De Orde stelt zich op het standpunt dat van rechtshandhaving geen sprake is zonder rechtsbescherming.

Na de presentatie van het jaarverslag heeft in Amsterdam een forumdiscussie plaats over de zogeheten `zesde kernwaarde', volgens welke de advocaat rekening houdt `met het algemeen belang van een goede rechtsbedeling'. Hierbij is het `steeds zoeken naar een evenwicht tussen deze kernwaarde en de andere, in het bijzonder de partijdigheid en de vertrouwelijkheid', stelt de Orde in haar jaarverslag.

Opgave wetgever en Orde

De Orde ziet hierin ook een opgave voor regering en parlement: `Wanneer moet de partijdigheid, derhalve het gerechtvaardigd belang van de cliënt, wijken voor `gerechtvaardigde belangen van de wederpartij, van derden en van een goede rechtsbedeling'? Dit debat te voeren en te komen tot precisering van het onvermijdelijke dilemma tussen kernwaarden onderling, is de opgave voor Advocatenwetgever èn Orde'.

Langs hoofdlijnen van bestuur en toezicht, vakbekwaamheid, toegang tot het recht en communicatie, cijfers en statistieken gaat het jaarverslag in op ontwikkelingen in het achterliggende `intensieve' jaar. Leden van de Algemene Raad, het hoofdbestuur van de Orde, maken hierbij kanttekeningen. Het jaarverslag geeft ook een beeld van actuele ontwikkelingen.

Bovendien bevat het jaarverslag belangwekkende interviews met staatssecretaris van Justitie mr N. (Nebahat) Albayrak, voorzitter dr A.H.G. (Alexander) Rinnooy Kan van de Sociaal-Economische Raad, tevens voorzitter van de Raad van Advies van de Orde, president G.J.M. (Geert) Corstens van en procureur-generaal mr J.W. (Jan Watse) Fokkens bij de Hoge Raad, vice-president dr H.D. (Herman) Tjeenk Willink van de Raad van State, bestuursvoorzitter mr H.H. (Heleen) Kersten van advocatenkantoor Stibbe, sociaal advocaat T.T.M.L. (Theda) Boersema, nauw betrokken bij de actie Red de rechtshulp, deken mr M.J.J.M. (Monique) van Roosmalen in het arrondissement Assen en algemeen deken Bekkers.